Oliekannetje (albarello) met wapen van Zeeland St. Jans Hospitaal. Brugge
2. Item ingelycx soo vercoopen de
cruydeniers somtijds electuarium de
succo rosarum, seker poeder dwelck
sy noemen blancxpoeder, oft andere
dyer gelycke gecomoneerde poe
deren oft electuarien, inde welcke
gaen of gedaen wordden diagredium
oft andere venynighe medecijnen dye
seer sorgelyck syn te nemen, ten
ware dat sy seere gecorrigeert waren,
ende alsdan gegeven is, alsulcken
siecten daer sij dienen en de oick
alsoo swaer, alst behoort; maer want
die cruydeniers nyet en weten de
voers, electuarien te maken naer dije
gerechtighe descriptien, noch en
weten hoe swaer dat sy't geven selen,
noch in wat siecten. Soo hebben de
heeren voers, gheordoneert dat voor-
tane de cruydeniers dese voers, elec
tuarien nyet en selen mogen ver
coopen.
Ende soo wat cruydeniers bevonden
wordden contrarie van desen twee
poincten doende oft gedaen te heb-
bene, dye selen verbeuren telcker
reyse dertich stuvers, de bekeeren in
drie deelen, deen deel den heere,
dander der Stadt, ende het derde den
aenbrenger.
Actum penultima Augusti Ao. (XVc)
LXI. (30 augustus 1561). Gemeente
archief Bergen op Zoom. Register
van Stads-ordonnancien sedert 1558,
57 (blz. 113).
Op 31 augustus 1567 werd de ver
ordening op de apothekers opnieuw
uitgevaardigd, met slechts verande
ringen in de schrijfwijze. Ook de or-
donnatie op de kruideniers werd op
die dag opnieuw in het keurboek
ingeschreven.
Dit keer volgt echter een verordening
op de onbevoegde uitoefening. Deze
is niet gepubliceerd en moge hier
volgen:
ORDINANTIE OPTE ONGELEERDE
MEDECIJNE.
item om te verhoeden voortaen ende
te beletten diversche gebreken ende
pricklen die bij Rade van ongeleerde
persoonen hen utgevendevoorgroo-
teconstenaers en medecijnen in voor
leden tijden menichvuldelijck ge-
schietzijn ende noch dagelycx ge
schieden mochten, ten ware dat men
hier op voorsage: Soe eist hij dros-
sart, schoutethe Borgemeestren en
de Schepenen deser Stadt van Ber-
ghen geordineert overdragen en de
gestatueert, dat nymant voortaen,
uitgenomen alleenlijck doctoren, li
centiaten in medicijnen, en sal bin
nen der vierscharen van Berghen,
moghen in medecijnen practiseren,
eenigerhande medicijnengeven ofte
ordineren, ofte oock brieven verma
len ofte oock andere teeckenen
toonen, ten sy dat hij eerst ende voor
al hem den Drossaerdt, Schouteth,
Borgemeesteren ende schepenen
verthoont hebben bijden sich hiertoe
sal geadmittert werden ende sal wijs
bevonden wordt, die contrarie van
des is doende, die salverbeuren drye
ponden swarten aen elcke menschen
daer hy overgegaen en aengewracht
sal hebben ende tot dyen gecor
rigeert te worden bij dengheen ende
zijne Staet naer gelegentheyt van
zaken.
Nu de Franse tijd. Bergen op Zoom
heeft evenals Maastricht een militair
met apotheek gehad.
Uit de jaren 1810-1812 zijn in het
gemeentearchief vele gedrukte lijsten
bewaard gebleven met opgave van
hoeveelheden uitwendige geneesmid
delen die de afgelopen maand ge
leverd waren voor de chirurgie.
Een tweede serie geeft op gedrukte
formulieren de binnenkomende hoe
veelheden, de afgeleverde hoeveel
heid en de voorraad in de apotheek in
1810.
Hoogst interessant materiaal waarvan
slechts Jaspers in zijn proefschrift
over Maastricht5) iets publiceerde.
Het is moeilijk achter de inventaris
van de middeleeuwse apotheek te
komen. De vijzel overleeft het wel.
maar hoe hebben de opstandpotten
er uit gezien? We waren daartoe op
miniaturen en schilderijen aangewe
zen. Miniaturen van apotheekinterieu-
ren, afbeeldingen van Maria Magda-
lena met de zalfpot en van grafleg
gingen van Christus, schilderijen van
enkele vroege meesters.
In het museum in Vlissingen bevinden
zich houten potjes uit de 14e eeuw,
die in 1938 uit de Schelde waren
opgevist, de oudst bewaarde, niet
alleen van ons land.
