25
ilT^'
wwn
zicht op de Hoogstraat door Pronk
verschafte de basis voor de re
constructie van de beide steunbe
ren met hun versnijdingen, evenals
voor de balustrade die aan de basis
van de topgevel stond. De ba
lustrade (afb. 14) was vermoedelijk
versierd met twee pinakels. De
topgevel werd eveneens geflan
keerd door pinakels, waarvan
restanten te zien zijn op gemelde
tekening en - in hun geheel - op die
van de Huijbergstraat door Barnar
dus Klotz (afb. 15).17De topgevel
werd waarschijnlijk bekroond door
een kruisbloem, die nog is afge
beeld op het stadsgezicht, gegra-
veerd door Samuel de Swaeff
(1634).18 De zuid- en noordgevels
van het dwarsschip waren identiek
aan elkaar; beide waren in de top
door drie, op dezelfde wijze ge
plaatste, nissen verlevendigd (zie
afb. 12 en 15).
Op de muren van de zijkapellen
van het schip stond vermoedelijk
een balustrade, waarvan de resten
te zien zijn op meergemelde teke
ning van de Hoogstraat (afb. 16).
De bovenzijde van de steunberen
was afgedekt met natuursteen in
de vorm van een zadeldak, waarop
pinakels stonden.
De vormen van de daken boven de
zijkapellen en de zijbeuk zijn slechts
te reconstrueren aan de hand van
de tekening uit 1748 van de ver
woeste kerk, gezien van de toren
naar het koor, door Cornelis Pronk
(afb. 17).19 Daarop tekenen zich
tegen de steunbeer van de noorde
lijke zijarm van het westelijke
dwarsschip dakmoeten af van het
De Waterschans nr. 2 1988
76. Vermoedelijke resten van een balustrade (pijlen) en van pinakels (gestip
pelde pijlen) volgens een tekening van C. Pronk, 7 748.
15. De pinakels op de zuidgevel
van het westelijke transept volgens
een tekening van B. Klotz, 1671.
7 7. Dakmoeten (bouwresten) van het dak van een zijkapel (zie pijl) en van
het dak boven de noordelijke zijbeuk (zie gestippelde pijl) tegen de steunbeer
van de noordelijke zijarm van het westelijke dwarsschip volgens een tekening
van C. Pronk, 1 748.