tout signe distinctif", werd hij, kort nadat vanuit het centrum van de stad geweer
schoten op een post waren gelost, ernstig gewond aan het hoofd, „et par erreur,
par une rafale F.M." (Fusil-Mitrailleur) 24). Kapitein Pacaud zelf schrijft in zijn rap
port dat hij naar de commandopost ging op verzoek van Kapitein Bayard, die om
versterking met een pantserwagen had gevraagd. „Ik begaf me naar de barricade
bij het station met het doel van Commandant Michon dit voertuig te verkrijgen,
hopende aldus infiltraties tussen Bayard en hem te kunnen vermijden. De vijand had
daar reeds een omtrekkende beweging gemaakt en ik werd ontvangen door een
mitrailleur-salvo, ik denk uit de naburige ramen. Een kogel gaat dwars door mijn
hoofd, door het linkeroog er uitkomend. Door Hollandse burgers naar het ziekenhuis
gebracht, werd ik daar de volgende dag 15 mei gevangen genomen. Op een uur in
de avond dat ik niet nauwkeurig kan bepalen, daar ik nog onder de uitwerking van
de chloroform was, is de Dokter-Kapitein Guiguet me komen halen (tegen 20 uur).
Hij deelde mij de beslissing van Commandant Michon mede, een aftocht te pro
beren, „par la mer", met achterlating van de voertuigen. Voor mij was er ongelukki
gerwijze geen sprake van te voet te vertrekken". Later heeft Kapitein Pacaud ver-
kiaard dat het inderdaad een Franse kogel was, die hem geroffen heeft. Het ge
beurde in de Stationsstraat, tegenover de plaats waar nu V D is. De Hollanders die
hem naar het ziekenhuis brachten, waren leden van de Geneeskundige Dienst Lucht
bescherming Burgerbevolking, en handelden in opdracht van het Hoofd van deze
dienst, Dokter C. E. Leman, die na het ongeluk onmiddellijk ter plaatse was. Die
zelfde avond waren de Duitsers meester van de stad en eisten de Franse gewonde
militairen op om hen naar elders te vervoeren. Dokter Leman weigerde, wat de heer
Pacaud betreft, toestemming tot transport omdat de heer Pacaud direct geopereerd
moest worden. Toen de Duitse officier hier niet op in wilde gaan, eiste Dokter Leman
een getekende verklaring, zeggende dat dan de Duitsers de verantwoordelijkheid
voor het lot van de Franse officier hadden te aanvaarden. Daar ze dit niet wilden,
lieten ze de heer Pacaud voorlopig ongemoeid en deze werd in het ziekenhuis ge
opereerd. De operatie (het linkeroog moest worden weggenomen) werd op bekwame
wijze uitgevoerd door de oogarts Dr. P. Haverkorn van Rijsewijk. Over de operatie
en de behandeling in het ziekenhuis heeft de heer Pacaud zich altijd zeer lovend uit
gelaten.
De Duitsers wilden hem zo spoedig mogelijk naar een gevangenkamp sturen, maar
de ziekenhuis-leiding wist dit nog 14 dagen uit te stellen door steeds te verklaren dat
„vervoer nog niet mogelijk was". De heer Pacaud was niettemin zeer gedeprimeerd.
In het ziekenhuis lag toen een broer van mevr. E. Suykerbuyk-Cockx. Zij was in
België op een Franse kostschool geweest, en Zuster Koeken (wereldlijk verpleeg
ster, afkomstig uit Tilburg) vroeg haar of zij de Fransman wat kon opbeuren. De non
nen hielden de Duitse wachten met koffie bezig en als er geen Duitser in de buurt
was, liet Zuster Koeken mevr. Suykerbuyk binnen. Zij heeft bijna iedere dag de zwaar
gewonde kapitein opgezocht en moed ingesproken tot op het ogenblik dat hij ver
voerd werd naar 's-Hertogenbosch 25).
24) Rapport van Commandant Michon.
Wij hebben reeds de nadruk gelegd op de onvolkomen uitrusting van de
G R. 12. Sommige auto s waren niet eens grijs geschilderd, volgens Luite
nant de Montalembert.
