J
?4L°t
klaverstraat
st. margrieten
De Waterschans nr. 2 1993
OUDEMANNENHUIS J-My
VISMARKT
Situatieschets van het oude weeshuis omstreeks 1750.
(Uit: Studies uit Bergen op Zoom, deel 3 Bergen op Zoom 1979, p. 100)
logeren in het 'Hof van Holland'.
Dat was niet naar de zin van De
Mellet. Had de burgemeester er
aan gedacht, dat Dumonceau
krachtens zijn rang van 'oppercom-
mandant van de Armee van het
Noorden' recht had op een loge
ment van de eerste klasse? Hij
kreeg per ommegaande antwoord.
'Het is mij in de tegenwoordige
omstandigheden niet mogelijk, een
geschikter quartier aan te wijzen',
schreef Vermeulen en hij prees het
'Hof van Holland' aan 'als zijnde
het voornaamste logement binnen
deze stad'. Vele belangrijke perso
nen logeerden daar zoals de ko
ning van Holland.35 Dat zal dan in
augustus zijn geweest, want tijdens
het officiële bezoek begin juni lo
geerde Lodewijk op de Grote
Markt bij de wijnhandelaar C.P.
LeBot.37
Nog een laatste staaltje van des
goeverneurs strijdlust met als
slachtoffer deze keer de Bergse ad
vocaat Mr. Johan Christaan Cle
ment. Het speelde zich af in de
cember. De Mellet had de baljuw
en de Hoge Vierschaar gemachtigd
om een proces aan te spannen te
gen J. Boenders, advocaatbedien-
de bij Clement. Laatstgenoemde
was van mening, dat de goever-
neur daartoe het recht niet had en
diende daarom een bezwaarschrift
in. Daarin beriep hij zich op het
principe van de onafhankelijkheid
van de rechterlijke macht. De Mel
let, meer militair dan rechtsgeleer
de, eiste prompt van Clement dat
die zijn bezwaar zou intrekken en
binnen 24 uur zijn excuses aanbie
den. Zo niet, dan de stad uit. De
advocaat vroeg het stadsbestuur
om bescherming. Dat verwees
hem naar de Hoge Vierschaar, ook
met het motief dat een bestuur zich
niet mag mengen in rechtszaken.
De Mellet voerde zijn bedreiging
uit. Op 5 december haalden mili
tairen Clement op en voerden hem
buiten de stad. De burgemeester
riep daarop de hulp in van de land
drost. Dat hielp. De minister van
politie en justitie liet eind december
weten, dat De Mellet zijn actie te
gen Clement onmiddellijk moest
staken.38
Twaalf logé's in één huis
Kort voor de Engelse invasie had
Vermeulen al een standje gekre
gen van minister Krayenhoff, dat
de huisvesting van militairen in
Bergen op Zoom te wensen over
liet. De kribben in de kazernes wa
ren te oud en te laag en veel lakens
en dekens versleten. Twee lokalen
keurde de minister zonder meer
af.39 Even later evenwel waren ze
heel hard nodig en werd alles vol
gestopt. Maar op 21 september
was er inspectie, daags tevoren
aangekondigd door Regnault die
als commissaris ordonnateur belast
was met de zorg voor inkwartiering
en voeding van de manschappen.
Hij stuurde Deel en die ging met
wethouder Berbiers de kazernes
af.40
Het stadsbestuur zag de bui al han
gen en stelde dezelfde dag een
brandbrief op naar het ministerie
van oorlog. Uit dat schrijven weten
we dat de stad beschikte over 400
matrassen en 350 strozakken met
dekens en lakens. Het garnizoen
was op dat moment 3.000 man
sterk, waarvan veruit de meesten
dus bij de burgers waren ingekwar
tierd, hier en daar zelfs twaalf in
één huis.41 De stad vroeg Krayen
hoff 400 tweepersoons kribben
met bijbehorende matrassen, stro
zakken, dekens en lakens. Dit ter
verlichting van de burgerij. Er wa
ren nog lokalen beschikbaar in de
stad, maar de eigenaars hadden uit
armoede de 'fournituren' moeten
verkopen.
De inspectie liep slecht af. De vol
gende dag liet Regnault weten, dat
140 soldaten naar burgerwoningen
moesten verhuizen vanwege de
slechte toestand van twee huurka
zernes. De daardoor vrij komende
fournitures kon men gebruiken om
de tekorten in de goedgekeurde lo
kalen aan te vullen. Er bleven dan
toch nog soldaten over die geen
krib hadden en op stro moesten
slapen. 'Gij zult de goedheid heb
ben hun beddelakens en dubbelde
dekens te verzorgen, indien gij niet
verkiest hun even als de overige bij
de inwoners te inquartieren'.42 Al
tijd weer die stok achter de deur
om het gemeentebestuur te pres
sen toch maar goed voor de solda
ten te zorgen op kosten van de
stad.
Tezelfdertijd kwam er een klacht
binnen dat 121 paarden van het
wagenpark geen stalling hadden.
Of de burgemeester daarvoor wil
de zorgen.43
Regnault had de goedheid om
1200 gulden voor te schieten voor
aankoop van fournituren, maar
Krayenhoff liet gauw weten, dat de
commissaris daarmee zijn boekje te
buiten was gegaan. De stad moest
De Waterschans nr. 2 1993
Foto vcan omstreeks 1928 van het Markiezenhof. In de Franse Tijd was
het een militair hospitaal. De foto geeft een indruk hoe de gebouwen aan
de oost- en noordzijde van de grote binnenplaats er destijds uitzagen. De
galerij was dichtgemaakt. In dit gebouw wilde Lodewijk Napoleon zijn
kweekschool voor militairen huisvesten.
het bedrag meteen retourneren.44
Op 17 oktober opnieuw inspectie,
nu door de commandant van het
zesde regiment. Hij wilde de bur
gers zo spoedig mogelijk verlossen
van de druk der inkwartiering. In
drie kazernes waren evenwel geen
lakens bij de bedden en in het lo
kaal van Weelij moest veel worden
gerepareerd. Als dat geregeld kon
worden, dan zouden de soldaten
de volgende dag die kazernes be
trekken. Indien niet dan zou de
commissie van inkwartiering moe
ten zorgen voor betere logies. Me
nig soldaat had niet eens stro om
op te liggen.
