De Sint-Jacobskapel en haar omgeving in de loop der eeuwen De Waterschans nr. 3 1993 door: Willem van Ham Bij de afbraak van enige panden aan het Sint-Catharinaplein in 1975 werd een verrassende vondst gedaan. Men trof de funderingen aan van de reeds lang verdwenen Sint-Jacobskapel. Dit bracht als vanzelf de noodzaak met zich mee, de geschiedenis van het vroegere bedehuis en zijn omgeving te on derzoeken. Een beletsel voor dit onderzoek vormde het feit. dat er van de kapel en haar beheerders geen eigen archief bewaard is ge bleven. Gelukkig bevatten de ste delijke archieven genoeg gegevens om een enigszins samenhangend verslag op te stellen. De archiefge- gevens werden samengevat in een artikel, dat tesamen met het ver slag van het archeologisch onder zoek in een brochure werd gepubli ceerd.1 Bij deze gewijzigde herdruk zijn enige veronderstellingen, die in 1975 werden gepubliceerd over het ontstaan van de Vismarkt of Sint-Catharinaplein, bijgesteld naar aanleiding van archeologische waarnemingen, die in 1991 op het plein zijn gedaan. In 1975 werd nog verondersteld, dat het plein zou zijn ontstaan als uitbreiding van een pleintje op de noordpunt van het huidige Sint- Catharinaplein. Dit lijkt door ge noemde waarnemingen een ach terhaalde visie te zijn geworden.2 Hierbij werd aangetoond dat de helling van de pleistocene onder grond van 6 meter boven NAP in de Wijngaardstraat afliep tot 3 me ter boven dat peil aan de zuidkant van het latere plein. Aan de zuidzij de was dit zand echter met een dik ke laag (van ongeveer 1 meter) van gitzwart veen bedekt. In het midden van het plein werd de laag dunner en aan de top noordwaarts ontbrak hij geheel. Over het dek- zand en het veen heen is in de late middeleeuwen een stuifzandlaag ontstaan. Er zijn op het plein enige sporen van menselijke aanwezigheid uit de voorstedelijke periode aangetrof fen. Vermoedelijk in de tweede helft van de 13e eeuw werd begon nen met het realiseren van een be bouwing die bestond uit eenvoudi ge houten huisjes. Men bouwde toen op een niveau van een meter onder het huidige maaiveld. Langs de westzijde van het tegenwoordi ge plein liep een oudere weg in het verlengde van de Kremerstraat in de richting van de Wijngaardstraat. Daar bevond zich een open terrein dat de Vijfhoek werd genoemd en zich tot aan de stadsmuur uitstrek te.2 De Vismarkt (sinds 1938 Sint-Ca tharinaplein genoemd) is aan het einde van de 14e eeuw aangelegd ter plaatse van de toen afgebroken bebouwing. De woningen waren niet door de stadsbrand van 1397 verwoest, maar kennelijk jaren voor die brand in één keer afgebro ken (vermoedelijk in het laatste kwart van de 14e eeuw).4 In relatie tot de uitbreiding van het Markiezenhof werd de Hofstraat rond 1485 gewijzigd en de Mos selstraat aangelegd. De zuidwand van het plein werd pas bebouwd aan het einde van de 16e eeuw in het verlengde van die van de Geweldigerstraat. De Nieuwstraat. die het plein met de Engelsestraat verbindt, is aange legd in 1470. VIJFHOEK STJACOBSGASTHUIS ST.JACOBSKAPEL ACOBSBRl'G 20 m Afb. 7. Reconstructie van de Sint Jacobskapel en omgeving omstreeks het midden van de 14de eeuw. De Waterschans nr. 3 1 993 2. Stratenaanleg aan de Vismarkt. 