Miscellanea Archivistica VII
Samuel de Swaef
De Waterschans nr. 1 1994
door: Rochus J. van den Bergh
'Laest gingh ickL in den hof, door schreef ick. op een linde,
Ick. snee in een pompoen den naem van mijn èeminde
Odet schrift was eerstmael teer, men sagh daer anders niet
Als, dat het groen gewas beschrejde mijn verdriet (1)
Nee, deze versregels zijn niet van
Samuel de Swaef, maar van de
bekende Zeeuwse dichter Jacob
Cats.. Ze komen uit zijn eerste, in
1618 verschenen dichtbundel 'Sile-
nius Alcibiadis sive Proteus'; bij de
lezers van Cats beter bekend als
'Sinne- en Minnebeelden', de titel
die de bundel kreeg bij de herdruk
in 1627 (2).
Afb.l. Samuel de Swaef. 1597-1636.
Foto: Gemeentelijke Archiefdienst
Bergen op Zoom.
In het voorwerk van de bundel
krijgt Cats lof toegezwaaid van
bekende dichters als Daniël Heinsi-
us, Jacob Hobius en Anna Roemers.
Eén van de lofdichten, een veertien-
regelig gedicht getiteld: 'Clinck-
dicht op de drie-sinnighe sinnebeel-
den', werd geschreven door de man
wiens naam wij dan voor het eerst
in druk zien verschijnen, de man
die later een van de meest bekende
afbeeldingen van Bergen op Zoom
zou maken: de toen 21-jarige, in
Middelburg wonende, Samuel de
Swaef (3).
de Middelburgse jaren
Samuel de Swaef werd op 22 juni
1597 te Middelburg gedoopt. Hij
was de tweede zoon van bak
ker/slager Hans de Swaef en Josijn-
tje Panneels, de dochter van een
dominee. Hans de Swaef kwam uit
het Vlaamse Eekloo, Josijntje uit
het eveneens in Vlaanderen gelegen
Izegem.
Het echtpaar had nog drie kinderen:
Johannes, die schoolmeester in
Middelburg werd; Daniël, die na
zijn studie in Leiden de eerste
predikant van Aagtekerke werd, en
Susanna, hun enige dochter.
Samuel trouwde in 1616 met Anna
Heijnincx, na op 9 april van dat
jaar te Middelburg ondertrouw te
hebben gedaan.
In 1619, kort na zijn optreden als
dichter in de debuutbundel van
Cats, liet Samuel twee door hem
geschreven (school)boeken verschij
nen.
Het ene boek had als titel 'Proef-
stuck van de schrijf-konste;
tot nutticheijt ende voordeel vande
jonghe jeught gheschreven, ghesne-
den ende ghedruct door Samuel de
Swaef van Middelb.'
De getoonde voorbeelden in het
boek zouden volgens de auteur de
jeugd bij het maken van hun schrijf
oefeningen van nut kunnen zijn. In
zijn opdracht aan de magistraat van
Middelburg schrijft Samuel met
trots dat hij het boek niet alleen zelf
had geschreven, maar ook met het
'graefijser' zelf had gesneden, 'het
welck hier in Zeelant tot noch toe
niet en is verricht'(4).
Het werk van De Swaef moet het
Middelburgse stadsbestuur zijn
bevallen, want de heren beloonden
hem met een bedrag van 20 Vlaam
se ponden (5).
Het ander boekje was een 16 blad
zijden tellende vertaling van het
werk van Plutarchus, getiteld: 'Trac-
taet Plutarchi, vande opvoedinghe
der kinderen. Nu eerst uijt het
Frankische int Nederduijtsche
vertaelt'. Het was gedrukt door de
Middelburgse drukker Hans van der
Hellen 'voor Samuel de Swaef,
woonende inde Gortstrate, Anno
1619' (6).
In 1620 publiceerde Abraham van
Overbeque uit Domburg een schoon-
schrijf-boek, getiteld 'Beque der
schrijfkonste een boekje waar
aan ook De Swaef had meegewerkt.
Op de titelpagina vinden we de
vermelding:
'Samuel Suavius sculpsit'; een
mededeling die wordt herhaald op
de pagina met de opdracht: 'Ghe-
sneden door De Swaef'(7).
naar Dirksland
Samuel de Swaef had zich in
Middelburg gemanifesteerd als
schoonschrijver, plaatsnijder, druk
ker en dichter. Niet zeker is of hij
toen ook schoolmeester was. Vol
gens een ordonnantie van 2 mei
1591 diende een schoolmeester in
Middelburg tenminste 25 jaar oud
te zijn: de leeftijd waarop Samuel
naar Dirksland verhuisde -misschien
zelfs iets vroeger (8). In dit op
Overflakkee gelegen plaatsje
presenteerde hij op 16 januari 1623
12
De Waterschans nr. 1 1994
Afb.2. Handschrift en signatuur van Samuel de Swaef. Foto: Gemeentelijke
Archiefdienst Bergen op Zoom.
zijn nieuwe boek, getiteld: 'Octona-
ria ofte veerssen van acht reghels,
vervatende verscheijden Christelijc-
ke meditatiën ende leeringhen der
zeden'. Het boekje, dat door Nico-
laes Vincentz in Dordrecht was
gedrukt, bevatte tweeënnegentig
stichtelijke verzen waarin De Swaef
zich kritisch uitliet over allerlei
zaken - ook over de onbekwaam
heid van een aantal van zijn colle
gae schoolmeesters (9).
