20. ken, schijnt niet te berusten op enig wettelyk voor schrift, maar zou zijn ontstaan in de tijd, dat de man nen in het Oosten een ingewikkelde hoofdtooi droegen, waarvan het winden zeer veel zorg en tijd vergde. Men hield daarom om praktische overwegingen zyn hoofdtooi ook in de synagoge op; en dit gebruik is sindsdien in ere gebleven. Van oudsher zijn synagogen, naast gebouwen voor gebed en samenkomst, ook altijd leerscholen geweest. Van kinds been af werd by jongens (minder by meisjes) de Hei lige Wet van God ingeprent. "Men moest", zo zegt een oude tekst het heel plastisch (Baba Bathra 21.9) "het kind vetmesten met de THORAH." Het gezag en de eer bied voor de Wet komt hier duidelijk tot uitdrukking. Het is daarom niet verwonderlijk, dat ook aan de sy nagoge te Bergen op Zoom een schooltje verbonden was. Bij de restauratie zijn ook de badgelegenheden in de kelderruimte vrijwel ongeschonden te voorschijn gekomen. Reinheid was in het oude Israël een hooggeschatte deugd en voorschrift: "Be reinheid", zegt een geleerde rabbijn, "staat niet alleen zeer dicht byi de vroomheid, maar maakt er ook wezenlijk deel van uit en neemt er een belangrijke plaats in". Men mocht niet eten, zonder eerst de handen gewassen te hebben. Naast deze normale dagelijkse hygiëne, die moest worden onderhouden, moesten onder bepaalde omstandigheden ook rituele wassingen worden verricht, zowel door vrouwen als door mannen (Lev. 15:1-32). Baarvoor zijn de thans teruggevonden baden in de kelder gebruikt. Be aan- en afvoer van het water,alsmede de installatie om het water te verwarmenzijn gerestaureerd. In het Jodendom, dat -wegens afwezigheid van een hiër archie- een grote zelfstandigheid van de gemeente kent, is de synagoge het samenbindend en conserverend element gebleven. Ant.C.M. Asselbergs. STAD EN BERGEN LAND VAN OP ZOOM UNDIGE KRING o sr pwr- -r o i v MINI- WATERSCHANS, JAARGANG 7, NR.l.

Periodieken

De Waterschans | 1976 | | pagina 1