48 49 De Waterschans nr. 3 1990 De tien overige zijn op 9 juli 1988 van hun konsoles verwijderd en de meesten vervolgens elders op geslagen. Het beeld van Sint Pau- lus is door de transportonderne ming Meeus naar de Paulusparo- chie te Oudenbosch overgebracht. Deze gipsen beelden zijn ca. 1953 crème gesausd. Tevoren waren zij veelkleurig beschilderd. Enkele beelden bleken onherstelbaar be schadigd en zijn vernietigd. Een gepolychromeerde houten Piëta met bijbehorende sokkel en- kruis, eerder geplaatst in de kerk van de heilige Martelaren van Gor- cum, werd afgestaan aan de St. Gertrudisparochie te Geertruiden- berg. Het houten medaillon, dat zich voorheen op de voorzijde van de sokkel bevond, is in de St. Ger- trudiskerk te Bergen op Zoom te gen de onderzijde van de orgelzol der bevestigd. Schilderijen Tegen de oostwand van de zijbeu ken van de kerk hingen twee schil derijen: links (aan de noordzijde) een vroeg negentiende-eeuwse kruisafname door Van der Velde, in 1848 aan de parochie geschon ken)1 en rechts (aan de zuidzijde) Maria, Troosteres der Bedroefden door P. van der Ouderaa, een ge schenk van de schilder uit 1861. (afb. 1) Deze zijn afgenomen, met inbegrip van de lijsten gerestau reerd en gedoubleerd door Henk Olthuijsen, restaurateur te Huijber- gen. Daarna zijn ze opgehangen in de Gertrudiskerk aan ter weerszij den van de orgeltribune. In de Theresiakapel bevonden zich aan de oostwand boven de mar meren lambrisering twee schilderij en in vlakke eiken lijsten. Deze beelden haar intrede in het klooster te Lisieux en haar sterfbed aldaar uit. De schilderijen zijn in 1925 door Joan Collette in opdracht van de fa. Cuypers te Roermond ver vaardigd ten behoeve van deze ka pel. Van dezelfde kunstenaar was boven het altaar een afbeelding van de heilige (aan de noordwand van deze kapel) geplaatst. De drie schilderijen zijn op 8 november 1988 overgebracht naar de St. Gertrudiskerk. Nadat zij door Ton- nie Booij-Kroese zijn schoonge maakt en gerestaureerd onder su pervisie van genoemde restaura teur Olthuijsen, zijn ze in de zoge naamde Dagkapel (aan de noord zijde van de toren) tegen de west- wand opgehangen. De eiken lijsten werden door A. Kruf gerestau reerd. Eveneens is op die datum een schilderij in houten lijst overge bracht, voorstellende Onzelieve- vrouw van Kevelaer. Metalen voorwerpen Drie delen van de smeed-ijzeren balustrade van de orgelgalerij uit 1863 zijn op 3 september 1988 ge demonteerd en geplaatst op de nieuwe orgelgalerij in de Gertrudis kerk. Op dezelfde datum zijn de vier hoge, gesmede ijzeren afsluit hekken van de Theresiakapel, uit 1925, alsmede drie stuks even oude smeed-ijzeren afsluithekjes met vier bijbehorende tussen- balusters van de voormalige doop kapel gedemonteerd. Van de tabernakelkast van het hoogaltaar uit 1929 werden de ko peren gegraveerde bekledingspla ten en de eveneens koperen be kroning op 8 november 1988 naar de Gertrudiskerk overgebracht, evenals een ijzeren offerblok. Het ijzeren torenkruis uit 1857 zal worden gerepareerd en nabij de Gertrudiskerk opgesteld. J. van Geel toonde zich bereid, dit werk uit te voeren. De koperen wijzer platen en vergulde wijzers (met ge schilderde cijfers), in 1923 gele verd door de firma Eijsbouts te Asten zijn van de toren verwijderd. Zij zullen, met inbegrip van het bij behorende uurwerk, worden aan gebracht aan het nieuw te bouwen politiebureau. De oorspronkelijke, in 1857 aan gebrachte, natuurstenen wijzerpla ten met uitgehakte cijfers zijn onder genoemde koperen wijzerplaten aangetroffen. Zij zijn ter plekke ge conserveerd achter blauwgeschil- derde houten platen. De klokken De drie bronzen klokken zijn toege wijd aan respectievelijk de Heilige Maagd en de heiligen Teresia en Joseph. Zij werden in 1989 koste loos uit de toren verwijderd door het aannemingsbedrijf Adriaan de Kok B.V., vervoerd door Meeus Transport B.V. en geplaatst op het kerkplein van de Gertrudiskerk aan de Kerkstraat.2 Steenwerk Het marmer van de lambrizeringen uit de Theresiakapel en de doop kapel, de altaartrede uit eerstge noemde kapel, alsmede het hardstenen bovenblad van het hoofdaltaar met de altaarsteen, de zuilen onder dat blad en de mar meren voetplaat zijn op 24 septem ber 1988 uitgebroken c.q. gede monteerd. De gebeeldhouwde kraagstenen uit de genoemde ka pellen zijn tijdens de verbouwing gesepareerd en opgeslagen in één van de kelders van het stadhuis. De hardstenen treden van het voormalige priesterkoor zijn even eens op 24 september uitgebro ken. Een aantal treden werd be schikbaar gesteld voor restauraties aan panden in de Binnenstad. De hardgebakken vloertegels met mo tieven uit dit koor zijn in september 1988 verwijderd. Zij zijn voor een deel toepast in de nieuwe Gertru- diskapel aan de Zeekant. Houten voorwerpen, ornamen ten enz. De geschilderde houten tombes