9. Dit tema behandelt de volksballade 'Van Sinte Geer- truud's minne". Zie'Geestelijke Spiek der Middeleeuwen', uitgegeven door J, van Kierlo, Amsterdam 1939» P. 288- 296. 10. Wiersma-Verschaffelt 'De Wereldberg'in Nehal- ennia jrg. 2 (1957)» P. 14. 11. H. Schauerte 'Die volks tttmliche Heiligenverehrungj Minster 1948» p. 123. 12. W.H.Th. Knippenberg 'Oude pelgrimages vanuit Noord- Brabant in Eultuurhistorische Verkenningen in de Kempen III, Oisterwijk 1968, p. 45. 13. 3. Lambrechts 'Bezem en Kruis} Eetie 1974» P» 69-70. 14. II,E. Boeke 'De ooievaar en de slang II', in Nehalert— nia, jrg, 2 (1957), p. 97. 15. E. Jung 'Germanische Götter und Helden in christlicher Seit', Berlin 1939^, p. 215. 16. P. Wiersma-Verschaffelt -'De Wereldberg', in Nehal- ennia jrg. 2 (1957)» P. 14. 17. J.W.H. Sinninghe'Noord-Brabants Sagenboek} Scheve- ningen z.j.» p. 206, 18. Ibidem, p. 207-208, 19. J.W.H. Sinninghe 'Noord-Brabantse Sagen en Legenden IV', in Eigen Volk, jjrg. 11 (1939), P. 92-99» P. 96. 20. D.P. Blok, 'Inleiding tot de toponymie, vooral van Qost-Vlaanderenin Naamkunde, jrg, 10 (1978) P. 1-47, P. 3. 21. J. Cauberghe 'Vroomheid en Volksgeloof'in Vlaanderen, Hasselt 1967, P. 35. 22. H.E. Boeke 'Goddelijke drietallen in heidendom en christendom', in Nehalennia, jrg. 4 (1959), P. 72-80, p.80. 23. H.L. Keiler 'Heclams Lexikon der Heiligen und bibli- schen Gestalten', Stuttgart 1975^, p. 422. 24. J. van der Schaar 'Woordenboek van voornamenJ Utrecht/' Antwerpen 1964» P. 86. 25. J. Cauberghe, o.c.p. 45. 26. Ook 'Ten Strijen' of 'Slotbosse Toren' geheten; zie P.G. Bins 'Prisma Toeristengids Zeeland-Brabant-Limburg',' Utrecht 1972, p. 262. Nam St. Gertrudis de functie over van de godin O Nehalennia,? De monding van de Schelde stond in de geur van heilig heid. Op de zuidelijke oever stonden te Domburg en by Golijnsplaat (Ganuenta) de tempels, gewijd aan de lokale godin Nehalennia. Bekend zijn de vele altaarstenen, die in de Romeinse tijd werden opgericht, waaruit Nehalennia tevoorschijn komt als de doeltreffende beschermster van de zeevaart. Eet inheemse element in de religie van Romeins Nederland was sterk vertegenwoordigd. Wel valt het op (l)dat de bij ons de bij name bekende inheemse goden (waaronder Nehalennia) bijna allen vrouwelijk zijn. Het waren vruchtbaarheidsgodinnen, die de vruchtbaar heid van mens en dier bevorderden en de groei van de gewassen stimuleerden. Zij werden dan ook afgebeeld met dieren en vruchten als hun attributen. Nehalennia is gezeten op een troon met rechts van haar een hond en links een fruitmand. Nehalennia's ver-reikende roem dankte ze aan de be scherming die zij de zeevaart bood. In het artikel van Pref. Br. van Mierlo: "De H. Ger trudis van Nijvel" (2) leest men, dat Gertrudis lang werd vereerd als een van de meest populaire heiligen. Haar roem verspreidde zich tot ver buiten de grenzen, zelfs tot in de afgelegenste hoeken van Oostenryk. Zy werd in 't bijzonder aangeroepen als de beschermster van reizigers. Bij het afscheid voor een verre reis of een gevaarlijke onderneming, dronk men te harer ere "Minne": "Sint Geertruuds Minne". Al tijdens haar leven verrichtte de aanroeping van haar naam wonderen. voorbeeld: Voor de benodigheden van het klooster (zij was abdis) waren enkele van haar dienaars bij kalm ve der uitgevaren voor een verre reis; misschien naar Ierland. Daar zagen se plots in de verte een reusach tig schip. Naarmate het naderde, zwollen de golven als by een geweldige storm. Nu daagde voor hun ogen een vervaarlijk zeemonster op, In dit levensgevaar riepen 28 2 9

Periodieken

De Waterschans | 1980 | | pagina 16