9
STAD EN LAND VAN
BERGEN OP ZOOM
JAARSTUKKEN 1989
BEGROTING 1991
BEGROTING 1991
BATEN
LASTEN
1« CONTRIBUTIES
2. GEMEENTE-SUBSIDIES
3RENTE
4. INKOMSTEN ACTIVITEITEN
5. INKOMSTEN STUDIES EN WATERSCHANSEN
11. BESTUURSKOSTEN
12. UITGAVEN ACTIVITEITEN
13. UITGAVEN STUDIES
14. UITGAVEN WATERSCHANS
15. PROPAGANDAKOSTEN
16. VERGADERKOSTEN
17. LEDENADMINISTRATIE EN CONTRIBUTIE-INNING
18. ABONNEMENTEN, LIDMAATSCHAPPEN ENZ
19. COMMISSIES
99. INVENTARIS
TOTALEN
TOELICHT ING
2.400
2.500
2.000
2.000
f. 2.000
4.000
12.000
15.000
1.000
1.000
1.800
600
500
1.000
f. 38.900
f. 38.900
Algemeen
Volgnr. 1
2
3
4 en 12
5.
13
14
99
Waar posten hieronder niet nader zijn toegelicht heeft raming plaats ge
had aan de hand van ervaringscijfers van voorgaande jaren.
Geraamd 800 leden f 37»50
"betreft subsidie gemeente Bergen op Zoom en Woensdrecht
Lager geraamd i.v.m.minder "beschikbaar belegbare middelen
Geraamd voor excursies,lezingen enz. Voor dagexcursies wordt uitgegaan
van baten-dekkende-kosten
Verwacht wordt een iets hogere verkoop van Studies en Waterschansen
Geraamd voor een jaarlijks uit te geven Studie
Uitgegaan van kwartaal-uitgifte Waterschans in oplage van 1000 stuks
Geraamd voor nodige kantoor-inventaris
Opgemaakt, 8 Februari 1990
De Penningmeester,
J.W.A.van Gastel
Goedgekeurd door het Bestuur d.d. 15 Februari 199°
GEZIEN EN AKKOORD BEVONDEN DOOR DE KASCOMMISSIE d.d.
Mevr.C.G.B.L.Broekmeijer-Albert A.J.Visch
Mevr.AJ.Stoffels-Smith
VASTGESTELD IN DE ALGEMENE LEDENVERGADERING VAN 24 APRIL 1990
J.W.A.van Gastel, Penningmeester A.G.van der Stoel, Voorzitter
GESCHIEDKUNDIGE KRING VAN
FAUSTO NUMINE
BERGA VICTRIX
f. 30.000
De Waterschans nr. 1 1 990
Vesting noordzijde.
met het beleg; hij rukt op tot de
wallen van het fort en weet een
bres te schieten. Door het leggen
van mijnen slaan de verdedigers,
die vanuit Antwerpen constant be
voorraad en afgelost worden, de
aanval af. Op 18 juli openen zij de
sluizen, waardoor de polder onder
loopt. De Spanjaarden zijn ge
dwongen zich op Stabroek terug te
trekken onder achterlating van
tweeduizend doden.
In april 1585 werd vanuit Lillo een
poging gedaan fort Liefkenshoek
te heroveren, en na een zware be
schieting lukt dit. Een verdere aan
val op de Westelijke Scheldeoever
mislukte echter. Vanuit Lillo werd
geprobeerd Antwerpen te ontzet
ten; dit mislukte echter door het
stranden van de Zeeuwse schepen.
Op 17 augustus viel Antwerpen in
Spaanse handen, en de Antwerpse
bedenkingen tegen de forten bleek
bewaarheid: in handen van de vij
and betekende zij een grendel op
de Schelde verbindingen, met alle
rampspoed vandien.
