44 ft 45 De Waterschans nr. 2 1994 natuurlijke waterloop die vanuit het oosten richting Schelde stroomde en die vele Bergenaren nog kennen als de Kreek. hoe oud was het kasteel? De bouw van het kasteel moet aan de hand van het gevonden materiaal ergens in de 13de eeuw plaatsgevonden hebben, kort nadat de oostmoer bedijkt en in cultuur gebracht werd. De meeste opgehoorde baksteenfragmenten hadden de afmetingen van 7x14x28 centimeter, daarnaast kwamen ook iets kleinere stenen (14de eeuwse) naar boven. Bij het uitgraven van een sloot dit jaar, dwars over het kasteelterrein, kwamen zelfs kloostermoppen met een formaat van 8xl6x(32) centimeter naar boven en natuurstenen bouwfrag- menten zoals delen van venster traceringen. De scherven uit de boorgaten dateerden uit de 14de tot en met de 16de eeuw. Zolang er geen opgraving is gedaan, kan natuurlijk geen zinnig woord gezegd worden over bouwperioden, vergrotingen, uit breidingen, enzovoorts. Duidelijk is wel dat het kasteel van Borgvliet minstens even oud was als zijn belangrijke concurrent in Wouw. trieste vooruitzichten Het is belangrijk dat aangetoond kon worden dat er nog behoorlijk wat archeologische resten van het kasteel aanwezig zijn. Dat werd wel eens in twijfel getrokken, omdat er in de tachtigjarige oorlog veel bouwmateriaal uit de kasteelruïne werd afgevoerd. Bovendien is uit een archieftekst bekend dat in 1657 een Bergse steenhouwer, Laureys de Milander en een Vlissingse schipper, Frans Claessen, toe stemming kregen om bakstenen en natuurstenen uit de kasteelruïne te slopen voor de verkoop (5). Als de tekeningen van het kasteel rond 1630 (Bartholomaeus Breenbergh, Samuel de Swaef) en uit 1666 (Jan Beerstraten) enigszins op waarheid berusten, ondanks allerlei pittoreske toevoegingen, dan blijkt dat die afbraak niet definitief is geweest (6). Het bovengrondse werk zal pas in de loop van de 18de eeuw Ajh.3. Kaart van de stad Bergen op Zoom en omgeving, door Jacob van Deventer, ca 1560, vermoedelijk naar een meting ca 1545. Onderaan op de kaart het dorp (Oud-) Borgvliet en het kasteel. Aft.4. Afbeelding van het kasteel van Borgvliet ('Borchvliet). Fragment van de Scheldekaart uit 1468. De Waterschans nr. 2 1994 afgebroken zijn omwille van het bouwmateriaal. Op plattegronden uit het begin van de 19de eeuw staat het kasteelterrein voor het eerst niet meer aangegeven. Toen waren de funderingen blijkbaar definitief onder het slik verdwenen. Maar wat nu te doen met deze constatering? Na overleg met de ge meente en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek kon in alle redelijkheid niet anders geconcludeerd worden dan dat het op dat moment financieel en vanwege de tijdsdruk niet mogelijk was het kasteel op te graven. De hoge grondwaterstand en de slappe bodem zouden permanente bronbemaling met allerlei kostbare voorzieningen noodzakelijk maken. Helaas lijkt daarmee de kans om het kasteel van Borgvliet ooit nog te onderzoeken, voorgoed verkeken. De woningbouw vordert in sneltreinvaart. Bij het funderen van de huizen wordt gebruik gemaakt van dezelfde grondboren, maar dan twee maal zo lang. De boorgaten worden direkt volgepompt met beton en voorzien van bewapening. Datgene wat er nog in de grond verborgen zit, zal hier zeker schade van ondervinden. Erger is dat op het op die manier in een verre toekomst, wanneer de huizen op de Plaat ooit afgebroken worden, onmogelijk zal zijn om nog bij de overblijfselen van het kasteel te komen. Het terrein zal er dan uitzien als een stekelvarken met betonnen stekels. Misschien valt dit verlies nog te vergelijken met een boosaardige archiefbezoeker, die uit een oud stadsregister elke tiende bladzijde afscheurt en vervolgens het boek in een emmer behangplak laat vallen. Lezen wordt dan een hele kunst. Zo blijft het jammer dat het Scher- minckel-onderzoek niet een paar jaar eerder werd uitgevoerd. Ondanks een in 1980 in opdracht van de gemeente uitgevoerde studie naar de mogelijkheden van inrichting van de Binnenschelde, waarin ook de cultuurhistorisch waardevolle elementen (waaronder het kasteel) aan bod kwamen, zal er bij de inrichtingsplannen van dit deel van de Bergse Plaat op geen enkele manier rekening gehouden Aft. 5. De Laan van Hildernisse. Onder resten van het kasteel van Borgvliet. i "i Aft. 6. Het kasteel van Borgvliet, door Bartholomeeus Breenbergh. (National Gallery of Scotland. Edinburgh). worden met de plaats van het voormalige kasteel, noch wordt op enige manier de herinnering eraan levend gehouden (7). Straks zullen de Plaatbewoners zonder het te weten hun was buiten hangen precies waar vroeger de Heren van Borgvliet hun vaandels lieten wapperen. noten (1) W.A.van Ham. Tradities herleven; vraagstukken blijven: bij de inwijding van de nieuwe Sint Gertrudiskapel. De het zand op de voorgrond liggen de Waterschans 4 (1989). 50-58. (2) H.L.Janssen. The archaeology of the medieval castle in the Netherlands. Results en prospects for future research. In: J.C.Besteman, J.M.Bos H.A.Heidinga (red). Medieval Archaeo logy in the Netherlands. Assen/Maas tricht. 1990. 219-264.(3) J.H.van Mosselveld, W.A.van Ham. Tekeningen van Bergen op Zoom. Bergen op Zoom. 1973. 12-13. (4) G.C.A.Juten. De parochiën in het bisdom Breda. Bergen op Zoom 1925-1938. Borgvliet. 162-176. (5) Notariëel Archief Bergen op Zoom. 107. 23 febr. 1657. (6) Tekeningen van Bergen op Zoom. 138-139. (7) 'Beeldvorming Landschap 'Verdronken Land van het Markiezaat'. Buro Maas, adviesbureau voor landschapsarchitectuur en milieuplanning. Breda/Zeist.1980.12. Tekeningen zijn door de auteur zelf vervaardigd. Enkele gegevens uit de Provinciale Almanak 7e jaargang. 1941-1942. oktober 1941. Samson-Alphen aan den Rijn, in deze aflevering hier en daar in grijs kader. Bergen op Zoom 1941. Weekmarkten: iedere Don-derdag; iedere Zaterdagmiddag bloemenmarkt, kermissen: 'Vooijaarskermis' 3e Zondag na Paschen gedurende een volle week; 'Najaarskermis de laatste volle week van October; 'Potjeskermis' op Zondag en Maandag van de eerste week na Paschen. Bergen op Zoom 1941. Oppervlakte 3298.15 ha, heeft 25582 inwoners, 12823 kiezers; gemeente-secretarie geopend 8V4-2, 's Zaterdags 814-1254; telefoon 153.

Periodieken

De Waterschans | 1994 | | pagina 3