u
LJ ZEISEN SLOTPLAAP VOOIS POPZAAL VLEUGEL
SAMEN GESTELDE
Er loopt slechts een
niet te herstellen
krakkemikkig brug
getje tussen de
kunsthistorische we
tenschap en de
steigers waarop het
werk wordt gedaan.
Kopie deurklopper in ijzer - 1975.
Fecit: bij Jobse B. V. - Middelburg.
Foto: Wim Riemens - Middelburg.
museumstukken in een vitrinetje
naast de deur van herkomst ge
ëxposeerd. Op de deur werden
nauwkeurige kopieën aange
bracht (zie afbeeldingen).
Hulp en steun werden eveneens
ontvangen van de naaste mede
werkers. mevrouw van Tienen, de
heren Koens en Burgel en in niet
mindere mate van de uitvoerders
van Vossen en Oudesluijs.
Begeleid werd ik door enkele
personen, die gelijktijdig van
grote invloed zijn geweest op
mijn vorming, vooral als bouw
kundige en als restaurateur. In
dit verband wil ik speciaal
noemen de heren C. Slootmans,
emeritus gemeentearchivaris.
Ir.R. Meischke van de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg en de
restauratie-architekten J. Bom
zaliger gedachtenis en E.A. Can-
neman. Veel mocht ik ook leren
van hoofduitvoerder J. van der
Sluijs, een oude rot in het restau
ratievak. een organisator en
praktijkman pur-sang. En last but
not least vermeld ik de hulp van
de vaklui, de mensen van de
bouwsteigers, die dikwijls In weer
en wind en tussen stof en afval
werken maar zonder wie er niet
gerestaureerd en gerenoveerd
zou kunnen worden. Aan die
anonymi wil ik enige aandacht
meer schenken. De bouwvakkers
dus die doorgaans niet op de
voorgrond treden en niet gewoon
zijn te treden.
Hun handenarbeid en vaak
Klopperplaat in ijzer - 1e helft 16e
eeuw. Foto: Rijksdienst Monumen
tenzorg - Zeist.
Voor fsiaak
even simpele als bijzondere
vernuftigheid versmelten met het
produkt waaraan ze werken. Zij zijn
het die het mede mogelijk hebben
gemaakt en nog maken dat de
kunsthistorici een wetenschappe
lijk masker op kunnen zetten. Die
kunnen de vakman en zijn
ambacht echter onvoldoende
doorvorsen waardoor aan heel
gewone en soms eenvoudige
praktische uitvoeringszaken meer
dan eens teveel kunsthistorische
waarden worden toebedacht, zoals
ik gaandeweg heb gekonstateerd.
In de loop der jaren ben ik gaan
ervaren dat er slechts een niet te
herstellen krakkemikkig bruggetje
loopt van de kunsthistorische
wetenschap naar de steigers
waarop het werk wordt gedaan.
Het zijn twee zo geheel verschil
lende werelden.
Het is wel aardig dat er in de
geschiedenis als een soort
herinnering aan al die bouwers, en
zo goed als zeker mede door eigen
toedoen, een aantal bouwkundige
termen zijn ontstaan die ontleend
werden of 'n duidelijke relatie
hebben rriet namen van onderdelen
van het menselijk lichaam. Graag
wil ik er enkele aanhalen:
'n nek/sponning,
'n neus/Ijzer,
'n lip/las met borst,
'n oor, aan een kozijn,
'n schouder/kozijn (ook wel
melkmeisje genoemd)
'n palm, verrekeninhoud voor
natuursteen,
h duim/stok, die naast centimeters
en millimeters, is voorzien van
Amsterdamse voeten en duimen.
En zo zijn er nog wel wat in
gebruik. Uit het middenrif putte
men meen ik niet. Hoewel....enkele
maanden geleden schreef de
uitvoerder bij de restauratie van de
panden onder aan het
St. Catharinaplein in z'n
weekrapport dat er schaamdelen
waren aangebracht. Toen de jonge
vrouw, die het rapport zou typen,
informeerde of ze het wel goed
gelezen had, hebben we het beter
geoordeeld het woord door 'n
ander te vervangen.
Dank en waardering aan allen die
ik memoreerde maar zeker ook
aan degenen die ik niet met name
noemde. Nog een harteli/k welkom
aan de heren Weyers en de Graaf
met hun echtgenoten - deputatie
van de vakmensen. Komplimenten
voor jullie spontane bereidheid om
deze morgen geïnteresseerden aan
de Gertrudiskerk te woord te staan.
Fijn dat jullie dat met uitvoerder
van Vossen en opzichter Burgel
hebben willen doen, want het kwam
mij deze dag minder goed uit!
Of mijn affiniteit met het ambacht
en de ambachtsman voortkomt uit
het feit dat ik opgroeide tussen
attributen als goudkussen en
daskwasten en met de lucht van
terpetijnolie, weet ik niet. Zeker is
wel dat het roken van grote
sigaren, zoals vaak voorkomt in de
bouwwereld, al /ong is begonnen
met de sigaren die m 'n vader van
vertegenwoordigers kreeg en die ik
inpikte, 'n Bevoorrecht mens ben ik
ongetwijfeld, in staat gesteld mee te
Kopie slotplaat in i/zer - 1975.
Fecit: bij Jobse B. V. - Middelburg.
Foto: Wim Riemens - Middelburg.
werken aan het restaureren en
inrichten van een aantal opvallende
en wettelijk beschermde
monumenten in deze gemeenschap
waaronder de korenmolen De
Twee Vrienden', de Sint
Gertrudiskerk en heel in het
bijzonder het Markiezenhofcomplex.
Vooral het unieke van het laatste -
bekend tot over de landsgrenzen -
wordt helaas nog niet algemeen
beseft in eigen omgeving. Dat zal
meen ik nimmer geheel zi/n op te
lossen, want er zullen altijd mensen
ziende blind en horende doof
blijven. Bevoorrecht en tevens
dankbaar dat ik dit mocht en kon
doen. Het was mede mogelijk door
het gekregen vertrouwen zonder
welke het ondoenlijk is tot
resultaten te komen. De motivatie
plus de weekendtijd die er door mij
ingestoken zijn waren deze
monumenten zeker waard, die extra
koestering verdienden ze best en
het was nooit een verveling voor
me. Maar denkt U nou vooral niet
dat ik daarbi/ altijd liep te huppelen
en te fluiten van blijdschap. Het kon
meestal niet anders. Twee van zulke
omvangrijke werken houden 'n
mens nu een maal voortdurend
bezig. Desondanks worden mijn
bezigheden vandaag, vind ik, wat
sterk belicht bi/ de uitreiking van
deze prijs en nog wel een voor
Kunsten en Letteren. Maar ik zou -
voorzover ik kan nagaan - voor de
eerste keer in mijn leven jokken als
ik niet zou zeggen dat ik er van
harte blij mee ben. Het gaat erop
lijken of het allemaal niet meer stuk
kan. Daarom is het goed om ons te