Dezelfde dag een order van de
goeverneur: drie officieren en 63
militairen moeten onderdak heb
ben. Vermeulen antwoordde Eek
hout, de commandant van het zes
de regiment, dat hij de regering om
fournitures had gevraagd, maar
nog altijd niets had ontvangen. Hij
drong tevens aan, de soldaten in
de kazernes te laten, want daar wa
ren ze toch beter af dan bij de parti
culieren. Het college van burge
meester en wethouders besloot
vervolgens, de regering om een
renteloos voorschot te vragen voor
de aankoop van kribben met toe
behoren.45
Wie nog een beschimmeld
brood?
Het leger rekwireerde gemakkelijk
en royaal en zo was er soms te
veel. Op 6 september bood Reg
nault de burgemeester 1500 be
schimmelde broden aan 'welke
zich in drie caissons bevinden op
de voorplaats van het gouverne
ment alhier ten einde dezelve aan
de armen dezer stad te doen distri-
bureren'. Vermeulen wees de gift
af uit vrees voor een ziekte en gaf
de commissaris in overweging, de
broden aan 's Rijks Hoornvee' te
presenteren.40
Met het hoornvee ging er ook iets
mis. Begin oktober had het leger
257 koeien over. Die werden op 9
oktober met inzetten en opbieden
in het openbaar verkocht. Van de
257 gingen de nummers 1 tot en
met 193 van de hand en die brach
ten samen 7.403 gulden op. De
prijzen variëerden van twintig gul
den tot achtenzestig.47
Eind oktober waren er paarden
ziek en die hadden zemelen nodig.
Nou was dat wat moeilijk, want er
mochten geen zemelen worden in
gevoerd in de stad tenzij met verlof
van de burgemeester. Die deed
niet moeilijk, als de zemelen maar
apart werden bewaard, 'afgezon
derd van die der bakkers'.48
Zorg dat je d'r bijkomt
Onder de (in)druk van de Engelse
inval en van de uitvallen van zijn
broer vaardigde Lodewijk Napole
on op 8 augustus 1809 een Ko
ninklijk Besluit uit voor meer vrij
willigers voor het leger. De keizer
drong aan op het invoeren van mi
litaire dienstplicht, maar zo ver wil
de de koning niet gaan, want, zei
hij, dat druist te veel in tegen de
mentaliteit van het Nederlandse
volk. Lodewijk maakte wel een re
kensommetje van hoeveel vrijwilli
gers elk departement diende te
werven. Het departementaal
bestuur stelde op zijn beurt een
lijstje op per gemeente. Van Bra
bant verwachtte Zijne Majesteit
1600 vrijwilligers, een bataljon in
Den Bosch en een in Breda. Ber
gen op Zoom moest er 37 leveren.
De gemeente mocht premies uitlo
ven, maar niet hoger dan vijfenze
ventig gulden per man. Binnen
een maand diende de zaak rond te
zijn.
Een missive van kwartierdrost F.X.
Verheijen onderstreepte het belang
van de zaak. Hij schreef dat de
zaak met de nodige tamtam 'op al
le de hoeken der straten onder
escorte van een detachement ge
wapende burgers, gecomman
deerd door een officier, bij trom
melslag' moest worden omgeroe
pen. Dat bevel werd de volgende
dag uitgevoerd en op zondag, 20
augustus nog een keer. Er was
echter weinig respons. En die zich
meldden bleken niet allen betrouw
baar, hetgeen Vermeulen in Den
Bosch deed informeren, hoeveel
vrijwilligers uit Bergen al waren
goedgekeurd, want hij hoorde
maar niets.49 Het antwoord was:
Niemand. Grote verbazing in Ber
gen op Zoom, want Vermeulen
kon zo dertien namen noemen van
mannen aan wie hij de betreffende
formulieren had gegeven met de
boodschap, daarmee naar Den
Bosch te gaan. Op 3 oktober
schreef luitenant kolonel Van La-
wick van Pabst uit Den Bosch dat
zich meerdere 'transporten' bij hem
hadden aangediend, maar hij had
ze op twee na moeten afkeuren,
omdat ze of te oud of te jong wa
ren. Anderen waren nooit aange
komen; wellicht onderweg van ge
dachte veranderd of geronseld
door wervers die meer geld boden.
Alleen Johannes Palenvliet en An-
thonie Vriens had hij aangenomen
en even later ook nog Jan Dekkers
en Nicolaas van der Velden.50
Op de laatste dag van oktober een
laatste waarschuwing aan de ge
meentebesturen dat ze 'hun contin
gent in de op te zenden vrijwilligers
voor 's Konings dienst' zonder ver
der uitstel moesten leveren. Bij niet
nakoming zou dat een wellicht niet
verwacht gevolg hebben. Men
moest maar raden wat.51
Een strafmaatregel in die tijd kon
zijn een extra inkwartiering bij
voorkeur van een collectie lastige
portretten, maar Bergen zat al zo
vol. Het maakte vermoedelijk geen
indruk.
Een maand later schreef de land-