Ee Orde r3n het
Op 9 mei 1481 was Jan III van Glymes in Den Bosch.
Daar werd hij gekozen tot ridder van de Orde van
het Gulden Vlies. Een ridderorde die in 1430 door
Philips de Goede werd ingesteld en die tot op de dag
van vandaag bestaat. Een religieuze ridderorde die voor
aanstaande vorstenhuizen met elkaar wist te verbinden.
Een ridderorde die soms wel de meest gelukzalige en be
roemdste van alle landen en alle tijden wordt genoemd.
Om dat te geloven, is enige uitleg nodig!
Afb.7 Op dit detail van de kleu
renfoto van het gestolen portret
van Jan III is duidelijk zichtbaar
hoe de keten van de ridders van
de Orde van het Gulden Vlies
eruit ziet. In het midden hangt
een kleine gouden ramsvacht aan
een keten van gekrulde schakels
die samen met edelstenen en
vuurstenen waaruit vlammen
schieten, vuurslagen vormen.
1 1 O 1 9 6 8 - 2 O O
itl.i ti.v- ptUlajfiiuï KSiat
Ti ie X' li»ivrtau ut) u'r
pant T latft.'ia' \KuUvnnt
it futccmRmnf
|AmSv«t Tt rtotta frivmrf"*
l1' ftfutpiuut
i rauCSi- itT'intimir
)<i i fiimti'invm'
it i UtaflUiV- itfontM
Mn s tjifnaf>ü' ivfti'&fii
tfwi Tv iiruiffauti' paria
lx 'i fiaitïuutti ithihut
fntt i wftvfuytc <uufi}tu'
U'tUUt >\C'GC?k'(rtmtf\Xtl
+"c:.
Afb. 8 In 1473 schreef Guil-
laume Filastre de Histoire de
la Toison d'Or (De Geschie
denis van het Gulden Vlies).
Als ridder van de Orde van
het Gulden Vlies liet Jan III
een kopie van dit werk ma
ken. Op deze pagina is de
kapittelbijeenkomst van de
ridderorde in 1473 afge
beeld. Op de troon zit de
toenmalige voorzitter van
de orde, Karei de Stoute.
Onderaan de pagina is het
wapen van Jan III zicht
baar. Rond het wapenschild
is de keten van de Orde van
het Gulden Vlies afgebeeld.
3SIIRrPtHRL
Deze gelegenheid grijpt hij aan
om een nieuwe ridderorde in het
leven te roepen: de Orde van
het Gulden Vlies. Daarmee zet
hij het idee van zijn grootvader
voort: een orde oprichten voor
ridders met een uitzonderlijke
roem. Philips wil met deze nieu
we ridderorde zijn grootste wens
waar maken, namelijk een kruis
tocht ondernemen om de heili
ge plaatsen in landen als Syrië,
Egypte en Armenië te bevrijden
van de Turken en de islam. Voor
deze nieuwe kruistocht kan hij
de hulp en steun van andere
edelen en vorsten goed gebrui
ken. Met deze wens is een ande
re reden voor de oprichting van
een nieuwe ridderorde nauw
verweven: het christendom be
schermen en uitdragen.
Op 10 januari 1430 treedt Philips
de Goede in Brugge in het hu
welijk met Isabella van Portugal.
De laatste twee eeuwen van de
middeleeuwen was de ridder
stand flink in verval geraakt. Rid
ders stonden aanvankelijk be
kend om hun christelijke ijver als
krijgsman, hun trouw, hun onder
danigheid tegenover God; zij
waren steeds bereid het zwaard
te gebruiken om rechtvaardige
zaken te beschermen. In de
veertiende eeuw waren deze
idealen zo goed als verdwenen,
terwijl de adel deze toch hoog
achtte. Vorsten wilden de oude
glorie van de ridderstand en de
bijbehorende deugden herstel
len, Om die reden werden aan
het einde van de middeleeuwen
diverse nieuwe ridderordes in het
leven geroepen, zoals de Orde
van de Kousenband in Enge
land, de Orde van Sint Michel in
Frankrijk en de Orde van het Gul
den Vlies in de Lage Landen.
