ik Wie was Henri Fredericus Antheunis 1842-1917 H. F. ANTHEUNIS. 1842- 1917 Bergs beeldhouwer. Alle studies, sedert 1886 over de Wouwse koorbanken verschenen, maken melding van de Bergse beeldhouwer. Niet altijd wordt hij met name genoemd. Zo spreekt de catalogus van de expositie „Europaïsche Barockplastik am Niederrhein", op blz. 320, betreffende het ontbrekende beeld, ,,eine befand sich in 1886 in Privatbesitz". Op deze tentoonstelling, gehouden te Düsseldorff van 4 mei tot 20 juni 1971, waren drie beeldhouwwerken uit de kerk van Wouw geëxposeerd. Tot op heden werd over deze Bergenaar niet gepubliceerd. Wij menen echter dat het van nut kan zijn deze boeiende persoonlijkheid aan het duister der vergetelheid te ontrukken. 184 Henri Fredericus Antheunis werd 1842 te Bergen op Zoom geboren. Hij was de tweede zoon uit een gezin van zes kinderen. Zijn vader was Petrus Johannes An theunis (1810-1886), gehuwd met Anna Janssensl) (1803-1881). Het gezin Antheu nis woonde in de Engelsestraat, waar vader Piet het beroep van stoeldraayer uit oefende Een stoeldraaier is een ambachtsman, die uit gedraaid hout stoelen maak te. Doorgaans waren het fi|nzinnige vaklieden met een sterk ontwikkeld vormge voel. Vader Piet Antheunis beheerste, behalve het houtdraaien, ook de techniek van het ivoordraaien naaldenkokertjes, lakstempelhandvaten, messenheften, sierknop- pen voor allerhand meubilair etc. En niet te vergeten biljartballen. Omstreeks 1840 werd het stoeldraaien uitgeoefend aan een draaibank welke met de voet werd aan gedreven. (Vergelijk de „scharesliep", waar middels een pedaal de aswenteling wordt verkregen). Een aardige kijk op de werkplaats van de stoeldraaier geeft Jan Luycken in „Het Menschelijk Bedryf". (Zie afb. 54). De ambachtslieden uit het begin der 19e eeuw waren mannen met kunstzin. De vormgeving werd gedacht en ontworpen vanuit de handen. Een goed stoeldraaier was ook bedreven in het maken van houtsnijwerk aan meubilair. De jonge Henri Antheunis zag zijn vader aan het werk. De gaafheid en schoonheid van het werk, dat uit de handen van zijn vader voortkwam, werden een onverbrekelijk deel van zijn wezen. Het zien ontstaan van mooie dingen scherpt de waarneming. NAAR ANTWERPEN 2). Wanneer Henri zeventien jaar is, vertrekt hij naar Antwerpen om zich aan de Aca démie Royale des Beaux Arts te laten inschrijven bij de opleiding voor beeldhouwer. Op 28 november 1859, verlaat hij zijn geboortestad en neemt zijn intrek Sint Jacobs- markt no. 8. Hij staat van 1859 tot en met 1864 als leerling vermeld. Tijdens de eerste drie jaren ontvangt hij lessen van Van Hooi en M. Dujardin. Van Hoo! doceert de modeiage of het boetseren naar pleistermodel, speciaal de kop. Dujardin gaf onderricht in de verhoudingen van het menselijk lichaam. Vervolgens komt hij in de hogere opleiding waar de bekende beeldhouwer M. J. Geefs bas-relief" en volledige anatomie doceert. Ik heb trachten na te gaan of deze artiest M. J. Geefs dezelfde man is, die in 1832- 1838 de plaatsing van de koorbanken te Wouw verzorgde. Er waren namelijk zeven gebroeders Geefs, allen werkzaam als beeldhouwer en architect. Waarschijnlijk is M. J. Geefs dezelfde, die het Rubens standbeeld op de Groenplaats te Antwerpen maakte en ook de geestelijke vader van het ruiterstandbeeld van Leopold I. Zijn bijnaam was de Belgische Thorwaldsen" 3). Antheunis mag zich gelukkig prijzen van dergelijke bekwame artisten les te hebben ontvangen. Bijzonder interessant is, dat te Antwerpen het vak expressie als een zelfstandig vak werd gedoceerd. De man die dit voor zijn rekening nam was M. J. Verschaeren. Als eerste van de klas op dit gebied staat H. F. Antheunis vermeld tijdens het studiejaar 1862-'63. Maar in het jaar daarop komt hij op de vijfde plaats. November '64 verlaat hij de Antwerpse Aca demie en vertrekt naar Elsene. 185

Periodieken

De Waterschans | 1968 | | pagina 96