De Donderbusse, het Prieel van Rosen en de Groene Tente 44 V 45 L= |Kj- =Q -KJ De Waterschans nr. 3 1 988 6. Restauratie-plan voorgevel, 1988. ontwerp ir. J. Weyts) NOTEN 1. F. Caland, "Belofte van Halsteen Marcelisz. in: Taxandria II (1885) blz. 139-144. 2. Willem van Ham en Cees Vanwesenbeeck, Gids voor Oud Bergen op Zoom, (Antwerpen, 1983) 165-166. 3. W.A. van Ham, Inventaris uan het archief van de Raad en Rekenkamer der Markiezen van Bergen op Zoom ('s-Hertogen- bosch, 1980) deel II, inv. nr. 644.1, fol. 17.; hierna aangehaald als A.R.R.; A.R.R. 644.3, fol. 16 vo., 16 vo; A.R.R. 644.4, fol. 25 en 30 vo. 4. A.R.R. 645.1, fol. 24 vo. 5. A.R.R. 645, fol. 31 vo; 645.3, fol 34; 647.3, fol. 25 vo. 6. A.R.R. 935.1, fol. 48-52 vo. 7. A.R.R. 37. 142. 8. A.R.R. 40, fol. 78, fol. 101; 9. A.R.R. 891; A.R.R. 917; A.R.R. 43, fol. 71 vo; Willem van Ham en Cees Vanwesenbeeck, Gids voor Oud Bergen op Zoom (Antwerpen, 1983) 166-167. 10. A.R.R. 931.; A.R.R. 50, 12.10.1973. 11. G.A.B.o.Z., Bouwvergunningen 218-1880; 8075-1912; 87-1936; 138-1947; 2-1948; 140-1981. 12. Vriendelijke mededeling van architect ir. J. Weyts. De Waterschans nr. 3 1988 IR. J.L.C. WEYTS Bij onze laatste mini-excursie is al een vluchtig bezoek gebracht aan deze huizen, Lievevrouwestraat 22, 24 en 26. Na de ontruiming door de fa. Goudstikker was er al een ontmanteling uitgevoerd. De balkenzolderingen waren zodoen de weer in het zicht gekomen. Een echte verrassing betrof het niet, omdat ook in de 60-er jaren de balklagen al eens vrij zijn' geweest. Ook van deze drie huizen gaat de geschiedenis terug tot aan de stadsbrand van 1398. In de loop der eeuwen ondergingen de hui zen diverse samenvoegingen en splitsingen, hetgeen voor buurhui zen niet ongebruikelijk is. In de zestiger jaren van onze eeuw zijn de huizen geleidelijk aangekocht door de fa. Goudstikker, die de panden verbouwde en er ook restauraties aan liet uitvoeren. In 1967 zijn de parterres verenigd tot één winkel, hetgeen aan de straat zijde leidde tot één winkelpui. De gemeente kocht in 1987 het gehele complex, waarna de drie monu mentale huizen aan Stadsherstel voor algehele restauratie doorver kocht zijn. Het restauratieplan voorziet in splitsing tot drie ruime woonhuizen met tuinen. De gevels zullen grotendeels naar de situatie in 1900 hersteld worden. Inwendig zullen de balkenzolderingen en kappen gerestaureerd worden. De cultuurhistorisch waardevolle ele menten blijven alle behouden. De indeling is geheel aangepast aan de huidige eisen. De Donderbusse omvatte oor spronkelijk het bestaande huis, het zuidelijk deel van de Morganstraat en een erf erachter, tot aan de Grebbe. In 1414 is het huis vere nigd geweest met het Groene Schilt (Lievevrouwestraat 28). In 1418 wordt het door de eigenaar van het Prieel van Rosen gekocht. De laatste heeft het perceel "her- verkaveld": in 1420 behoort noch slechts de helft van de "gang" (de latere Morganstraat) bij het huis. De andere helft behoort bij een apart huis achter het Groene Schilt. De markantste wijziging is, dat het erf achter de Donderbusse bij het Prieel blijft, hetgeen tot in de moderne tijd zo gebleven is. Uit een verkoopakte uit 1425 blijkt, dat direct achter het huis de Don derbusse al een achterhuis van het Prieel van Rosen gebouwd is, het geen overeenkomt met de nu nog bestaande situatie. Opmerkelijk is, dat het gewelf onder dat achterhuis dan en ook in 1511 nog bij de Donderbusse behoort. Als westelij ke begrenzing van het pand wordt vermeld "de poerte daermen gaet ter stoven toe". Hiermee wordt kennelijk de gemeenschappelijke gang bedoeld, die leidde naar een badhuis, liggende nabij de Grebbe. De gang gaf ook toegang tot het erf van het Prieel, wat voor handels doeleinden toch gunstig was. In 1466 en 1469 zijn de Donderbusse en het Groene Schilt eigendom van Coelgenen, een voor aanstaande Bergse familie. In 1501-1502 is de gang verkocht t.b.v. de aanleg van de Mor ganstraat. Oorspronkelijk was de gang door een poort aan de zuidzij de van de Lievevrouwestraat afge scheiden, een situatie die wellicht voor reconstructie vatbaar is. Het nu nog bestaande huis dateert uit de eerste helft van de 16de eeuw. Het bestaat uit een voor- en achterhuis, beide een gewelfde kel der, twee verdiepingen en een zol der omvattend. De kelders, beide balklagen en de zijgevel zijn oor spronkelijk. De eertijds houten voorgevel van de Donderbusse is in 1619 vervangen door een ste nen gevel van twee verdiepingen, "tot sieraad van de stad". Later, rond 1800 is de gevel weer ver nieuwd. omstreeks 1850 be pleisterd. De aanvankelijk in het midden geplaatste voordeur is in 1889 naar de rechterzijde ver plaatst, waarna in 1904 een win kelpui aangebracht is. Deze pui is in 1967 verwijderd t.b.v. de tot aan de restauratie bestaande pui. De kap van het huis is rond 1900 vernieuwd, waarbij delen van de oude kapspanten hergebruikt zijn. d-J 7. Indeling van de begane grond in 1962. De Zalevan het Priëel van Rosen had toen de funktie "werkplaats". Het Priëel van Rosen was in 1398 nog niet herbouwd na de stads brand van 1397. in 1405 wel. Bij de verkoop van het perceel in 1413 is sprake van twee huizen naast elkaar. De conclusie moet zijn, dat öf het huis aan de straatzij de in tweeën gedeeld was öf dat voor- en achterhuis afzonderlijk waren. Van tweedeling blijkt later niets meer, integendeel, door aan koop en verkoop van de Donder busse in 1418 resp. 1420 wordt het pand uitgebreid met een ach terhuis en erf achter de Donder busse. De kelder onder het achter huis blijft lange tijd bij de Donder busse, het achterhuis zelf met erf bij het Priëel. De eigenaar van het Priëel heeft ook gebruiksrecht op de gang naast de Donderbusse. Vanaf 1501 grenst het Priëel met het achterhuis en het erf aan de Morganstraat. Als achtergrens blijft de Grebbe aangegeven tot 1617. In 1538 is sprake van een proces voor de Raad van Brabant, met de

Periodieken

De Waterschans | 1988 | | pagina 7