24
de waterschans nr. 2 1987
welke kant en klaar uit de steen-
houwerswerkplaatsen aangevoerd
werden.
Van deze buitengewoon rijke
stadspaleizen die de hoge adel
rond het Hof in de eerste helft van
de zestiende eeuw kon laten bou
wen is thans vrijwel niets meer
over. Het Markiezenhof was toen
het gebouwd werd een van de on
geveer vijftig grote stadswoningen
die kort na 1500 vooral in de Zuid
elijke Nederlanden verrezen, in de
loop der tijden werd het het enige
dat in volle omvang bewoond bleef.
Nadat het nieuwe woonpaleis
voltooid en ingericht was, stierf in
1532 de bouwheer Jan III, op
tachtigjarige leeftijd. Nadat zijn
zoon Antonius hem was opgevolgd
werd de heerlijkheid Bergen op
Zoom in 1533 tot Markiezaat ver
heven. Het door zijn vader ge
bouwde huis was reeds een Hof
een markies waardig.
III. Het tijdperk van de
confiscaties (1567-1702) en
de tuingevel uit 1709
In 1567 werd het Markiezaat
in opdracht van Philips II geconfis-
ceerd. De familie was weliswaar
katholiek gebleven, doch had zich
naar de mening van de vorst te
weinig tegen de opstandelingen te
weer gesteld. Gedurende de Tach
tigjarige Oorlog was het Markiezaat
meestentijds geconfisceerd door de
Staten Generaal en ter beschikking
gesteld van de stadhouders. De
langste periode dat de familie het
beheer over hun bezittingen kon
voeren was van 1648-1672, in
welk tijdperk het achterstallig on
derhoud van het Markiezenhof
werd ingelopen en de woonge
deelten opnieuw konden worden
gemeubeld. Na 1672 leidden de
oorlogen met Frankrijk tot nieuwe
confiscaties. Eerst in 1702, toen de
Markies in dienst van het Staatse
leger trad, leek het gevaar tot in
beslagname voorgoed geweken.
Doordat het Markiezenhof
zich bevond op het breukvlak tus
sen de Noordelijke en Zuidelijke
Nederlanden was het in de bijzon
dere situatie geraakt dat het vrijwel
anderhalve eeuw, zonder noe
menswaardige veranderingen, was
blijven bestaan. Zodra echter aan
de dreiging van confiscatie een ein
de was gekomen, werd het woon
gedeelte van het complex ingrij
pend gemoderniseerd, waarbij de
kapel van het huis werd afgebro
ken ten behoeve van de bouw van
een nieuwe tuingevel.
Voor ons land is de nieuwe
gevel aan de tuinzijde, die de
woonvleugel in 1709 kreeg, een
grote zeldzaamheid. Wanneer we
echter bij onze buren kijken zijn
vroeg achttiende-eeuwse gevels in
Franse stijl buitengewoon talrijk.
De zeldzaamheid van deze gevel
ligt niet zozeer in zijn verzorgde en
delicate architectuur als wel in de
beperktheid van deze modernise
ring. Bij het optrekken van de
nieuwe gevel werden de aangren
zende oude gedeelten van het
Markiezenhof met zorg in hun ou
de vormen bijgewerkt. Daaruit
blijkt dat men, althans voorshands,
niet van plan was verder te gaan.
Toch beginnen verbouwingen vaak
incidenteel en geleidelijk gaat men
door. Het is vermoedelijk aan de
voortijdige dood van de markies
Frangois Egon de La Tour Auverg-
ne in 1710 en het wegtrekken van
de familie uit Bergen op Zoom toe
te schrijven dat het Markiezenhof
voor verdere moderniseringen ge
spaard bleef.
De grote adellijke woonpalei
zen uit de late middeleeuwen lie
pen in de eerste helft van de zeven
tiende eeuw nog niet veel gevaar
gemoderniseerd te worden. In de
tweede helft van die eeuw echter
veranderden de eisen die aan de
grote woonhuizen werden gesteld,
onder invloed van de Franse cul
tuur, zo ingrijpend, dat men voor
de keus werd gesteld: verlaten of
aanpassen.
Verlaten betekende in de
praktijk het splitsen van het grote
complex in kleinere onderdelen,
aangezien er geen andere bestem
ming voor dit soort grote huizen te
vinden was dan woning voor een
aanzienlijke familie. Het verdelen
van de grote huizen leidde tot ver
bouwing van de afzonderlijke stuk
ken voor een ander gebruik, het
geen een onverbiddelijke onder
gang inluidde.
De Hofstraat anno 1890 verzameling Rijksdienst v. d. Mon. Zorg).
AKTIVITEITENPROGRAMMA 1987-1988
Zondag 30 augustus 1987
Fietstocht, vertrek 9.30 uur vóór het stadhuis in Bergen op Zoom.
De heer J. Verbraak heeft U inmiddels in drie fietstochten door het hele Markiezaat ge
voerd. En nu een "heerlijke" fietstocht langs vestingen en polders in het Noordwest
Kwartier van het Markiezaat.
