144
145
De Waterschans nr. 4 1995
Tot echt ingrijpende maatregelen
kon de eerste raad niet komen.
Daarvoor was de tijd te kort.
Stouters en Timmerman merkten in
Den Haag al gauw dat men daar
moeite had men het trekken van
logische conclusies. Het zou tot 1
maart 1796 duren voordat
Brabantse afgevaardigden tot de
vergadering van de Staten Generaal
werden toegelaten. Die dag
mochten ze naar binnen en konden
zo nog net getuige zijn van de
opheffing van dit instituut. Die
opheffing zal de Brabanders geen
zeer hebben gedaan. Wel hadden de
strijd en de inspanningen om
erkenning de kontakten met de
andere plaatsen van het markiezaat
en de rest van het gewest Brabant
verstevigd en de onderlinge band
versterkt.
11. Een revolutie?
Menigeen zal zich afvragen: 'Was
dat nou de hele revolutie?' We
moeten toegeven, dat er weinig
spectaculairs in de februarimaand
van 1795 gebeurde, zeker als je dat
vergelijkt met de Revolutie in
Frankrijk. Toch is in die dagen een
ontwikkeling in gang gezet die van
Bergen op Zoom een heel andere
gemeente zou maken. Gezien
evenwel de lange duur van dat
proces spreken we liever van een
evolutie dan van een revolutie.
Zonder de aardschok van de Franse
Revolutie en de naschokken in vele
andere staten zou de historie
evenwel een andere loop hebben
genomen. De Franse Revolutie
maakte een einde aan de
standenstaat, bracht het zwaartepunt
van de macht bij de bourgeoisie
de gegoede burgerij), schafte de
staatskerk af en introduceerde de
rechten van de mens, om maar
enkele voorname facetten te noe
men. Wat was daarvan in Bergen
op Zoom te merken? Afschaffing
van de standenstaat betekende voor
onze stad onder meer dat het
gedaan was met de rechten en
bezittingen van de markies. Hij had
geen enkele invloed meer op de
samenstelling van de magistraat en
ontving geen inkomsten meer van
zijn boerderijen en andere goederen.
Zijn bezit werd gekonfiskeerd. In
1801 ontvingen zijn erfgenamen
een schadeloosstelling. Overal in de
stad moest het wapen van de
markies worden verwijderd en zijn
woning, het markiezenhof, ver
anderde in een militair hospitaal.
De bewoners van het hof, zoals de
rentmeester Gerard Vermeulen,
werden zonder pardon op straat
gezet. De adel werd afgeschaft,
want alle mensen heetten gelijk te
zijn voor de wet. Had er in Bergen
op Zoom een machtsverschuiving
plaats? Steunend op het onderzoek
van Charles de Mooij (zie onder
literatuur) meen ik te mogen
zeggen: Ja'. De Mooij toont
duidelijk aan hoe een nieuwe groep
burgers deel ging uitmaken van het
stadsbestuur, burgers die op de
sociale ladder door de bank
genomen iets lager stonden dan de
magistraatspersonen die vóór 1795
de dienst uitmaakten. Wel zagen we
dat meerdere personen uit de
hoogste kringen in het bestuurlijk
bestel bleven meedraaien. De
vorming van een nieuwe klasse van
ambtenaren en gezagsdragers was
begonnen. Nieuw was ook, dat men
niet beslist lid hoefde te zijn van de
bevoorrechte staatskerk om toegang
te krijgen tot de regerende kringen.
Voor katholieken en dissidenten
was voortaan een loopbaan in
overheidsdienst denkbaar. Kwaliteit
was na 1795 belangrijker dan
familierelaties. De omwenteling
vormde verder het begin van gelijk
berechtiging voor de gene
raliteitslanden, al ondervond die
stap meer weerstand dan verwacht.
Bergen op Zoom deelde mee in de
vruchten van die emancipatie. En
de gewone man? Merkte die iets
van de verbeteringen? Dit is een
vraag van onze tijd. We hebben de
indruk dat de veranderingen voor
een groot deel aan hem voorbij
gingen. De tijden waren te beroerd,
de zorgen te groot, de kansen om
vooruit te komen te gering om
interesse op te kunnen brengen voor
zaken buiten dat ene alle aandacht
opeisende probleem: 'Hoe kom ik
met mijn gezin rond'? Dat vraag
stuk loste de Fluwelen Revolutie
niet op.
Geraadpleegde bronnen en literatuur
Voor dit artikel is gebruik gemaakt van
het Archief van de StadsSecretarie,
inventarisnummer 0139, dat zich bevindt
in Bergen op Zoom, Gemeentelijke
Archiefdienst. De lezer die meer wil weten
over de Fluwelen Revolutie in Bergen op
Zoom kan goed terecht in: Ch.C.M. de
Mooij: Over Aristocraten, Keezen en
Preekstoels Klimmers; voorgeschiedenis en
totstandbrenging van de omwenteling van
1795 te Bergen op Zoom. Tilburg 1981. Aan
dit werk heeft schrijver dezes heel wat
ontleend. Voor de ommekeer in Brabant
hebben we een heel goede gids in het
proefschrift: A.R.M. Mommers: Brabant
van Generaliteitsland tot gewest. Bestuurs
inrichting en gezagsuitoefening in en over de
landen en steden van Staats-Brabant en
Bataafs Braband. Nijmegen 1953. Over de
gebeurtenissen in 1793 bestaat een goed,
recent boek: J.G.M.M. Rosendaal en
A.W.F.M. van de Sande (red.): Dansen
rond de vrijheidsboom. Revolutionaire
cultuur in Brabant en de Franse invasie van
1793. 's-Hertogenbosch 1993. Interessant is
ook: Charles de Mooij: Eindelyk uit
d'Onderdrukking. Patriottenbeweging en Ba
taafs-Franse tijd in Noord-Brabant
1784-1814. Zwolle 1988. Voor wie het
landelijk perspectief zoekt zij verwezen
naar: Simon Schama: Patriots and
Liberators. Revolution in the Netherlands
1780-1813. New York 19770. Van dit werk
bestaat een Nederlandse vertaling. Goed
bruikbaar en leesbaar is ook: C.H.E. de
Wit: De strijd tussen aristocratie en
democratie in Nederland 1780-1848.