Dan waren er een paar potten met de
schilderijen en miniaturen thuis te
brengen. Het was Spaans Moors aarde
werk uit de 15e eeuw. We vonden ze
op het Portinari altaar van Hugo van
der Goes, vervaardigd tussen 1473 en
1475 en op een miniatuur uit 1490 in
de Bodleian Library in Oxford. Het
waren altijd albarelli versierd met een
klimopbladmotief en beschilderd in
blauw en goudluster, vervaardigd in
Valencia of Manisse. In het Museum
Boy mans van Beuningen in Rotterdam
is een tweetal van deze hoge albarelli
bewaard, evenals in vele buitenlandse
musea. In Nederland zijn gedeelten
hiervan gevonden in de bodem van
Sluis (albarello eind 15e eeuw), Den
Haag, Leeuwarden, Rilland, Souburg
en voor België Mechelen6).
Altijd albarelli, maar waarin werden
dan stropen, oliën, aromatische wa
teren enzovoort bewaard? Men kan
denken dat destropen ingedikt in een
albarello bewaard werden, de vloei
stoffen in tin of glas. Bij goed zoeken
blijkt de Hispanic Society in New
York een stroopkan (botijos) te bezit
ten. In dit aardewerk worden er in de
literatuur nog twee dergelijke
kannen in het Instituto de Valencia de
Don Juan genoemd.7) Navraag in
Spanje bevestigt dat dit alles is en
Oliekannetje (albarello)
Folkloremuseum Antwerpen
men dateert deze kannen in de eerste
helft van de 16e eeuw, dus laat. Voor
onze landen hebben we heel weinig
inheems apotheekaardewerk over, een
albarello in het Folkloremuseum te
Antwerpen is vrijwel alles. Dit aarde
werk moest het duurdere ingevoerde
Spaanse aardewerk vervangen.
Maar ziet!
Rozen-olie kan met klimopblad-mo
tief en tekst: OLE.ROSA... afkomstig
uit een van de afvalkeldertjes onder
het stadhuis.
Tekening G. Groeneweg.
In het pand "de Olifant" tussen de
Draack en het stadhuis werd een
beerkeldertje aangetroffen, waarin
veel aardewerk uit de eerste helft van
de 16e eeuw, waaronder een tweetal
apothekerspotten. Het keldertje be
hoorde bij een winkel, voorzien van
eën beperkte slaapgelegenheid, die
voornamelijk tijdens de jaarmarkten
gebruikt werd. In 1517 en 1544 was de
Olifant in het bezit van een Span
jaard.7)
Er werden o.a. gevonden een albarello
van roodbakkend aardewerk van on
bekende herkomst. Het zal een in
heems produktzijn. Dan een majolica
oliekan Hispano Moresque, Valencia,
Manisse. De kan draagt het opschrift
Ole Rosa en is beschilderd met het
zogenaamd klimopblad-motief in-
blauw en goudluster. Hier hebben we
voor het eerst te maken met een
opschrift op dit aardewerk, Oleum
Rosarum, waarbij we moeten denken
aan een echte medicinale olie, een
aftreksel met olie zoals het Infusum
Hyoscyami oleosa. Mrs Wilson-Fro-
thingham kent slechts één andere
met opschrift Oly de Murta(olie van
myrte). Ze dateert 1430. Het woord
oly is geen Spaans en geen latijn.
Kort daarna werden elders in Bergen
op Zoom, ook in een vroeg 16e eeuwse
afvalput fragmenten van een Spaans-
moorse albarello aangetroffen.8)
Interessant in dit verband is nog de
lage albarello in het St. Jans Hospitaal
in Brugge.9) Deze heeft een opmerke
lijke versiering, namelijk het wapen
van Zeeland. Conclusie dient te zijn
dat dit aardewerk veelal te vroeg ge
dateerd wordt, dat het'vrij verspreid
was in ons land en dat deze oliekannen
en de lage albarello in Brugge in
opdracht vervaardigd te zijn, een soort
Valence de commande.
AANTEKENINGEN
1. D A. Wittop Koning, "Apothekers
graven in de kerken van Neder
land". PHARM WEEKBLAD 77-
(1940) 929-934.
2. H. Levelt, "De apotheker te Bergen
op Zoom in de 16e eeuw" PHARM.
WEEKBL. 60 (1923) 689-693.
3. D.A. Wittop Koning, "De herkomst
van onze pharmaceutische ordon
nantiën". PHARM.TIJDSCHRIFT V.
BELGIE 29 (1952) 77-82.
4. H. Levelt, "Uit oude archieven".
PHARM. WEEKBL. 59 (1922) 1161.
5. P.ATh.M. Jaspers, DE ONTWIK
KELING VAN DE PHARMACIE IN
LIMBURG GEDURENDE DE FRAN-
SETIJD". (1794-1814) (Venlo, 1966).
6. J.G. Hurst en D.S. Neal: "Late-
medieval Iberian Pottery imported
into the Low Countries",ROTTER
DAM PAPERS 4 (1982) 83-110.
7. A. Wilson-Frothingham, LUST-
REWARE OF SPAIN. (New York,-
1951).
7. G. Groeneweg "Een vroeg 15e-
afvalput onder het stadhuis van
Bergen op Zoom". BRABANTS
HEEM 34 (1982) 144-162.
8. G. Groeneweg "Spaanse majolica
in Westelijk Noord Brabant". WES
TERHEEM 33(1984) 13-19.
9. Wittop Koning, "Apothekersgra
ven".
64