Van modderpad tot winkelstraat
Archeologisch onderzoek tijdens de herinrichting
van de Lievevrouwestraat en de Potterstraat
S3 Veen op dekzand l Straat 20ste eeuw
106
8m+NAP
25 m
107
De Waterschans nr. 3 1995
door: Marco Vermunt
Hoe oud zijn de Lievevrouwestraat
en de Potterstraat? Deze vraag
stond centraal tijdens de
archeologische waarnemingen door
de gemeentelijk archeoloog bij de
herinrichtingscampagne van beide
straten tussen juni en september
1994.
Toen ter plaatse de rioleringen
vervangen werden, moesten diepe
sleuven gegraven worden. Juist op
dat moment ontstond een unieke
gelegenheid om de bodemlagen te
bestuderen en zo een uitspraak te
doen over de ouderdom van deze
straten, en meer nog, van de hele
zuidwesthoek van de binnenstad.
De Lievevrouwestraat werd over
haar volle lengte van 200 meter
'opengeritst' om nieuwe betonnen
rioolpijpen te installeren. Tijdens
dit werk werden op regelmatige
afstanden de bodemlagen (het
'profiel') gemeten, getekend en
gefotografeerd. Dit gebeurde met
instemming en medewerking van de
uitvoerder, de firma Heijmans.
Het bijzondere aan de rioolsleuf in
de Lievevrouwestraat was het feit
dat hij aangelegd werd in
'ongeroerde grond' waarin alle lagen
nog goed zichtbaar waren. De
oudere riolen en leidingen liepen
namelijk aan weerszijden van de
straat, langs de stoepen.
In de Potterstraat was dit niet het
geval: hier werd het nieuwe
leidingtracee dwars door het oude
gelegd, waardoor de grondlagen,
zeker ten zuiden van bioscoop
Cinemactueel, grondig vergraven
waren.
werkwijze
Om een goede langsdoorsnede van
de Lievevrouwestraat te krijgen
werden op vijftig plaatsen teke
ningen gemaakt van het bodem
profiel: steeds het noordprofiel, dus
met de neus in de richting van de
Moeregrebstraat. Deze tekeningen
werden daarna op de tekentafel met
elkaar verbonden en voorzien van
de juiste hoogtemaat. Uit elke laag
werden zoveel mogelijk vondsten
verzameld (meestal aardewerk-
scherven) om de ouderdom te
bepalen. Omdat de hele straat
tweehonderd meter lang is, is dus
gemiddeld om de vier meter een
tekening gemaakt.
Van de Potterstraat werd maar een
gedeelte in kaart gebracht, omdat er
zo goed als geen grondlagen meer
te zien waren vanaf de kruising
Molstraat-Zuidmolenstraat tot aan
de Bosstraat. Verder meten had
daar geen enkele zin. Het op
gemeten langsprofiel bleef zo
beperkt tot een lengte van ongeveer
honderd meter.
Om dergelijke enorm langgerekte
tekeningen enigszins leesbaar te
presenteren is het noodzakelijk de
schaalverdeling aan te passen.
Afbeelding 1 en 2 zijn hiervan het
resultaat. Let u dus op; de
horizontale schaal is niet hetzelfde
als de vertikale, anders zou de
tekening een breedte krijgen van 13
Waterschansen naast elkaar!
De Lievevrouwestraat
Het bodemprofiel van de
Lievevrouwestraat bleek verrassend
duidelijk en rijk aan gegevens te
zijn. Onder de moderne rijbaan
waren resten bewaard van drie
oudere bestratingen, elk gescheiden
door zandlagen van wisselende
dikte.
Meteen onder het moderne wegdek
(asfalt op straatstenen) lag een vlei-
laag van 40 centimeter geel zand.
Hieronder bevond zich een oudere
bestrating die was aangelegd in de
vijftiende eeuw. Uit de talloze
zichtbare reparaties mag je afleiden
dat dit wegdek enkele eeuwen in
gebruik is geweest. Het werd
gekenmerkt door dezelfde glooiing
als de straat nu nog heeft: stijgend
van 6 meter boven NAP bij de
Gevangenpoort tot 7,75 meter
tegenover de Potterstraat, en weer
dalend tot 7,10 meter bij de
LIEVEVROUWESTRAAT
-7m NAP
25m
Straat 1335 - 15de eeuw
PU Loopvlak 1225-1335
FU Loopvlak 1275 - 1335 [32 Straat 15de - 19de eeuw
Afb. 1 Langsdoorsnede door de Lievevrouwestraat.
De Waterschans nr. 3 1995
POTTERSTRAAT
Afb. 2 Langsdoorsnede door de Potterstraat.
Fortuinstraat.
Onder dit wegdek werd de oudste
stenen bestrating van de
Lievevrouwestraat teruggevonden.
Die bestond uit witte breuksteen
(uit België afkomstige natuursteen),
vermengd met vuursteenknollen en
kiezels. Een zelfde soort plaveisel
was ook in 1991 gevonden, een
halve meter onder de Vismarkt (1).
