r LC7 1 1 Beide gemeenten werden toen, van bijna de ene dag op de andere toevluchtsoor den voor ontelbare Belgi sche burgers. Wat was hier van de achtergrond Op één augustus 1914 ging Ne derland, in verband met de dreigende oorlogssituatie over tot mobilisatie van het leger. Amper drie da gen later, op vier augustus begon de Duitse bezetting van België. Vooral in de eerste weken had deze be zetting een gruwelijk en bloedig karakter: honderden onschuldige burgers werden gefusilleerd en hele woon wijken werden volledig in de as gelegd. Uit vrees voor het brute optreden van de Duitsers vluchtten honderdduizenden Belgen naar het neutrale en dus veilig geachte Nederland. Met name tijdens en vlak na de beschieting van Ant werpen in de nacht van ze ven op acht oktober begon een ware volksverhuizing op gang te komen. Geschat wordt dat in totaal onge veer 500.000 Belgische bur ger-vluchtelingen de pro vincie Noord-Brabant zijn binnengetrokken. Roosen daal en Bergen op Zoom werden hierbij niet bepaald ontzien: burgemeester Hulshof van Bergen op Zoom liet op 10 oktober de minister van Binnenlandse Zaken weten dat de toeloop van vluchtelingen van dien aard was dat de toestand onhoudbaar was geworden. Hij schatte het aantal uit gewekenen in de stad op ongeveer 25.000 met daar bij de vermelding dat nog 40.000 vluchtelingen in aantocht waren. Roosendaal en Bergen op Zoom her bergden op dat moment meer vluchtelingen dan ei gen inwoners Bij het lezen van deze aan tallen rijzen uiteraard de nodige vragen: waar, hoe en door wie werd deze mensenmassa opgevangen; welke specifieke groepe - ringen bemoeiden zich met de vluchtelingenzorg en welke maatregelen werden wel en niet genomen In teressant is ook te bezien in hoeverre de gemeente lijke autoriteiten in Roo sendaal en Bergen op Zoom een eigen vluchtelingenbe leid voerden. In dit verband springen een aantal zaken in het oog. Allereerst wil ik wijzen op de uitermate afhankelijke positie van de betrokken gemeentebestu ren. Vooral in financieel opzicht waren zij met han den en voeten gebonden aan het ministerie van Bin nenlandse Zaken. Tevens hadden de zuidelijke grens- Koken voor de vluchtelingen voor het stadhuis te Bergen op Zoom. gemeenten te maken met de militaire autoriteiten die vanwege de afkondiging van de Staat van Beleg en de Staat van Oorlog een flinke vinger in de pap had den. Sterker nog: het burgerlijk gezag was for meel ondergeschikt aan het militair gezag. Gesteld kan worden dat de gemeentebestuurders dus niet in de meest gemakke lijke positie verkeerden om een eigen beleid van de grond te tillen. Toch waren er enige openingen. Aange zien er geen duidelijke richtlijnen bestonden inzake verantwoordelijkheid en be voegdheden, hadden de ge meentelijke autoriteiten best eigen initiatieven kun nen ontplooien. Er was na melijk nooit op papier vast gelegd wat zij wel en niet mochten ondernemen Verwonderlijk is echter dat de colleges en gemeentera den van Roosendaal en Bergen op Zoom hier nooit gebruik van hebben ge maakt. In Bergen op Zoom werd het vluchtelingenpro bleem weliswaar gebruikt voor het uitvechten van lo kale politieke twisten maar echt veel beter werden de Belgen hier niet van. In Roosendaal werden de vluchtelingen ai helemaal niet aangeroerd tijdens de raads- en collegevergader ingen. De Roosendaalse burgervader vond zelf dat hij wel andere zaken aan zijn hoofd had Ik meen aldus te mogen vaststellen dat er geen sprake was van een lokaal vluchtelingenbe leid. Voor het onderzoek werd gebruik gemaakt van onder andere het archief van het vluchtoord Plein XIII, 1914- 1919 (gemeente-archief Bergen op Zoom) en