De Boekenhoek
De Waterschans nr. 2 1994
Afb. 4. In 1977 werd de school gesloopt. Op het vrijgekomen terrein verrrees
het appertementencomplex 'De Franciscusberg'.
het gebouw. Zij bleven tot eind
oktober en werden toen naar een
tentenkamp verplaatst. In het begin
van de mobilisatie vertoefden ook
Nederlandse militairen in de
kloostergebouwen. Als dank voor
de genoten gastvrijheid werd een
buste van Koningin Wilhelmina
geschonken door de 3e Compagnie
41e bataljon Landweer Infanterie
(1). Deze buste zou in de nabijheid
van die van Pius X een plaats
vinden (13).
Om verschillende redenen werd
reeds op 23 november 1915 bes
loten de kweekschool te verplaatsen
naar Breda. De kweekschool werd
pas op 4 september 1917
daadwerkelijk overgebracht. Op de
Hoogstraat bleef nog een
voorbereidende klas voor de
kweekschool bestaan (1).
Op 11 september 1918 waren
leerlingen en personeel aanwezig bij
de Intronisatie van het H. Hart in
de school door Deken van Dam (de
plechtigheid waarbij het beeld van
het H. Hart op een ereplaats aan of
in een gebouw wordt geplaatst. Het
gebouw is hierdoor aan het H. Hart
toegewijd) (1). Het heilig Hartbeeld
heeft tot aan de sloop in 1977 in de
gevel aan de zijde van de
speelplaats gestaan. Om niet van
zijn sokkel te vallen werd het holle
beeld gevuld met cement.
Vanwege een te groot aantal
leerlingen voor één school
betekende dat het noodzakelijk was
geworden dat de R.K. Middelbare
en Hogere Handelsschool, sinds
september 1918 in de lege lokalen
(die 5 meter hoog waren) van de
Kweekschool gevestigd, de
gebouwen zou verlaten. De splitsing
van de school werd effektief op 15
december 1921 (13).
Bij het 25-jarig bestaan telde de
school twee lagere scholen met
tezamen zo'n 500 jongens, 13
onderwijzers en 1 kwekeling. In de
eerste 25 jaar hebben zo'n 1400
jongens lager onderwijs genoten
aan de broedersschool (1).
Dat de broeders zich niet alleen met
het St. Franciscusgesticht bezig
hielden blijkt uit het feit dat in
februari 1908, na een verzoek van
pastoor Vermeulen, de Broeders
besloten een nieuwe school te
openen in de parochie van de H.H.
Martelaren van Gorcum. Zo werd
op 1 september van dat jaar de St.
Aloysius school in de Boxhornstraat
geopend (1,15).
De Broeders bleven aktief, want na
een verzoek van pastoor De
Meulemeester kwam op 10 mei
1919 het besluit tot oprichting van
de St. Jozefschool in de parochie
van O.L.V. van Lourdes. Omdat er
nog geen nieuw schoolgebouw
bestond, vond de St. Jozefschool,
na inzegening op 2 juni 1919,
voorlopig onderdak in de gebouwen
van de St. Franciscusschool. Het
onderwijs werd vanaf 1 september
1921 voortgezet in een nieuw
gebouw aan het Lourdesplein (1,16).
Na het 25-jarig bestaan volgden de
gebeurtenissen in een langzamer
tempo.
In juli 1939 werd een vergunning
gegeven voor enkele kleine
verbouwingen en uitbreidingen van
de schoolgebouwen met een totale
kostprijs van circa 5000 gulden.
Aan de lagere school werd een
nieuw klaslokaal gebouwd, dat in
een later stadium als onderwijzers
kamer dienst zou gaan doen. De
kleine verbouwingen werden in de
bouwvergunning niet nader
omschreven. Wel is bekend dat
naast de bewaarschool in de
Schoolstraat een nieuw trappenhuis
gebouwd werd en dat achter dit
gebouw een nieuwe speelplaats met
urinoirs en privaten werd
aangelegd. De architekt was deze
keer H. Berben uit Breda. Als reden
voor deze verbouwingen werd
gemeld dat jongens van de
BLO-school in de Drabbestraat,
wegens splitsing van deze school in
een jongens- en meisjesafdeling,
naar de Hoogstraat zouden komen
(16).
