STRATEN EN
STRAATNAAMGEVING
VERKENNINGEN IN MIDDELEEUWS BERGEN OP ZOOM - 4 door Willem van Ham.
Het bestaan van verharde straten en
pleinen, voorzien van vaste, blijvende
namen beschouwt men als vanzelf
sprekend. Sommigen denken, dat in
de "duistere" middeleeuwen derge
lijke zaken geheel ontbraken en de
stad langs modderige banen vol
varkensmest en ander afval was ge
bouwd. Niets is minderwaar: de mest
was er wel, maar werd om zijn waarde
ten behoeve van de landbouw (be
mesting) al spoedig opgehaald, want
deze afvalstoffen brachten heel wat
op. Ook waren de straten niet on
verhard. De rentemeester van de heer
van Bergen noemt in 1393/1394 Hen-
drick de Catsiere (straatmaker) die
21/2 roeden steenweg bestraatte voor
het Hof.
Uit de oudstbewaarde stadsrekening
(1412/1413) blijkt dat zelfs een zij
straatje als de Sint Gertrudisstraat
(Bruinevisstraat) "gecautseyt" was
(voorzien van cautsynen, thans in het
Vlaams nog "casseyen" of straatste
nen). De overige stadsrekeningen
getuigen van de inspanningen van
het stadsbestuur om de bestrating te
onderhouden.1).
Een andere zorg vormde-de afwate
ring langs allerlei goten en de Grebbe
naar de Haven. Een heel stelsel van
trappen, muren enz. moesten zorgen
dat deze waterloop in stand bleef.
Zelfs vanaf de Grote Markt was er een
een goot in de richting van de Grebbe
2). Een belangrijkere zijtak van de
Grebbe vormde de Vulbeke of Vuyl-
beke: die liep langs de sinds 1930
naar Pastoor Lancriet genaamde
straat en sloot ten zuiden van de tuin
van huize Sint Getrudis (Armenblok)
op de Grebbe aan. Zuidwaarts liep de
Vuilbeek in de richting van het voor
malige Hospitaal aan de Wouwse-
straat en kwam ten westen van huis
nr. 7 op die straat uit. Daar ging deze
goot onder de straat door en heette
daar ook "de Gote". 2) Hierlangs
konden onder meer de huidevette-
rijen van de Wouwsestraat hun afval
water kwijt.4) Al was de middeleeuw
se stad dus niet zo smerig als men
haar soms afschildert, de situatie was
Poortje tussen Steenbergsestraat 24 en 26, ter plaatse van het Schendele-
straatje.
plaatselijk soms verre van ideaal.
Bijna tien jaar geleden heb ik aan het
ontstaan van het stratennet vóór 1400
de nodige aandacht geschonken. Het
blijkt, dat dit rond de Grote Markt
moet worden gezocht; na de omwal
ling van de stad (vermoedelijk tussen
1330 en 1335) vond een expansie
plaats in de richting van de poorten5).
Bij de bespreking van de open ruim
ten in het oude centrum kwam de
aanleg ter sprake van straten in het
zuidwestelijk deel daarvan (Linde-
baan en omgeving) en in het noord
oosten (Korenmarkt en omgeving)6).
De bouw van een nieuw woonhuis
16
Schetskaart van het tegenwoordige stads
centrum, waarop aangegeven de verdwe
nen straatjes, alsmede (in dikke lijn) de
stadsommuring, zoals deze in het midden
van de 16e eeuw was.
A. Terrein Markiezenhof en omgeving.
B. Terrein Sint Gertrudiskerk en omgeving.
1. Sinte Eewoutstraatje.
2. Schendelestraatje.
3. en 4. Zijstraatjes van de St. Antonius-
straat.
5. Nonnenpoort of Zak.
6. Koeveringse Poort verdwenen gedeelte
7. Volderstraat.
8. Kykuistraat.
9. Volderstraatje naast de Blauwe Hand.
10. Raamstraatje.
11. Gasthuissteeg.
12. Klein Molenstraatje.
13. Weststraatje.
voor de heer van Bergen op Zoom
maakte niet slechts de aanleg van een
nieuw straatje (Hofstraat) nodig,
maar bracht ook de verbetering van
de Moeregrebstraat en van de Sint
Antoniusstraat (thans Weverskat)
met zich mee, alsmede de verbetering
of aanleg van kleinere verbindingen
zoals die via de Scholiersberg, de
Mosselstraat en de Morganstraat7).
Ook werd het Beursplein, voorheen
een braak liggende ruimte, door over
kluizing van een deel van de Grebbe,
tot een "schoon plaitsse" omge
vormd8).
Ook in de omgeving van de Grote
Kerk veranderde de loop van de stra
ten aanzienlijk door de opeenvolgen
de uitbreidingen van dat gebouw.
Tenslotte ging een geheel bouwblok
verloren door de beschieting in 1747,
waarna de Parade werd aangelegd,
genoeg stof voor afzonderlijke ver
kenningen.
VERDWENEN STRAATJES.
Een aantal zijstraatjes is, doordat hun
functie verloren ging, uit het stads
beeld verdwenen. Het stadsbestuur
verkocht het gebruiksrecht aan de
eigenaar(s) van aangrenzende pan
den, meestal tegen een cijns of erf
pacht. Hier en daar in de stad zijn nog
sporen van die straatjes te zien, ande
ren verdwenen spoorloos. Van som
migestraatjes is het tijdstip van afslui
ting precies bekend, over andere tas
ten wij in het duister. Aan de hand van
bijgaand kaartje sommen wij de ver
dwenen straatjes op.
1Sint Eeuwoutstraat. Dit straatje lag
aan de Steenbergsestraat. Een spoor
hiervan is nog te zien in de vorm van
een gang tussen beide belastingkan
toren, Steenbergsestraat 27 en 29. De
eigenaar van nr. 29, de Drie Bonetten,
betaalde in de achttiende eeuw cijns
aan de stad voor het afsluiten van dit
17