Op deze zondag, die nog zomers moet kunnen zijn, kunt U een vrij lange tocht maken. De
heer Verbraak voorziet bekortingen in de route, zodat U op diverse momenten voor de
keuze komt te staan doorgaan of via een aangegeven route rechtsomkeert.
Dus iedereen kan meedoen, mits voorzien van een tweewieler De tocht bestaat uit twee
delen een informatief gedeelte vooraf en de eigenlijke routebeschrijving.
Donderdag 10 september 1987
Lezing over Huijbergen als bedevaartplaats. Café De Ster aanvang 20.00 uur.
De heer C. Hoeckx, voorzitter van de Heemkundekring van Huijbergen, neemt ons mee tot
in 1620. Sinds dat jaar werd Huijbergen internationaal bekend als bedevaartplaats. Voor
velen onder ons zal het verrassend zijn dat te vernemen. Sint Siardus werd vereerd om de
vele wonderen en genezingen die hij in Huijbergen zou hebben verricht. Siardus werd aan
geroepen tegen o.a. koorts, blindheid, kraamziekten en ziekten onder het vee. Na de
Tweede Weredloorlog is deze verering afgelopen. De heer Hoeckx, bezig met het schrijven
van een boek over een deel van de geschiedenis van zijn woonplaats, zal zijn lezing toe
lichten met dia's.
Woensdag 21 oktober 1987
Lezing door Ir. H.E. Teering, restauratie-architect van de Sint Jan te 's-Hertogenbosch.
Café De Ster aanvang 20.00 uur.
Over de Sint Jan en haar geschiedenis valt veel te verhalen. Een unieke kans om een wel
zeer deskundig iemand over de Sint Jan in onze provincie-hoofdstad te horen. Hij neemt
ons mee in de (restauartie)geschiedenis en zal met name de laatste twee keer restauratie
onder de loupe nemen (met dia-vertoning). Onze stadgenoot en lid van onze Kring de heer
drs. L.J.M. van de Laar was de voorzitter van de restauratiecommissie.
DE BOU WONT WIKKELING VAN DE SINT JAN
De eerste nederzetting waaruit de stad 's-Hertogenbosch is ontstaan, werd gevestigd in de
rivier-delta van de Dommel-Aa-Dieze (ook toen al genaamd het Zwarte Water).
De stad 's-Hertogenbosch verkreeg in 1185 zijn stadsrechten van Hertog Hendrik, en be
staat'dus ruim 800 jaar.
De stad groeide buiten de stadswallen en poorten tot "Het Zand" en nu kunnen wij spreken
van "'s-Hertogenbosch de stad aan de Maas".
Op een terrein genaamd "De Pepers" werd ongeveer in 1210 de eerste Sint Jan gebouwd.
Kort nadat men met de bouw van de Sint Jan begonnen was, werden binnen en buiten de
stadwallen meerdere kerken en kloosters gebouwd, zo kwamen in 1228 Minderbroeders naar
's-Hertogenbosch en vestigden zich op een terrein van de Hertog, ongeveer ter plaatse
waar nu het nieuwe pand van Vroom en Dreesman staat. Op dit terrein bouwden zij een
kerk en een klooster.
De resten van de kerk zijn te voorschijn gekomen bij de genoemde nieuwbouw, deze zijn
ingemeten en op tekening vastgelegd.
In het jaar 1260 werd vlak achter de Romaanse Sint Jan een begijnhof-kapel gebouwd en
in 1298 ongeveer vestigden de Predikheren hun klooster in de Hinthammerstraat.
De jaartallen worden hier maar eventjes aangestipt maar het tijdperk waarin bovenstaande
gebeurtenissen zich afspeelden was er een waarin de kerk, verhoudingsgewijze, minstens zo
in beroering was als onze tijd.
Te denken is hierbij slechts aan het jaar 1228 als de Minderbroeders hier hun kloosters
stichtten, in dit jaar laaide de strijd om de regel van Proverello zo hoog op dat broe
der Leo een marmeren offerblok stuksloeg en hiervoor in de kerker geworpen werd. Een
andere broeder slaat in ditzelfde jaar een medebroeder dood, en een gedeelte van het con
vent van Minderbroeders komt in opstand tegen de Paus. (Septuagint).
Men leefde in een tijd van grote beroeringen, van het prediken van de kruistochten en van
grote uitbreidingen op missiegebied (3e wereld).
Het is echter ook een tijd van grote tegenstrijdigheden geweest want waar Frederik II van
Italië bevel geeft alle bedel-orden uit te roeien en de leden hiervan als ketters te ver
branden, geeft Lodewijk IX van Frankrijk in dezelfde periode aan de verschillende orden
grote privilegiën.
Hier, in de lage landen, ver verwijderd van de haarden van geestelijke opleving en bar
baarse vervolgingen waren de stromingen wel minder maar toch zeer goed merkbaar.
Tegen deze achtergrond, welke weliswaar veel te summier is weergegeven, zou ik de bouw
en restauratie van de Sint Janskathedraal willen schilderen.