In november 1951 werd weer
vergunning verleend voor uit
breiding en verbetering van de Sint
Franciscus school (17). Als
architekt werd A. Pacilly uit Bergen
op Zoom aangenomen, en het werk
werd gegund aan A. de Kok. Bij de
uitbreiding verdween een huisje met
erf aan de Schoolstraat, dat al die
jaren tussen de bewaarschool en de
speelplaats van de Franciscusschool
ingeklemd had gelegen. De
bestaande speelplaats werd recht
getrokken, de overdekte speelplaats
verlengd en 4 nieuwe w.c.'s, 4
urinoirs, 1 kast en 1 handwasbak
werden aan de speelplaats
toegevoegd. De hoge muur van de
speelplaats naar de Schoolstraat
72
De Waterschans nr. 2 1994
werd in de richting van de
bewaarschool doorgetrokken.
In het hoofdgebouw werd de
bestaande houten trap naar de eerste
verdieping vervangen door een trap
van gewapend beton met een
gietijzeren balustrade. Buiten, in de
doorgang naast de onderwij
zerskamer werd nog een
kolenberging gebouwd.
In hetzelfde jaar werd gezamenlijk
met de scholen op het Fort en in de
Boxhornstraat het 50-jarig jubileum
gevierd. De leerlingen van deze
scholen voerden met groot sukses
een operette op, die door mensen
uit de verre omtrek van de stad
werd bijgewoond (13).
De laatste verbouwing van de
school was in 1960 uitgevoerd. Het
betrof toen het aanbrengen van 8
lichtkozijnen in een gang op de
eerste verdieping voor een prijs van
2000 gulden (19). Deze lokalen
staan bij de laatste lichtingen
leerlingen bekend als het
handenarbeid/overblijflokaal, de
filmzaal en de 4e klas van Broeder
Sigebertus. In 1964 was het aantal
leerlingen reeds zover teruggelopen,
dat men besloot om de bovenschool
op te heffen. Broeder Felicianus
was het laatste schoolhoofd van
deze school (13). Bij aanvang van
het schooljaar in 1964 ging men
verder met 6 klassen onder leiding
van Broeder Gustaaf. Toen de
Zusters van de meisjesschool Sancta
Maria in de Kloosterstraat eveneens
vanwege het teruglopende aantal
leerlingen besloten ook jongens aan
te nemen, namen de Broeders het
besluit om meisjes tot de school toe
te laten (13). Dit zou echter niet
meer op de Sint Franciscusschool
gebeuren. Het was inmiddels 1971
geworden.
Swanenberg C. Onder ons gezegd.
1993. Met bijdragen van o.a. Paula
Franken, Piet Michielsen en Hans
Heestermans.
Vanwesenbeeck C. Bergen op
Zoom, stad aan het water. 1994.
Een boek waarin een beeld wordt
gegeven van o.a. de rijke
geschiedenis van de Bergse hotels,
herbergen, cafés, campings en van
de toeristische en recreatieve
evenementen. Aparte aandacht
krijgt de promotie van de stad door
het plaatselijk bedrijfsleven en de
rol die de VVV daarbij speelde.
Behalve aan de geschiedenis van de
braderie, wordt er ook aandacht
besteed aan de waterrecreatie.
Hierbij wordt de lezer een beeld
gegeven van het Bergse Kurhaus en
het Scheldestrand, maar ook van de
ontwikkelingen aan de
Binnenschelde.
Didden J. en Maarten Swarts.
Brabant bevrijd. Het betreft hier
een verbeterde en aangevulde
uitgave van het reeds eerder
verschenen werk Einddoel Maas. Er
wordt veel aandacht besteed aan het
hoe, maar vooral het waarom van
de verschillende gebeurtenissen
voor, tijdens en na de Bevrijding.