De christelijke moraal van de rid
derstand diende dus nieuw le
ven ingeblazen te worden. Dit
werd het hoofddoel van de rid
ders van de Orde van het Gul
den Vlies. Dit doel is duidelijk te
rug te vinden op het graf van
Philips de Goede in Dijon, Op
zijn tombe staat namelijk: "Pour
maintenir l'Eglise qui est de Dieu
maison, j'ai mis sus le noble
Ordre, qu'on nomme la Toison."
Dit betekent zoveel als: Voor het
behoud van de Kerk als huis van
God, heb ik de edele Orde van
het Gulden Vlies opgericht, Het
religieuze karakter van de nieu
we ridderorde wordt onder
streept doordat de orde gewijd
is aan de Heilige Maagd Maria
en de apostel Andreas, patroon
heilige van het huis van Bour-
gondië, waaruit Philips de Goe
de en al zijn opvolgers als
Voorzitter' van de orde afkom
stig zijn.
De Orde van het Gulden Vlies
had overigens niet alleen een re
ligieus karakter; ook politiek ge
zien hadden de edelen die toe
mochten treden tot de orde er
baat bij. De banden die er oor
spronkelijk waren geweest tussen
verschillende edelen, werden
weer aangehaald. Doordat
edelen uit heel Europa werden
uitgenodigd toe te treden tot de
Orde van het Gulden Vlies, wer
den ook de internationale poli
tieke banden versterkt.
Dit politieke karakter van de or
de maakte dat Jan lil van Gly
mes in 1481 werd gekozen om
toe te treden. De Glymessen wa
ren niet de machtigste edelen,
maar hadden het Bourgondi-
sche, later Habsburgse huis wel
altijd onvoorwaardelijk gesteund
in hun politiek, terwijl de rest van
de Lage Landen nogal eens te
gen die politiek gekeerd was.
Waarschijnlijk kreeg Jan lil als
dank voor deze steun het aan
bod om ridder te worden van de
orde, Na hem volgde in 1531 zijn
zoon Antonius, in 1556 zijn klein
zoon Jan IV op. Later in 1601
werd ook Herman van den
Bergh, echtgenoot van markie
zin Maria Mencia van Wittem rid
der van de Orde van het Gulden
Vlies.
Bij de oprichting van de ridderor
de werden statuten opgesteld
met zesenzestig artikelen. In dit
reglement werd onder meer
vastgelegd dat er maximaal der
tig leden mochten zijn, naast de
Voorzitter' uit het Bourgondi
sche, later het Habsburgse huis.
Onder Karei V werd dit aantal
uitgebreid tot vijftig en Philips VI
bepaalde dat de orde moest
bestaan uit zestig ridders. Lid van
de Orde van het Gulden Vlies
was je voor je leven en bij het
overlijden van een lid moest er
dus een nieuw lid gekozen wor
den. Dit gebeurde tijdens een
kapittelbijeenkomst van de rid
derorde, waarbij alle ridders
mochten meestemmen welke
edele uitgenodigd zou worden
om toe te treden. De voorzitter
had een dubbele stem, Vanaf
Philips II koos echter alleen de
voorzitter de nieuwe leden. De
kapittelbijeenkomsten werden
altijd in een kerk of kapel gehou
den, waarbij behalve de ridders
ook een schatbewaarder, een
wapenmeester, een kanselier en
een griffier aanwezig waren. De
voertaal tijdens de bijeenkom
sten was het Frans. Van alle rid
ders was het wapenschild op gro
te panelen geschilderd, die na de
bijeenkomst in de kerk werden
achtergelaten. Bijvoorbeeld in de
kathedraal van Den Bosch en van
Mechelen zijn deze panelen nog
steeds te zien.
Wat ook nog steeds te zien is, zijn
talloze schilderijen en afbeeldin
gen van ridders van de Orde
van het Gulden Vlies. Zij zijn te
herkennen aan een grote keten
met daaraan een gouden rams
vacht (zie elders in deze WARd-