1. Klaverstraat (Beterstraat) 14e eeuw. 2. Mosselstraat (Geldstraat) eind 15e eeuw. 3. Hofstraat, begin 16e eeuw. 4. Terreinen aangekocht ter verbetering van de Vismarkt 15e eeuw. 5. (Korte) Nieuwstraat, eind 15e eeuw. De Klaverstraat kan in verband met de bebouwing van de oostwand van het plein zijn ontstaan. Die wand had zijn rooilijn - overigens in de jaren dertig sterk gewijzigd door de uitbreiding van huize Sint- Catharina - ca. 1470 verkregen. Hiertoe had het stadsbestuur van particulieren enige terreinstroken aangekocht. Het Sint-Catharinaplein, toen Nieuwe Markt genoemd, werd oorspronkelijk gebruikt als huiden markt; rond 1492 ging men er vis verkopen. Een gebouwtje aan de zuidzijde van het plein, bestaande uit een door zuilen geschraagd dak, vormde de eigenlijke plaats voor de vishandel. De nostalgie van oudere Bergenaars, die er nog vis hebben gekocht, verbindt deze plaats aan de bekende figuur van Piet de Crom, die hier de leiding had.6 Er bestaan aanwijzingen dat de vishandel eerst op een van de hoeken van de Zuivelstraat plaats vond. Nadien verplaatste men de huidenhandel naar elders (de late re Korenmarkt).7 In deze bijdrage wordt eerst de oor sprong van de Sint-Jacobsverering behandeld en de betekenis ervan voor Bergen op Zoom; daarna ko men het Sint-Jacobsgilde, de kapel en het gasthuis aan de orde. Tenslotte wordt ingegaan op de aan kapel en gasthuis grenzende huizen. 1. Sint-Jacob van Compostela Na Rome en Jeruzalem was Santi ago di Compostela in Noord-Span- je het meest bezochte pelgrimsoord in de middeleeuwen. De legende dat de apostel Sint-Jacobus de Meerdere in Spanje had gepreekt en daar begraven was ontstond in etappes in de 7e tot en met de 9e eeuw. In de 12e eeuw kreeg de le gende zijn uiteindelijke vorm. In die tijd werd Compostela als pel grimsoord in Frankrijk, Duitsland en de Nederlanden bijzonder po pulair.6 Luik, bisschopstad ook voor noor delijk Brabant, werd een belangrijk centrum voor de verering van die heilige, waarvan men relikwieën verwierf uit de koninklijke kapel te Compostela.4 De grotere steden in de Nederlan den hadden kerken, kapellen of gasthuizen aan Sint-Jacob toege wijd. onder andere Antwerpen, Brugge, Doornik, Gent. s-Graven- hage, 's-Hertogenbosch, Leeuwar den, Leuven, Schiedam en Utrecht. Het is niet duidelijk of het ontstaan van deze godshuizen ver band hield met de pelgrimsweg naar Compostela die in Frankrijk wel is gerekonstrueerd, doch waar van in de Nederlanden nog geen studie is gemaakt. Bergen op Zoom kan op die route hebben gelegen: ten noorden had Steenbergen Sint-Jacobus de Meerdere als kerkpatroon, ten zui den waren er kapellen van deze heilige op Hoogschoten onder Ekeren. later Sint-Jacobskapel, te genwoordig Kapellen genoemd, alsmede te Antwerpen zelf. De pelgrims naar Compostela droegen een lange mantel, breed gerande hoed, staf, reistas en reis- fles. De schelpen die men aantrof op het strand bij Compostela wer den op de hoed aangebracht en soms ook op de kleding.1'1 Het werd een gewoonte pelgrims in het algemeen zo af te beelden, zelfs Christus als Emmausganger (onder andere op een Romaans sculptuur uit de lle-12e eeuw te San Do mingo a Silos; in het Getijdenboek van Catharina van Kleef uit de 15e eeuw)11. Ook Sint-Jacob zelf werd als pel grim afgebeeld. Uit onze eigen om geving kennen we onder meer het zegel van Fijnaart, een nieuw be dijkte parochie onder het markie- zaat van Bergen op Zoom die ook Sint-Jacobsland heette.12 Een Ber gen op Zoomse zilversmid vervaar digde nog in 1595 een zilveren be ker voor de Sint-Jacobsbroeders te Sint Maartensdijk, waarop een beeldje van de heilige als pel- 13 grim. Het was in meerdere plaatsen ge woonte een bedevaart, bijvoor beeld naar Compostela, als boete op te leggen of als voorwaarde bij

Periodieken

De Waterschans | 1993 | | pagina 20