de stukken betreffende Belgi sche vluchtelingen (ge meente-archief Roosendaal). HET MARKIEZENHOF TE BERGEN OP ZOOM EEN OVERZICHT VANUIT DE BRONNEN VAN ZIJN GESCHIEDENIS TOT 1795 Eind oktober verschijnt HET MARKIEZENHOF TE BERGEN OP ZOOM. Een overzicht vanuit de bronnen van zijn geschie- W.A. van Ham, in de reeks STUDIES UIT BERGEN OP ZOOM. Reeks monografieën nr.5 (Bergen op Zoom, 1986). Aan de inleiding ontlenen wij hier een en ander, ten einde nu reeds een tip van de sluier over de inhoud op te lichten Bij onderzoekingen in ae ar chieven van de raad en re kenkamer van de markiezen van Bergen op Zoom, alsme de bij de ordening en inven tarisatie van de bescheiden van dat archieffonds, kwam door diverse toevalsvondsten een aantal gegevens aan het licht. Deze verschaften een andere visie op de geschie denis van bouw, bewoning en gebruik van het Markiezen hof te Bergen op Zoom. Ge leidelijk aan werd het duide lijk, dat het gewenst was, deze gegevens te publiceren. Aangezien niet kon woiueu volstaan met het opsommen van fragmentarische feiten zonder samenhang, viel het besluit alle beschikbare ge schreven bronnen te verza melen teneinde tot een zo volledig mogelijk overzicht te geraken. Het leek gewenst, deze te publiceren ter gelegenheid van de afsluiting van de res tauratiewerken van deze heerlijke stadswoning in 1986. Met geschreven bron nen alleen kan een modern onderzoeker naar de ge schiedenis echter niet vol staan. Ook de archeologi sche, iconografische en ge- door W.A. van Ham aruKte bronnen dienen bij zijn werk betrokken te wor den. Toen het geheel voltooid was, heb ik lang geaarzeld het geheel ter publicatie voor te leggen. Onder de genen, aan wie ik advies in deze verzocht, was het vooral prof.dr.ir. R. Meisch- ke, die mij de moed gaf om door to zotton. Ds2rnBac"'" was van belang het kontakt met de heer C. Booij, pro- jektleider bij de restauratie werken van het Markiezen hof en de Grote Kerk. Genoema mogen nog worden de raadgevingen en aanwij zingen, die werden verschaft door de gemeente-archivaris J.H. van Mosselveld en de andere medewerkers van het gemeente-archief van Ber gen op Zoom. Dit overzicht is bedoeld als een eerste bijdrage tot de studie van een, door het te loorgaan van dergelijke ge bouwen elders, uniek gewor den blijk van historische ar chitectuur. De archieven van de raad en rekenkamer eindigen in het jaar 1795. Noodgedwongen rnoet dat als slotjaar gelden. 1Jlof *o rf]3c^ ao n 1 1 Omslag van de monografie. De inleiding omvat een kort overzicht van de bouwge schiedenis; een beschouwing over ligging en omgeving van het gebouw en een be schrijving van het gebouwen complex. Daarna wordt van iedere bronnensoort een overzicht gegeven. In een slotwoord zal een poging worden gedaan, het verschil met de tot dusverre over de bouwgeschiedenis bestaande inzichten uiteen te zetten. Het boek is 112 blz. groot en voorzien van 28 illustra ties, waaronder 2 kaarten en 2 plattegronden. Aan het "Ten Geleide" van prof.dr.ir. R. Meischke ontlenen wij nog het volgende De heer W.A. van Ham verrichte een nieuw onder zoek naar de groei en het gebruik van het Markiezen hof, met het doel om ons de mensen die het maakten en die het bevolkten wat nader te brengen. Hij ontdekte daarbij verscheidene reken- ingenposten die tot nieuwe conclusies over de bouwge schiedenis noopten. Maar niet alleen deze conclusies zijn van belang, het is het woordgebruik van de reken ingen dat ons dichter bij de mensen van toen brengt. Wanneer men tegen de ach tergrond van het gebouw en 32 -J 1 "7 O A ocriiio t w l i/ UOvji r 33

Periodieken

De Waterschans | 1986 | | pagina 7