10M
ns
Tekening van A. Dürer waarop aangegeven een deel van de nieuwbouw aan de oostzijde van de Sint Gertrudiskerk, 1520
Interpretatie van de tekening van A. Dürer (1520) door H. Bos (1986). Slechts de in arcering aangegeven kerkgedeelten
zijn op de tekening van Dürer te zien. Door de plaats, waarvandaan de tekening werd gemaakt, was van het oude koor
(links bovenaan) siechs een zeer klein deel zichtbaar. Dit ging grotendeels schuil achter de middenbeuk van het nieuwe
dwarsschip. die op zijn beurt voor een groot deel aan het oog werd onttrokken door de huizen op de voorgrond. Dat geldt
ook voor de zijbeuk rechts. De nog niet gebouwde gedeelten van koor en dwarsschip zijn in stippellijn aangegeven.
A' h
Kaart 2. Poging tot reconstructie van de stedebouwkundige situatie rond de Sint Gertrudiskerk ca. 1575.
De dikke lijn van noord naar zuid door het kerkgebouw geeft de plaats aan van de tegenwoordige kerkmuur langs de
Parade.
baard). In 1446 was het huis reeds
eigendom van een Herman de Wisse-
lare, die in 1446 het huis ten zuiden
daarvan (nr. 13) kocht. Het huis op de
hoek (nr. 14) werd in 1441 gekocht
door enige lombarden. Nadat bij de
stadsbrand in 1444 de lombarden
hun huis op de Grote Markt hadden
verlaten, werd hier de officiële bank
van lening gevestigd.13) De panden
zijn daarna afgebroken; in 1519 lag
ter plekke daarvan een erf.14)
Op de tegenovergelegen hoek (nr.
15) stond het huis DE WAPEN VAN COE-
LEN. Jan Adriaens zoon de Verwere,
schoenmaker, verkocht het in 1506
aan de kerkfabriek.15) Ten zuiden
daarvan waren reeds in 1505 twee
huizen (nrs. 16 en 17) aan de kerk
fabriek verkocht door Claus Pottels-
berg, raadsheer in de raad van Vlaan
deren: het huis Sint Merten, (nr.16)
waar een tuin bij hoorde, die tot aan
de Kerkstraat zuidwaarts liep (nr.25)
en het huis, dat in 1491 nog de
GAPAERT heette.16) Het huis daar
naast (nr. 18) droeg in dat jaar nog de
naam de WITVOET: dit is in 1507 even
eens aan de kerkfabriek verkocht.17)
Door de aankoop van deze percelen
was de nieuwbouw van de kerk in prin
cipe mogelijk geworden. Alleen ten be
hoeve van de koorpartij was nog een
aanvullende verwerving nodig. In
1519 kocht de kerkfabriek het huis
DE GHULDEN WERELT (nr 10) en
het huis ten zuiden ervan (nr.11).18) In
1538 werd het eerstgenoemde huis
verkocht, behalve een klein huisje,
dat aan de kant van het inmiddels
aangelegde kerkhof stond. In 1553
blijkt het perceel, waarop het huis
had gestaan, eveneens bij het kerkhof
gerekend te worden: gedeeltelijk liep
er een nieuwe verbinding naar de
Koevoetstraat over.19)
De kerkhoven
Aansluitend aan de bouw van de
nieuwe kerk was het nodig de hier
door in beslag genomen kerkhofruim
te te vervangen. De geringe opper
vlakte ten noordoosten van de kerk
aangeworven, zal spoedig zijn inge
nomen; meer ruimte boden de perce
len, die bij de huizen aan de Kerkhof
straat behoorden. De Lombaardstraat
heet in 1536 "de strate tegenover
d'nyeuwe kerckhof".20) Andere per
celen lagen ten zuiden van het nieuwe
kerkgedeelte. Het perceel, waarop
het huis De Sperwer (nr. 19) had
gestaan, blijkt in 1543 tot het kerkhof
54