6.
Bat U naast de genoemde publicaties ook nog geregeld
de Miniwaterschans ontvangt, hebben we voor alles te
danken aan onze secretaris, die niet alleen deze uit
gave geheel verzorgt, maar ook veel copie levert voor
dit tijdschriftje, dat beslist meer is dan een medede
lingenblad. Behalve voor deze activiteiten wil ik hem
en de andere bestuursleden gaarne bedanken voor de
gastvrijheid, die wij gedurende ons niet geringe aantal
bestuursvergaderingen, bij hen thuis mochten genieten.
Een dieptepunt voor ons bestuur was het moeizaam tot
stand gekomen contact met het Bestuur van de Oudheid
kundige Kring "Be Ghulden Roos", te Roosendaal.
Een gesprek op bestuursniveau vond plaats op 13 januari
j.l. Een voorstel onzerzijds om tot een gezamenlijk
jaarboek te komen, werd vriendelijk doch vastbesloten
van de hand gewezen. Het overwegend gehanteerde argu
ment was, dat het allemaal z<5 goed liep met hun jaar
boeken, dat er geen behoefte aan samenwerking op dit
terrein bestond; overigens ook niet op ander terrein.
Een tweede doel, wat niet werd bereikt, was het van de
grond komen van een historisch-bodemkundige werkgroep.
Be vorming hiervan was voorgesteld door de Heer Ber-
vaes.
Boordat de door hem gevonden metgezel, de Heer Witte,
elders vertrok, is het genomen initiatief voor
lopig in de kiem gesmoord.
Wij hopen door een lezing van een deskundige op dit
terrein weer belangstelling voor deze werkgroep te
kunnen wekken.
Be jaarlijkse excursie, die ditmaal betrekking had op
diverse historische onderwerpen op het eiland Tholen,
was een groot succes; een veertigtal leden nam eraan
deel. Wij hadden dat o.a. te danken aan de inzet van
de Heren van Ham, Laane en van Niftrik.
Voorts rest my nog een bijzonder woord van dank aan
onze welbekende Amsterdamse Bergenaar Henri Overhoff.
7.
Hy volgde het wel en wee van onze Geschiedkundige Kring-
op de voet, nam van Amsterdam uit deel aan onze excur
sie naar Tholen, zond ons een prent van Meester Ver
hoeven naar aanleiding van het verhaal van Prof. Hen-
drix in de Miniwaterschans en luistert deze jaarver
gadering op met zijn aanwezigheid.
Tot slot vertolk ik nog graag de dank aan de leden van
onze Geschiedkundige Kring voor het vertrouwen en de
belangstelling, die zij gedurende het afgelopen vereni
gingsjaar voor de activiteiten van ons bestuur hebben
getoond.
Br. E. HSrtel.