HOE LANG ZOU HET NOG DUREN? 34 35 Bergen op Zoom in de periode 6 juni - 18 november 1944 De Waterschans nr. 3 1 989 door Peter Winters 2. De Bergse onderwijzeres mejuf frouw Marie van Dierendonk 1 904 - 7 982), schrijfster van een ter gelegenheid van de herdenking van de bevrijding in 1984 gepubli ceerd dagboek. was. De komst van de bevrijder bood namelijk uitzicht op een nieuw leven zonder dwang, zonder vernedering en wellicht zonder enig gebrek. Dit artikel ter gelegenheid van de herdenking van het feit dat de stad Bergen op Zoom op 27 oktober 1989 haar bevrijding voor de 45e maal viert gaat met name in op de periode die direct vooraf gaat aan de bevrijding op 27 oktober 1944. Kortom, de periode waarin de in woners van de stad nadrukkelijk werden geconfronteerd met het echte oorlogsgeweld, grootscheep se vernielingen in de stad, directe bedreiging van lijf en leden en vooral angst en onzekerheid. Per soonlijke gevoelens op dit terrein blijven vaak verborgen voor de bui tenwereld, zij het dat dagboeken vaak toegang verlenen tot die ge dachten die mensen ten zeerste be zighouden. Waar het gaat om de laatste maanden van de bezetting van Bergen op Zoom biedt een dagboek van Ton Veen, de echt genote van de toenmalige burge meester van de stad mr. dr. H.A.F. Lijnkamp prima aankno pingspunten. Voorzien van inside- information weet zij de situatie soms raak te typeren. Logischerwijs verdient het te schet sen beeld natuurlijk aanvulling uit andere bronnen. Alleen dan ont staat de mogelijkheid om meerdere 3. In de verwarring die er ont stond na de bevrijding van Ant werpen en de berichtgeving daar omtrent door Radio Oranje ont waakte Nederland én raakte de bezetter in paniek. Hier wordt een geschutsstuk veilig gesteld. facetten van het beeld te belichten. Te denken valt aan het verwach tingspatroon van de inwoners van de stad, het verloop van de militai re strijd, de leefsituatie van de bur gers, de werkelijke bevrijding van de stad, de rol die het verzet in de ze periode heeft gespeeld, de zui vering na de bevrijding en tenslotte het bestuurlijk gezag binnen de stad. Hoop en realiteit Op 6 juni 1944 vermeldde de Bergse onderwijzeres mejuffrouw Van Dierendonk in haar dagboek: "De invasie is begonnen". Een aantekening waaraan zij nog enig zins verontwaardigd had toege voegd dat zij pas om 12.20 uur middels een extra bulletin van een dagblad kennis had kunnen nemen van deze belangrijke ontwikke ling.2 De hoop die uit deze ge dachte spreekt kwam bij velen pas echt tot leven op het moment dat het strijdgewoel zich daadwerkelijk in de nabijheid ging afspelen. Op het moment dat de strategische ha venstad Antwerpen werd bevrijd: 3 In de meidagen van 1940 wa ren de inwoners van de stad Ber gen op Zoom vooral op afstand ge tuige geweest van het om zich heen grijpende oorlogsgeweld. Na tuurlijk was de bevolking getuige van de bewegingen van het op 10 mei 1940 nog in en om de stad ge legerde garnizoen, veel ongemak van de strijd ondervonden de Ber- genaren echter niet. Het was een slechts vier uur durend vuurge vecht dat de stad in Duitse handen bracht. Het grootste ongemak ont stond waarschijnlijk door het gedu rende enige dagen uitvallen van de electriciteit na een voltreffer in het Pnem schakelstation te Roosen daal.1 Hoe anders was de situatie in de zomer en het najaar van 1944! Na een inmiddels al vier jaar durende bezettingsperiode naderde het oor logsgeweld de stad met rasse schreden. Althans in gedachten van velen voor wie de wens mis schien de vader van de gedachte De Waterschans nr. 3 1989 september 1944. Beheersing van de stad was van levensbelang voor de geallieerde troepen omdat de haven prima aanlandingsmogelijk heden bood voor een front