Ook dit wegdek vertoonde repa
raties, vooral met stukjes rode bak
steen. De hoogteverschillen waren
veel extremer dan bij de latere
bestratingen: in de buurt van de
Gevangenpoort lag het diep (1
meter of meer onder het huidige
peil) en oostwaarts ondieper (60
centimeter). Ter hoogte van huis
nummer 32 bevond zich zelfs een
opmerkelijk steil gedeelte.
Het straatwerk moet zijn aangelegd
in de eerste helft van de veertiende
eeuw en heeft gefunctioneerd tot
ver in de vijftiende eeuw.
Een van de verrassendste ontdek
kingen was het feit dat deze oudste
stenen straat over de volle lengte
was aangelegd op een kunstmatige
terreinophoging, bestaande uit een
dik zandpakket. Ooit is hiervoor
enorm veel zand door mensen
handen aangevoerd. De ophoging
bestond uit geel zand, waarin zo
goed als geen scherven zaten. Uit
de structuur van dit zand valt af te
leiden dat het moet zijn afgegraven
van een of meerdere heuvels in de
direkte omgeving. Blijkbaar was in
die tijd een ophoging van de bodem
ter plaatse nodig vanwege water
overlast.
Onder de zandophoging werd nog
één ouder nivo teruggevonden: een
dun laagje zand, vermengd met
huisvuil, dat dateerde uit de periode
tussen 1275 en 1300. In de hele
westhelft van de straat was deze
laag te zien. De bovenkant ervan is
een oud loopvlak geweest dat
regelmatig overspoelde.
In de oostelijke helft van de straat
bevond zich een soortgelijke laag,
maar deze lag wat hoger (en
droger) en was ook beduidend
ouder. De vondsten waren hier veel
talrijker en dateerden uit de periode
tussen 1225 en 1300.
Onder alle straat- en zandlagen
bevond zich het natuurlijke, onaan
geroerde geelgekleurde dekzand. De
top van dit zand geeft een idee van
het landschap uit de tijd dat de stad
nog niet bestond. Bij de
Gevangenpoort lag het op een
diepte van 1,30 onder het huidig
peil; het steeg meer dan een meter
tot aan de Potterstraat en daalde dan
weer af naar de Fortuinstraat.
Een andere verrassing was de
vondst van een met veen gevuld
vennetje in een komvormige
uitholling ter hoogte van de Mor-
ganstraat. Het is tot nu toe het
meest westelijk gelegen veen dat in
de binnenstad werd aangetroffen.
Vermoedelijk gaat het hier om een
uitloper van een groter ven onder
de Moeregrebstraat, waar later de
Grebbe doorheen is gegraven.
Aan het oude dekzand kon
afgelezen worden, dat op de plaats
waar nu de westelijke straathelft is,
nooit veel begroeiing is geweest.
Waarschijnlijk was het een terrein
met een hoge grondwaterstand, dat
regelmatig overstroomde. De
oostelijke helft lag hoger en was
heuvelachtiger. Sporen van
afgraving zijn niet gevonden: wel
aanwijzingen dat daar de bovenlaag
in de loop der eeuwen ten dele
weggestoven is door de wind.
De Potterstraat
Het bodemprofiel van de Potter
straat verschilde enorm van dat van
de Lievevrouwestraat. Hier waren
de verschillende straatnivo's moei
lijker van elkaar te onderscheiden,
omdat de grondlagen veel dunner
waren. De oudste bestrating van
natuursteen werd evenwel ook in
deze straat aangetroffen, op een
diepte van ongeveer een halve
meter onder het huidige peil. Ze
volgde dezelfde helling, die deze
straat ook nu nog heeft.
Ook hier was er een kunstmatige
ophoging van geel zand, alleen
ontbraken de onderliggende oudere
leeflagen uit de dertiende eeuw.
Slechts ter hoogte van de kruising
Molstraat-Zuidmolenstraat werd
hiervan wat teruggevonden.
Het meest opmerkelijke was de
helling van het natuurlijke dekzand:
die steeg van 5,30 meter in de
Lievevrouwestraat tot 8 meter
zuidwaarts, over een lengte van
amper dertig meter en was dus veel
steiler dan tegenwoordig. Zo is
duidelijk te zien dat de Lieve
vrouwestraat aan de noordflank lag
van een flinke heuvelrug, die zich
uitstrekte van de Zuidmolenstraat
tot aan de Fortuinstraat. Aan de
bodemstructuur was te zien dat er
ooit boven aan de helling van de
Potterstraat een dichte begroeiing
van bomen en struiken is geweest.
conclusies
Uit twee relatief 'eenvoudige'
bodemprofielen van samen drie
honderd meter lengte is voor wat
betreft de geschiedenis van Bergen
op Zoom toch het een en ander af
te leiden.
In de periode dat er nog geen
sprake was van een stedelijke kern,
laat staan enige bewoning van
omvang (vóór 1200), was het gebied
waar nu de Lievevrouwestraat ligt
onderdeel van een drassige, laagge
legen uitloper van het tegenwoor
dige havengebied, ingeklemd tussen