25) Later volgde briefwisseling en een persoonlijk bezoek van de heer en me
vrouw Suykerbuyk aan Kapitein Pacaud te Parijs. Deze, die reserve-officier
was, werd oktober 1940 als „grand blessé de guerre" uit het krijgsgevangen
kamp vrijgelaten en hervatte zijn plaats in de Franse burgermaatschappij.
150
Wat de nieuwe commandopost betreft van Commandant Michon, deze werd niet in
een huis gevestigd. „Dehors", antwoordde de Generaal ons op een desbetreffende,
later gestelde vraag. Buiten, in het Volkspark, bij de vijver en de Jan van As-bank,
waar de soldaten zich hadden ingegraven. Een Duitse gevechtswagen, gestationneerd
op een weg „ouest-est en bordure du pare" (Moerstraatsebaan), schoot op de hui
zen bij de spoorwegovergang, (Bredasestraat), waar Commandant Michon de gra
naten zag inslaan. Zijn mannen hebben de Duitse gevechtswagen met hun vuur ver
nietigd 26).
In de middaguren vlogen in scheervlucht drie Franse vliegtuigen over de stellingen.
Kapitein Bayard liet rode vuurpijlen afsteken, maar ze werden niet opgemerkt. La
ter vernam hij dat de vliegtuigen behoorden tot de jachtgroep 3/1 Morane 406. Vol
gens mededeling van Luitenant de Montalembert rapporteerden de vliegtuigen dat
er geen Fransen waren in Bergen op Zoom
Post Noord
De rustige ogenblikken aan de Post Halsterseweg zijn inmiddels verstreken. De
Fransen horen hoe de Duitsers in de huizen tegenover hun stelling muren door
hakken en tegen 14 uur wordt het gevecht hervat. Zware Duitse mitrailleurs en
„Minenwerfer" (mortieren) bestoken de weg bij de Noordelijke commandopost (ge
vestigd in de Ambachtschool). Geantwoord wordt met een 60 mm mortier, dat zijn
vuur richt op de plaats waar verondersteld wordt dat de Duitse mortieren zich be
vinden. Twintig granaten worden afgeschoten onder leiding van Brigadier Gi-
bault 27).
Een bewijs voor het feit dat de vrees voor als burgers verklede Duitsers niet onge
grond was, levert ons het volgende relaas van de heer Groo
„Het was vast en zeker een Duitse soldaat die uit een huis kwam, een melkbus dra
gend. Hij ging naar „Ie csnal" (de Zoom) in onze richting. Ik veronderstelde dat hij
een goede zwemmer moest zijn en dat hij ons uit onze positie moest verdrijven
door granaten te gooien. Want vóór dat die man aan de kant van het kanaal kwam,
heeft een van onze mitrailleurschutters hem neergeschoten, en inderdaad bevon
den zich in de omgevallen bus granaten. Enige minuten later werden onze posities
aangevallen door vlammenwerpers. Schoten kwamen uit de laatste huizen links
(d.w.z. tegenover ons). „J'ai alors riposté a tir de mortier lequel j'avais emprunté
a un autre groupe de combat et après quelques coups d'obus Ie calme était revenu".
Tegen 17 uur rapporteert Luitenant Sénesse dat de muren van de huizen waar zijn
Fusils-Mitrailleurs zijn geïnstalleerd (o.a. in het huis van de Directeur van de Am
bachtschool, nu wijlen de heer Huijsmans), doorboord werden door kogels van
zware Duitse mitrailleurs. Ook de „Minenwerfer" worden weer actfef. Luitenant
Chalier begeeft zich naar de commandopost van Commandant Michon om hem het
plan van Kapitein Bayard mede te delen proberen om te 20 uur een doortocht te
forceren naar het Zuiden in de richting van Antwerpen. Commandant Michon
weigert.
Post Oost en stelling Halsterseweg
Om 18 uur gaat Kapitein Bayard persoonlijk in een gevechtswagen naar de Hoofd
commandopost, maar hij vindt de stelling daar verlaten beschadigde huizen en
26) Mondelinge mededeling van Generaal Michon.
27) Schutter was Maréchal des logis Boeulslen.
151