24..
licht voorziene kenners eenvoudigweg in de schaduw moet
hebben gesteld. Volgens Faure, die in die tijd in dienst
was van de markies, liet Framjois Egon om te oeginnen
de kapel afbreken. De rentmeestersrekening van 1709
bevat veel gegevens over de bouw van het nieuwe "kwar
tier" van de markies. In juni kregen de metselaars een
extraatje, opdat zij hun werk zouden voortzetten. 3)
Het zal wel warm weer zijn geweest. De smid Bernard van
Veen maakte in 1709 ijzerwerk aan het nieuwe kwartier,
dat in juli betaald werd. 4) In dezelfde maand betaal
de men het afwerken van de marmeren schoorsteen in de
ze vleugel. De stenen en andere materialen voor het
werk werden geleverd door een zekere Braco, die voor
die tijd hoge bedragen ontving. 5) Kennelijk is in 1710
het geheel afgewerkt: we vinden dan bedragen, betaald
aan de schrijnwerkers Ogiers en l'Abory, die ook wel
geen geboren Bergenaren zullen zijn geweest. 6)
DE KAPEL VAK DE WEDUWE, 1711.
De markies overleed te Douai (thans Koord—Frankrijk)
aan de kinderpokken. Op 4 augustus 1710 werd hy voor
lopig begraven in het klooster te Huybergen. 7) Waarom?
Een document over deze zaak zegt, dat de definitieve
bijzetting zou plaats hebben, nadat zijn tombe in de ka
pel van het markiezenhof zou zijn voltooid. Waar stond
deze tombe? Wederom biedt Faure uitkomst. Hij vertelt,
dat de kapel na de afbraak door de markies geen vaste
plaats meer had, doch dat de weduv/e de bidplaats liet
inrichten in de Christoffelzaal. 8) Inderdaad is in
1711 een bedrag betaald aan de architekt, die de in
richting moet hebben gerealiseerd: een zekere Giroquel,
waarover verder niets bekend is. 9) Overigens is dat
jaar hard gewerktom het hof in goede staat te bren
gen: dit betrof echter voornamelijk het herstel van de
leien daken. 10Veel zin om zelf te regeren had de
markiezin—weduwe echter niet. In augustus 1711 benoem
de zij haar mans oom, de kardinaal de Bouillon, om het
markiezaat te besturen. 11) Deze prelaat, notabene de
ken van het college van. kardinalen, was na fikse ru
zies in feite uit Frankrijk verbannen en in ongenade ge
vallen bij het Hof. In de republiek, die het Protestan
tisme hoog in het vaandel had geschreven, was hij ook
niet erg welkom. Zijn intrede te Bergen op Zoom was in
feite een lege comedie. Hij regeerde vanuit Antwerpen,
maar raakte al gauw in konflikten met de ambtenaren van
het markiezaat. Ook de broers van de overleden markies
lieten hem niet met rust. Den Haag greep in: de mar
kiezin-weduwe moest weer zelf regeren tot dat haar
schoonbroers, de geestelijke Hendrik Oswald en Frederik
Constantijn onder toezicht van de Raad van State als
voogden van het markiezinnetje (dat inmiddels 5 jaar
was geworden) de taak overnamen. 12)
Een bewogen familiegeschiedenis vond hiermee een eind
punt. Het lijkt dus nogal onwaarschijnlijk, dat men de
naam van de benarde kardinaal met de ingrijpende verbou
wingen kan verbinden. Het jonge markiezinnetje speelde
nog rustig met poppen. Hog geen veertien jaar oud is
zy in 1722 in het huwelyk getreden. Maar dat is een
nieuw hoofdstuk van de markiezaatsgeschiedenis.
W.A. van Ham
Aantekeningen.
1) Uitvoeriger in: W.A. van Ham, Het Doorluchtig Huis
van Bergen op Zoom, Zaltbommel 1977» 32-38.
2) Als voren, 88.
3) Archief Baad- en Rekenkamer inv.nr.69O. Rekening
1708/1709, 36v.
4) Als voren, 37v«
5) Als voren, 43 v.
6) ARR inv.nr.69i» Rekening 1710, 46, 47"v.
7) ARR inv.nr.29, 4 augustus 1710.
8) Jean Faure, Histoire abregée de la Ville de 3ergen-