Een goed jaar later verhuisde
Samuel de Swaef met zijn gezin
naar Bergen op Zoom.
schoolmeester in Bergen op Zoom
Volgens de op 23 januari 1624
nieuw opgestelde regels voor de
Bergse scholen,'soo duijtsche (lees:
Nederlandse) als fransche', dienden
de lessen op school te beginnen met
een gebed; kinderen van gerefor
meerde ouders moesten op zon- en
feestdagen naar de kerk; in de klas
mochten er alleen eerlij cke, stichte-
lijcke' boeken worden gebruikt en
kinderen 'daertoe bequaem sijnde'
dienden geoefend te worden in de
Nederlandse Catechismus. Onge
hoorzame kinderen mochten gestraft
worden met de roede en de plak,
echter: 'tot matelijcke punitie ende
niet voorders'.
Een belangrijk punt was de aanstel
ling van bekwame onderwijzers,
waarvan er een moest wonen in het
havenkwartier en een in de stads
school (10).
Bergen op Zoom had al sinds 1613
een stadsschoolmeester in de per
soon van Abraham Vercammen,
afkomstig uit Antwerpen, die soms
'duijtsche', soms 'fransche' school
meester genoemd werd (11).
Een debat in de raad over de komst
van een tweede schoolmeester
resulteerde 17 mei 1624 in de
aanstelling van 'mr. Samuel de
Swaef, schoolmeester jegenwoor-
dich in Diercxlandt'. Als nieuw
aangenomen Franse stadsschool
meester zou Samuel 40 Vlaamse
ponden per jaar gaan verdienen -
gerekend vanaf de dag dat hij zich
in Bergen op Zoom zou hebben
gevestigd. Voorts kwam men over
een dat Samuel vrijgesteld zou
worden van de burgerwacht, dat het
gezin geen huishuur hoefde te
betalen en dat alle geleden reis- en
verblijfkosten, alsmede de verhuis
kosten, door de stad zouden worden
vergoed (12).
Het stadsbestuur hield zich aan haar
belofte.
Zo ontving De Swaef van rentmee
ster de Rouck zes gulden 'om te
vergoeden de reijskosten bij mij
gedaen int overkommen, als de E.
Heeren mij hadden ontboden om
met mij van de aenneminge vande
Stadts-franqoische Schole te spre
ken' (13).
Voor zijn verhuiskosten kreeg hij
op 11 juli 1624 vier Vlaamse
ponden uitbetaald. Het gezin van
De Swaef moet zich dus vóór die
datum in Bergen op Zoom hebben
gevestigd (14).
De rentmeester betaalde ook de
rekening die Johan Polsted had
ingediend. Samuel de Swaef had
tijdens de onderhandelingen met het
stadsbestuur vijf dagen - van 16 t/m
20 mei - in zijn huis (herberg?)
'geloegeert'. Uit dezelfde rekening
blijkt tevens dat in het weekend van
9 juni 1624 niet alleen Samuel,
maar ook zijn vrouw en zijn vier
kinderen(l) daar gelogeerd hadden
(15).
de school te klein
Het echtpaar De Swaef arriveerde
in een betrekkelijk rustig Bergen op
Zoom. Wel waren er in de voorbije
winter klachten te horen geweest
over de hoge graanprijzen en over
de 'verdierte van alle dingen', de
stijgende prijzen in het algemeen.
In september - het gezin had zich
amper gevestigd - werd de stad
getroffen door een nieuwe pestepi
demie (16).
Een van de eerste slachtoffers was
schoolmeester Abraham Vercam
men. De ongelukkige collega van
Samuel de Swaef overleefde het,
maar de ziekte had zijn gezichtsver
mogen dusdanig aangetast dat hij
niet meer bekwaam werd geacht om
nog verder les te geven; op 30
november 1624 werd Vercammen
door het stadsbestuur eervol ontsla
gen (17).
De Swaef - die geklaagd had dat hij
vanwege de grote toeloop van
leerlingen niet meer behoorlijk kon
werken - kreeg dezelfde dag van
het stadsbestuur te horen dat hij uit
mocht zien naar een bekwame
ondermeester (18). Amper veertien
dagen later volgde de officiële
aanstelling van Christiaen Bruijs als
assistent van de Franse stadsschool
meester en dat voor een salaris van
18 Vlaamse ponden per jaar (19).
De nieuwe ondermeester kreeg
bovendien de kosten (6 car.gld.)
voor zijn overkomst vergoed (20).
Het grote aantal leerlingen leidde er
ook toe dat het huis van Heijndrick
Hoveniers, waar de Franse school
13
33
SAMUEL DE SWAA
.SFIUIA Ml'SA F AM
WW'- g,. Aj-.v