van de zijaltaren zijn overgebracht naar de Sint Gertrudiskerk en daar opgesteld in de Mariakapel aan de noordzijde van de kooromgang en de Sacramentskapel aan de zuidzij de daarvan. De holle houten ko lommen, die onderdeel uitmaak ten van de altaaropstanden, zijn gebruikt om de kolommen, die de orgeltribune in die kerk schragen, te ommantelen. De kerkbanken zijn voor een symbolisch bedrag verkocht aan het bestuur van de Sint Corneliskerk te Den Hout (ge meente Oosterhout)De nog bruikbare stoelen zijn overgebracht naar de St. Gertrudiskerk alhier, evenals de kegelvormige verlich tingsarmaturen. Muurschilderingen In de kerk bevonden zich muur schilderingen in het priesterkoor, rond de zijaltaren, in de dichtge metselde vensteropeningen in de zijbeuken nabij deze altaren, in de boogzwikken boven de schip- en koorpijlers, op de pijlers en aan de wanden van de zijbeuken (kruis wegstaties) Deze schilderingen zijn overgeschilderd of door het aan brengen van voorzieningen ten be hoeve van de schouwburg inrichting geheel of ten dele weg gebroken. Zichtbaar bleven de schilderingen De Waterschans nr. 3 1 990 zuilen binnen het noodtrappehuis aan de zijde van het toneel. Deze is eveneens door Tonnie Booij en de heer Warmoeskerken hersteld c.q. gereconstrueerd aan de hand van hier en elders in het gebouw ge vonden resten. De restauratie van de beschilderingen, die niet in het budget was voorzien, is mogelijk gemaakt door een bijdrage van AKZO-Resins B.V. te Bergen op Zoom. Glas-in-lood-vensters In het kerkgebouw bevonden zich 19 gebrandschilderde glas-inlood- vensters, respektievelijk in het priesterkoor de zijbeuken en in de Theresia- en de doopkapel. De twee uit het priesterkoor stel len voor de Annuntiatie en het Sterfbed van Maria en dateren uit 1930. Zij zijn uitgevoerd door het atelier van Jean den Rooijen uit Roermond. Deze vensters zijn uit genomen, omdat de vensterope ningen ten behoeve van de inrich ting tot toneel dienden te worden dichtgemetseld. Zij zijn daarop schoongemaakt, gerestaureerd en geplaatst in een ijzeren omlijsting. Vervolgens zijn ze als losse ramen opgehangen vóór de reeds be staande beglazing in de zuiderka pellen van het schip van de Sint Gertrudiskerk. De twaalf glas-in-loodvensters in de zijbeuken van de voormalige kerk, daterende uit 1935-1937, zijn uitgevoerd door Karei Mijns- bergen te Bergen op Zoom naar 2. Tonnie Booij restaureert de be schildering op de pijler in de zuide lijke geluidsluis van de Stads schouwburg, 1990. op de wanden van de absis en op de pijlers. Op de vrijstaande pijlers waren boven de voetstukken, naar ontwerp van genoemde Collette, 'pieken' aangebracht, een versie ring van zig-zag-lijnen. Op de ove rige pijlers (muraalkolommen) wa ren slechts sobere biezen geschil derd. Deze ornamentale beschilde ringen zijn door de heer C. en mevr. E. Warmoeskerken uit Ber gen op Zoom en hun helpers ge restaureerd, dan wel gekopieerd aan de hand van aangetroffen kleuren. Onder de kapitelen werd in plaats van de beschilderingen door Col lette een nieuwe geschilderde kraagversiering aangebracht naar ontwerp van Onno Greiner uit Amsterdam, architect van de schouwburg. Op enige pijlers werden bij de werkzaamheden fragmenten ont dekt van de door de kerkschilder Guilliam Deumens (1894) in tem- peraverf aangebrachte beschilde ringen. Eén schildering, boven het basement aan de achterzijde van de pijler in de zuidelijke geluidsluis van het theater, werd blootgelegd en vervolgens gerestaureerd door Tonnie Booij, wederom onder su pervisie van Olthuijsen (afb. 2 en 3)Eén van de schilderingen uit 1894 bevond zich op de schacht onder een kapiteel van één van de ontwerp van Piet Cleijssen. Twee daarvan, te weten de meest weste lijke, zijn eveneens uitgenomen. Zij stellen respektievelijk Maria's He melvaart en de Graflegging van Je zus voor. Na het uitnemen zijn de openingen dichtgemetseld om dezelfde reden als die in het voormalige priester koor. De vensters zijn schoonge maakt en hersteld en werden bestemd om te worden geplaatst in de 'Dagkerk', waar ze in september 1990 zijn opgehangen. De overbrenging van de vensters vond plaats in onderlinge over eenstemming tussen het gemeente- en het kerkbestuur van de H. Maagd, na raadpleging van deskundigen op velerlei terrein. Een en ander was, evenals de restauratie, mogelijk door een spe ciaal verkregen schenking voor drie vensters; die van het vierde (de Annuntiatie) door een bijdrage van de congregatie der zusters Franciscanessen (van huize Sint Catharina) De overige tien vensters zijn, in het kader van het restauratiewerk aan de voormalige kerk, eveneens schoongemaakt en hersteld. De 3. Beschildering op de pijler in de zuidelijke geluidsluis van de Stads schouwburg, door G. Deumens, 1894. Foto na de restauratie, 1990.

Periodieken

De Waterschans | 1990 | | pagina 8