MEDEDELING TWEE MIDDELEEUWSE MUNTEN GEVONDEN TE BERGEN OP ZOOM Bij beschikking van 21 december 1938 werd zijn naam aan de kazerne gegeven. Op dit moment wordt de kazerne gebruikt door de Rijschool Bergen op Zoom (RSB). Van wege de omvang van de totale rijschool liggen 2 van de 4 rij-instructiecompagnieën echter in de Koningin Wilhelminaka'zerne in Ossendrecht. Op de rijschool komen ie dere twee maanden zo'n 720 nieuwe dienstplichtigen op die, verdeeld over de vier compagniën, in opleiding worden genomen. In de zuidwesthoek van de kazerne bevindt zich een DIERENTUIN, die door een kor poraal, hoofdzakelijk in zijn vrije tijd, wordt bijgehouden. Hoewel oorspronkelijk klein opgezet, is hij toch tot een bezienswaardigheid uitgegroeid. Op 7 april 1976 werd opgericht en notarieel vastgelegd de "Stichting Cort Heyligers" met als doel: "de voortzetting van de militaire traditie van de voormalige kazernes in de vestingstad Bergen op Zoom, voormalige onderdelen welke gelegerd waren in Bergen op Zoom, alsmede van het onderdeel gelegerd in de Cort Heyligerskazerne". Zij tracht dit doel te verwezenlijken door o.m. het aanleggen van een krijgskundige verzameling op de zolder van een van de legeringsgebouwen. Uit de verschillende pe riodes liggen hier tastbare herinneringen tentoongesteld, die regelmatig aan groepen (dienstplichtige) militairen worden getoond. Zondag 3 juni. Bezoek aan de uitstalruimte v.d. archeologische stichting "In den Scherminkel" gevangenpoort te Bergen op Zoom. Voor onze leden en hun introducees geopend van 11.30 tot 14.00 uur. Hier zijn ook de resultaten te bezichtigen v.d. opgravingen in de Zuid-molenstraat en die welke bij de reconstructie v.d. Grote Markt gevonden zijn. IN DEN SCHERMINCKEL Op 3 juni is er een excursie naar de expositieruimte van de archeologische stich ting In den Scherminckel. De in het poortgebouw geëxposeerde kollektie is grotendeels eigendom van deze in 1971 opgerichte stichting, die zich oudheid kundig onderzoek in ruime zin ten doel stelt. In de kollektie zijn twee afdelingen te onderscheiden. Ten eerste is dat een doorsnede van het inde huishoudens van de 15de tot de 19de eeuw in gebruik zijnde stenen en glazen vaatwerk. De voorwerpen zijn zoveel mogelijk geordend naar de vindplaats. Er is een keur aan grapen of kookpotten, steelpannen, schalen, borden, kommen, lampjes, glazen, flessen e.d. tezien. Speciale aandacht verdient de tegen de westwand opgestelde kollektie, afkomstig uit de afvalput van de huizen "de Scherminckel" en "de Draeck", waarbij zich vele fraai versierde voorwerpen bevinden. Ook zijn hier recente vondsten uit de Zuidmolenstraat te zien. De tweede afdeling wordt gevormd door de misbaksels, gevonden in de restanten van diverse vroeger in het Havenkwartier aanwezige pottenbakkerijen. Misbaksels zijn de voorwerpen, die tijdens het bakproces in de potoven schade opliepen, bijvoorbeeld door scheur vorming, en daardoor onverkoopbaar werden. Deze nooit gebruikte voorwerpen geven een beeld van de produktie van de vroegere pottenbakkerijen "de Drie Klokskens", "de Kat" en "Cronenburg". In de vitrine zijn diverse kleinoden uit de pottenbakkerij te zien zoals proenen, mallen en een schraapmes. 4 door Louis Weijs Tijdens de opgraving door de Stichting In den Scherminckel aan de Zuidmolenstraat in de zomer van 1983 was het één van de grote vragen om een datering te vinden voor de oudste bewoningslagen. Toen dan ook op 13 en 26 juni bij het afschaven van het onderste bodemvlak twee munten werden gevonden, rees de verwachting dat er een oplossing zou worden ge vonden voor dit dateringsprobleem. Op het eerste gezicht waren de munten niet meer dan twee bruine geoxideerde me taalschijfjes met een vaag reliëf. Eén munt was redelijk gaaf, terwijl de tweede gebro ken was en er bovendien een kwart volledig ontbrak. Beide munten werden op gestuurd naar het Koninklijk kabinet van munten, penningen en gesneden stenen te Den Haag. De heer H.W. Jacobi van dit instituut heeft de munten gereinigd en gede termineerd. 1) Het gaat om twee gelijke exemplaren van een zilveren penning of denarius. Van de 8e totde 13e eeuw was dit het enige type munt dat geslagen werd. De waarde ervan be droeg 1/240 van een karolingisch pond (zilver), in ons gewichtstelsel ongeveer 1,8 kg- De muntplaats is Keulen, waarbij als jaartallen kunnen gelden de regeringsperi odes van Otto I (936-973), Otto II (973-983) en Otto III (983-1002). Bovendien moet rekening gehouden worden met het feit dat deze "Keulse penningen" nog 1 50 jaar later in omloop waren.2) De datering van de grondlaag waarin de vondst is gedaan ligt dan tussen 940 en 1150. Verder onderzoek vanmetnamede aarde- werkscherven die ook zijn gevonden kunnen mogelijk een iets nauwkeuriger periode aanduiden VOETNOTEN 1) Brief van drs. H.W. Jacobi, directeur Koninklijk kabinet van munten, penningen en gesneden stenen. 2) Dr. H.E. van Gelder,De nederlandse munten Utrecht/Antwerpen 1966 De voor- en achterzijde van één van de twee gevonden munten. 5

Periodieken

De Waterschans | 1984 | | pagina 4