dat zich noordwaarts bewoog. De haven was echter alleen bruikbaar wan neer de geallieerden ook de zeer lange verbinding naar open zee konden controleren. En voorlopig leek het daar allerminst op! Radio Oranje maakte echter han dig gebruik van de situatie door in een avonduitzending niet alleen het werkelijke Britse succes te noe men, doch tevens te vermelden dat het 2de Britse leger spoedig de Nederlandse grens zou overschrij den. "En men geloofde het, omdat men het wilde en omdat het zo no dig was", aldus een uitspraak van de toenmalige Canadese It.kolonel W. Denis Whitaker.3 Een militair die later de werkelijke strijd om de Schelde van nabij zou meemaken. Niet alleen de Nederlanders raak ten in vervoering, ook de Duitse bezetters trokken hun conclusies. In Bergen op Zoom begon de uit tocht van Duitsers al op 4 septem ber.4 Ton Veen schetst in haar dagboek hoe er fietsen en allerlei andere vervoermiddelen gevor derd werden. Het ontlokt haar de opmerking: "Paardenwagens ja- zelfs kinderwagens worden gevor- 5. De strijd om de Schelde con centreerde zich in oktober 1944 in eerste instantie op de beheersing van de Kreekrakdam. De plaats Woensdrecht leed enorm onder de heen en weer golvende strijd. Ton Veen heeft de gevolgen van de strijd weergegeven in deze teke ning. derd. Zeker om de laatste lichting mee naar 't front te rijden". Er viel zelfs een dode te betreuren omdat iemand zijn fiets niet direct ter be schikking stelde. Het dagboek ver meldt dat alle vervoermiddelen werden ingezet om zuidwaarts te trekken.5 In de stad zelf probeerden de Duit sers de bevolking voor zich te win nen. Reden voor verwarring alom, want de bezetters deelden blijkbaar kazen en radio's uit. Zelfs pro beerden zij schulden in natura af te lossen.6 Waar mogelijk probeerden bewo ners van de stad in het bezit te ko men van de meest ondenkbare goederen. Op de eerste plaats werd tijdens dit ogenschijnlijke machtsvacuüm op de later als Dol le Dinsdag bekend geworden 5e september een Duits magazijn ge plunderd, daarnaast echter moesten ook particuliere bezittin gen het ontgelden. Zo werd het huis van de buren van de familie 4. Op Dolle Dinsdag - 5 september 1944 - had de bezetter het zwaar te verduren. Gehoond door de be volking had men soms ook nog te kampen met materiaalpech Lijnkamp aan de Halsterseweg 't Klokje genaamd- ontdaan van traplopers.7 Het dagboek vermeldt daarnaast dat in de Fortuinstraat na het plunderen van een winkel twee vrouwen in de benen waren geschoten. Een aantekening die vergezeld gaat van de nadere op merking dat het hier vrouwen be trof die "moffenkinderen" ter we reld hadden gebracht.8 Een wel licht wat vergoeilijkende opmer king die als verwijzing kan worden opgevat naar de later zo omstreden zuiveringen. Zo opgewonden als de stemming was onder de burgers, zo opge wonden raakten ook de gezagsdra gers en zij die meenden het gezag te moeten herstellen. Wat te den ken van de acties van de burge meester van Dinteloord. de NSB'er Van Campen? Op 5 september nam hij in de avonduren contact op met zijn collega uit Bergen op Zoom met de vraag wat nu te doen. Volgens het dagboek begon hij het gesprek met de opmer- king:"Ik heb toch nooit wat met je gehad Reden voor Lijnkamp om hem de stuipen op het lijf te ja gen.1' Het zou overigens niet het laatste contact zijn tussen de twee burgemeesters, waarvan er één blijkbaar voortdurend in angst leef de in deze voor anderen zo hoop volle dagen. Lijnkamp zelf had er alle vertrou wen in dat de oorlog nu zeer spoe dig ten einde zou zijn. Dit ondanks het feit dat hij tijdens een op aan dringen van de leiders van de On dergrondse aan de Ortskomman- WOE.MÓDRECHT

Periodieken

De Waterschans | 1989 | | pagina 2