Tot aan het einde van de Tachtig
jarige Oorlog wijzigde de situatie
niet: Lillo en Liefkenshoek bleven
Staatse bruggehoofden. Bij de vre
de van Munster (1648) bestendig
de het verdrag de situatie: de for
ten werden niet gesloopt en de
Schelde bleef gesloten. Zo bleven
de vestigingen Staatse enclaves in
de Spaanse Nederlanden. Het le
ven in het stadje Lillo draaide om
de militaire bestemming: anker
plaats voor oorlogsbodems, een
commandeurshuis, krijgsaditeur,
diverse militaire barakken en ver
schillende kruitmagazijnen. Tevens
was het belast met het controleren
van scheepvaart op de Schelde en
innen van douane rechten. Deson
danks verbleef er een aanzienlijke
burgerbevolking; in het midden
van de 18e eeuw telde men er 76
woningen. In de Spaanse Succes
sie oorlog is Lillo weer een uitvals
basis; de Hollandse troepen lijden
dan echter een nederlaag.
In de Franse Successie oorlog is
Lillo echter aanvalsdoel, ditmaal
voor de Fransen. Na de verovering
van Bergen op Zoom (16 septem
ber 1747) begint men op 27 sep
tember met de belegering van Lil
lo. Toevoerswegen worden afge
sneden en op de dijk van Doel
wordt de Schelde met 12 kanon
nen bestreken, zodat te water geen
hulp gegeven kan worden. Be
schietingen veroorzaken grote
schade. Door een zigzag loopgraaf
bereiken de Fransen het fort. dat
echter de voorafgaande nacht door
het garnizoen verlaten was.
De moeite is om nog een reden
voor niets: bij de vrede van Aken
(1748) geven de Fransen de forten
weer terug in handen van de Re
publiek. De Oostenrijkse keizer Jo
sef II beschouwt de forten als een
inbreuk op zijn soevereiniteit en
weet de omliggende vestigingen te
veroveren (1782). Lillo en Lief
kenshoek probeert hij met behulp
van voorwendsels en provocaties
in handen te krijgen. Uiteindelijk
lukt het langs diplomatieke weg: in
1785 worden de forten Lillo en
Liefkenshoek bij het verdrag aan
Oostenrijk afgestaan; de Schelde
blijft echter gesloten.
Bij de inval van de Fransen in 1792
wordt het fort door Luikse huursol
daten veroverd; in 1793 nemen de
Oostenrijkers het weer in bezit. In
1794 boeken de Fransen hun
beslissende zege en begint de Fran
se bezetting, die tot 1814 duurt.
Een mislukte aanval van de Engel
sen op de Schelde en Antwerpen
in 1809 is voor Napoleon het sig
naal om de forten Lillo en Lief
kenshoek te versterken. Een aantal
bouwwerken is nu nog te zien. On
danks de versterkingen konden de
Engelsen in 1814 het fort zonder
slag of stoot innemen na de val van
Antwerpen. In 1815 werden zij
vervangen door Nederlandse troe
pen. De anti-Franse stemming in
Europa na 1815 leidde opnieuw
tot versterking van de vesting Ant
werpen. Ook Lillo en Liefkens
hoek ondergaan tot 1830 wijzigin
gen: verzwaarde wallen, rondom
worden kanonnen opgesteld en
poternes (ondergrondse sluipgan-
gen) aangelegd.
In 1830 speelde Lillo echter niet de
rol van een voorpost van Antwer
pen: Nederlandse troepen trokken
zich samen in de citadel van Ant
werpen (de stad was in handen
van opstandelingen) en Lillo. Van-
daaruit hoopte men de stad te her
overen. Echter na de Zesdaagse
Veldtocht was Willem I gedwon
gen de onafhankelijkheid van Bel
gië te erkennen; maar hij weigerde
de bezetting van de forten en de ci
tadel op te geven. Met Franse troe
pen werd de citadel van Antwer
pen ingenomen, en Lillo en Lief
kenshoek beschoten (1832). De
forten bleven echter in handen van
de Nederlanders, die het wilden
gebruiken als ruilpand voor de Bel
gische bezetting van Limburg en
Luxemburg. Deze patstelling duur
de voort tot 1839, toen onder druk
van Engeland en Frankrijk Lillo en
Liefkenshoek geruild werden tegen
delen van Limburg en Luxemburg.
Hiermee ontstonden de huidige
grenzen.
Na 1839 speelde Lillo in de Belgi
sche militaire strategie geen be
langrijke rol meer; het garnizoen
werd sterk verkleind. Uiteindelijk
werd in 1869 sloop aanbevolen,
omdat toenmalige oorlogsschepen
de vesting weerloos maakten.
Toch duurde het nog tot 1894
voordat Lillo officieel als vesting