Rijk geïllustreerd.
CRM-reeksConservering,
Restauratie en Monumentenzorg.
Nieuwe reeks informatieve en
handzame uitgaven over
conservering en restauratie van
roerend en onroerend erfgoed.
Binnenkort verschijnen in deze
reeks: Monumenten wegwijzer,
Monumentale gebouwen
herbestemd, Gids voor Behoud en
Beheer van kerkelijk Kunstbezit.
SDU-Den Haag.
Rosendaal J. e.a. Dansen rond de
vrijheidsboom. Revolutionaire
cultuur in Brabant en de Franse
inval van 1793. Stichting Brabantse
Regionale Geschiedbeoefening. Den
Bosch. ISBN 90-72526-23-6.
ƒ39.50.
Boer P. de. Wat is kermis? Van
markt tot reizend pretpark. In:
Alledaagse Dingen. 1994.1.
Jansen M. Zigeuners in
kinderboeken. De duivel in eigen
persoon. In: Alledaagse Dingen.
1994.1.
Eberling R. Voor- en familienamen
in Nederland. Geschiedenis, vorm
en gebruik. Den Haag. 1993.
Hagen J. Vragen over vroeger.
Handleiding voor het maken van
historische interviews. Nedl.
Centrum Volkscultuur. Utrecht.
Buit G. Cultuurhistorisch toerisme.
Botsende belangen van cultuur en
economie? Nedl. Centrum
Volkscultuur. Utrecht.
Vanwesenbeeck C. Als het maar in
den bloede is. Quist. Bergen op
Zoom. prijs: ƒ14.95. Vanaf
september 1994 verkrijgbaar.
Sommige tradities blijven lang
bestaan. Dat geldt ook voor de
gebruiken en bijeenkomsten van het
begrafenisfonds 'de Broederlijke
Liefde', dat in 1993 het 150 jarig
bestaan vierde. Begrafenisfondsen,
in de traditionele benaming
'begrafenisbussen' genoemd, werden
in het verleden als een onderlinge
sociale voorziening opgericht. Per
bedrijfstak of ambacht vormden de
werknemers een dergelijke
voorziening, soms gecombineerd
met een ziekenbus, te vergelijken
met de latere ziekenfondsen. Het
73
noten
(1) De Avondster. 5-10-1926. nr 9325.(2)
W.A. van Ham en C. Vanwesenbeeck.
Gids voor Oud-Bergen op Zoom (1983). pg.
88.(3) GA. bouwvergunning nr 3674
(1901).(4) Het komité bestond uit deken
Muskens, burgemeester Hulshof,
pastoor (later deken) Van Mens, pastoor
(toen kapelaan) Vermeulen, kapelaan
Van Dijk, juffrouw Helena Weijs en de
heer Daverveld.(5) De Zoom. 6
december 1901. nr 4125.(6) De Zoom. 6
november 1901. nr 4112.(7) NA. 1445. nr
1594. kadastraal sektienummer E 401.(8)
GA. bouwvergunning nr 4150-4151.
1903.(9) De Zoom. 16 september 1903.
nr 4392.(10) GA. bouwvergunning nr
5556-5557. 1 908.(1 1 GA.
bouwvergunning nr 7071. 1911.(12)
Mondelinge mededeling broeder
Gustaaf.(13) GA. bouwvergunning nr
5535. 1908.14) GA. bouwvergunning nr
303. 1920.(15) GA. bouwvergunning nr
110. 1939.(16) GA. bouwvergunning nr
115. 1951.(17) GA. bouwvergunning nr
176. 1960; architekt was J.M. Hurks te
Roosendaal.
De foto's bij dit artikel zijn afkomstig
uit de Gemeentelijke Archiefdienst
Bergen op Zoom, Broeder Giovanni, J.
Sio, J. van den Boom, B. Steffen.