stukgereten bomen wijzen op een zware beschieting door mortiervuur. Hij treft er een zwaar beschadigde gevechtswagen van Luitenant Percepied aan en de auto van Commandant Michon, welke laatste, vernield, half in het water van de park vijver is gereden. Hij keert naar zijn post Haisterseweg terug. Onder het zware Duitse vuur had Commandant Michon de stelling Wouwseweg moe ten loslaten („décrocher"). Met zijn groep was hij naar de stelling Stalenbrug ge gaan om Luitenant Bertoult te machtigen eveneens te trachten successievelijk een heden naar het Zuiden (richting Antwerpen) terug te trekken. Ook de positie van de stelling Haisterseweg was inmiddels kritiek geworden. Het mortiervuur wordt zeer zwaar. Het peloton van Luitenant Sénesse komt rechts on gedekt te liggen. Kapitein Bayard besluit deze stelling te evacueren (onder be scherming van de pantserwagens van Luitenant Chalier) en naar de post Stalenbrug te gaan om, verzameld met de overgebleven delen van de groep van Luitenant Ber toult, te trachten richting Antwerpen te ontkomen. Maar alle uitwegen worden door de vijand stevig bezetDuitsers komen ook uit de straten uit Oostelijke en zelfs Noordelijke richting. Luitenant de Montalembert lost nog enige mitrailleur-salvo's op hen De ontknoping En zo komen we dan aan het laatste hoofdstuk van de te Bergen op Zoom geleverde strijdCommandant Michon neemt het wijze besluit, teneinde zinneloos bloedvergieten onder zijn troepen in de omsingelde stad te vermijden, en nu toch ook de toegezegde hulp 28) niet kan worden verleend, zijn manschappen vrijheid te laten zich over te geven of te proberen door de bossen uit te breken en de Franse linies bij Antwerpen te bereiken. Vele verdedigers, o.a. Commandant Michon zelf, hebben dit laatste geprobeerd, maar uiteindelijk zijn zij allen in Duitse handen ge- valien. Er deden zich bij de beëindiging van de strijd en bij de ontvluchtingspogin gen vermeldenswaardige incidenten voor. De order luidde ook het materieel te vernietigen. Wachtmeester Groo had zeer veel overredingskracht nodig om zijn manschappen er toe te brengen de wagen met munitie die bij de Martelarenkerk stond, niet in de lucht te laten vliegen, teneinde een ramp voor de bewoners van die wijk te voorkomen 29). Onze stad kan hem daarvoor niet dankbaar genoeg zijn. De heer Groo, die uit het departement „Mosel le" komt, en ook Duits kan spreken, werd op 10 a 15 km afstand van Bergen op Zoom op de dijk langs de Schelde gevangen genomen. „De Duitsers vroegen me onmiddellijk of wij in Bergen op Zoom gevochten hadden, wat ik natuurlijk formeel 28) Wat deze toezegging aangaat In het verslag van Kapitein Bayard lezen we „13 Mai, 16 h. Allé au P.C. du Colonel de .Beauchesne, sortie Sud de Bergen op ZoomJ'y retrouve Ie Capitaine Pacaud, Capitaine de Chabalier, Lieutenant Rouvillois. Ordre du Colonel de Beauchesne évacuer Steen bergen, se cercler dans Bergen op Zoom et y tenir jusqu'au 14 Midi. Serons dégagés par contre-attaque prévue avec I R.l. (Regiment Infanterie) 1 Cie chars Eléments hollandais". Tanks zijn wel onderweg geweest per spoor, maar niet verder gekomen dan Mechelen. Het R.I. is niet op tijd kunnen aankomen. De aansluiting met de Hollanders te Korteven heeft niet plaats gehad. 29) Zie ook de getuigenis van de heer H. Gieles Sr., De Waierschans, No. 1, 1969, p. 68. 152 heb ontkend ter wille van onze veiligheid. Ze vroegen me eveneens of er veel negers in het Franse leger waren, waarop ik een bevestigend antwoord gar en verklaarde dat er evenveel negers als blanken in zaten. Zij schrokken hevig en zeiden onder elkaar„Wat zal er van ons worden", want volgens zeggen van hun oudstrijders uit 1914-1918, maakten de negers geen krijgsgevangenen, en ze zeiden tegen ons Jul lie hebt je huid gered, maar wij"30). Ook Luitenant de Montalembert weigerde zich over te geven. Even voor de „over gave" had hij, zoals hij ons vertelde, nog een Hollandse officier ontmoet van 30 a 32 jaar, aan wie hij gevraagd had of er geen boot was om naar Engeland te gaan. „Neen", had de officier gezegd, „er liggen mijnen in de haven, de boten zijn tot zinken gebracht in de vaargeul". (Dit is echter niet gebeurd). Wat vernietiging van materieel betreft, Luitenant de Montalembert heeft zijn pant serwagens tegenover de spoorweg laten opstellen en, daar de motoren aangezet waren, heeft de laatste wagen de andere op de spoorweg geduwd. De chauffeur van de laatste wagen sprong daar op het laatste ogenblik uit. Luitenant J. de Montalembert, commandant van het Detachement de Découverte No. 1. De foto dateert van enige tijd vóór 1940. Twee pantserwagens van Luitenant de Montalembert, en van Luitenant Zouieff onder bevel van eerstgenoemde, kregen van Commandant Michon opdracht, ten einde het terugtrekken van de laatste eenheid (van Luitenant Bertoult) te be schermen en te maskeren, ,.ae faire volume" (d.i. de krijgsmacht zó opstellen dat hij groter lijkt dan hij in werkelijkheid is), en dit vol te houden tot een half uur na het terugtrekken. (Rapport van Commandant Michon). Luitenant de Montalembert houdt tot slot een korte toespraak tot zijn manschappen van het Détachement de Découverte No 1, inhoudend o.a. dat wie wilde, met hem mee kon gaan om te proberen te ontsnappen. Eén officier en 6 manschappen be sluiten hem te volgen. Geholpen door een Hollander die bereid was hen te ver bergen. werden ze naar een fabriek gebracht „waar ovens waren" (dat moet de oude bierbrouwerij geweest zijn). 30) Wachtmeester Groo, die bij de Stuka-aanval in Steenbergen zwaar lichame lijk letsel had opgelopen maar toch is blijven doorvechten, is later uit Duitse krijgsgevangenschap ontvlucht. Hij vocht bij de Forces Francaises de l'lntéri- eur, voegde zich later bij de strijdkrachten die Lotharingen bevrijdden, trok 18 maart 1945 Duitsland binnen via Saarbrücken, en vocht mee tot 8 mei 1945. Daarna verbleef hij lang in hospitalen en na 1952 nog bij de gendarmerie ge diend te hebben, werd hij afgekeurd en invalide verklaard. „Voila toute une histoire naturellement abrégée d'un sous-officier de l'Armée Francaise". 153

Periodieken

De Waterschans | 1968 | | pagina 80