Heerlen 1965. De Wit nam hetzelfde
thema voor zijn rekening in de Algemene
Geschiedenis der Nederlanden, deel XI,
Weesp 1983, pag. 157-187. Wie een goed
en recent boek zoekt over de Franse
Revolutie kan wederom terecht bij Simon
Schama: Citizens: a chronicle of the French
Revolution. New York 1989. Dit werk is
in het Nederlands verschenen onder de
titel: Burgers. Een kroniek van de Franse
Revolutie. Amsterdam 1989. Wie dan nog
niet verzadigd is, vindt in de genoemde
werken uitvoerige gegevens over andere
bronnen en literatuur.
Twee eeuwen dagelijks leven in
's-Hertogenbosch
Een opmerkelijk initiatief Kring
Vrienden van 's-Hertogenbosch.
Hoe leefden de Bosschenaren
vroeger? Een vraag die alleen met
uitvoerig en tijdrovend onderzoek te
beantwoorden is. De Kring
Vrienden van 's-Hertogenbosch wil
hieraan een bijdrage leveren met
een opmerkelijk plan. Afgelopen
voorjaar heeft de zeer actieve Kring
het initiatief genomen om samen
met het Bossche Stadsarchief het
onderzoeksproject 'Woon- en
Leefculturen in 's-Hertogenbosch,
1650-1850' te starten.
De Waterschans nr. 4 1995
Gesignaleerd:
De hier vermelde tijdschriftartikelen
zijn desgewenst te raadplegen bij
bestuurslid de heer W. van
Riemsdijk, Zwartewaal 43 Bergen
op Zoom, tel. 248873. Er wordt
naar gestreefd om tijdschriften op
een meer centrale plaats te kunnen
raadplegen.
J. Kalker. Een Amsterdams School
gebouw in Bergen op Zoom.
Het Mollerlyceum in Bergen op
Zoom, nu een scholengemeenschap
voor VBO, MAVO, HAVO en
VWO, begon in 1916 als 'ILK
Handelsschool met vier-jarige
cursus'. In 1928 kreeg de opleiding
een eigen gebouw.
In de herinnering van oudleerlingen
heeft het schoolgebouw altijd iets
bijzonders. Met weemoed denkt
men terug aan een gang, een lokaal,
een nis of aan een speciaal hoekje
op het schoolplein. Ongetwijfeld
neemt het Moller ook een
dergelijke plaats in de harten van de
Mollerianen in. Maar het biedt
meer. Het is een voor Bergen op
Zoom en Brabant uniek voorbeeld
van een schoolgebouw in een
bouwstijl die bekend staat als de
Amsterdamse School. Een aller
aardigst artikel in: Brabants Heem.
jrg.47. nr. 3. 1995.
J. Hagen. Een spatie van ruim 4700
voeten binnenwerks. De moeizame
totstandkoming van een nieuwe
schuurkerk in Wouw gedurende het
derde kwart van de achttiende
eeuw. In: De Ghulden Roos 54.
1994. 36-56.
Ch. de Mooij. Bespiegelingen bij
een glas. liet kapittel van Oirschot
en zijn patroons. In: Brabants Heem
1.1995. 10-17.
L.van der Meule. Varende monu
menten.
Al enkele jaren is de Bond
Heemschut ook alert als het om het
behoud van historische schepen
gaat. Op 22 juni van dit jaar werd
in Gouda het eerste traditionele
zeilschip in het Register Varende
Monumenten ingeschreven. Artikel
in: Heemschut, jrg.72. nr.5. okt.'95.
G. Baijens. Vikingen aan de
Zeeuwse kusten.
Boek over vroeg-Middeleeuwse
ringwalburgen in Zeeland.
In Zeeland bevinden zich de resten
van vijf of misschien zelfs zes
ringwalburgen, terreinen die zo'n
duizend jaar geleden omgeven
waren door een cirkelvormige wal
en gracht. Zij werden opgeworpen
aan het eind van de negende eeuw
ter bescherming van de locale
bevolking tegen de aanvallen van
de Vikingen vanuit zee. Uit recente
opgravingen en onderzoekingen is
veel bekend geworden over de
bewoners van het kustgebied van
Zeeland. Het onderzoek heeft
geresulteerd in het boek
'Vroeg-Middeleeuwse ringwal
burgen in Zeeland, waarvan het
eerste exemplaar op vrijdag 8
september werd overhandigd aan de
gedeputeerde van Zeeland.
Artikel in: Heemschut, jrg.72. nr.5.
okt.'95.
Reniers T. 'Ter merkelijke
verlichting en bevordering der
teedere jeugd'. Hendrik van
Diggelen en het onderwijs te
Zevenbergen. In; Oud Nieuws.
Heemkundekring Willem van Strij-
cn. Zevenbergen. 15e jrg. nov.'95
nr. 47.
Berends J. Vijftig jaar Benedictijns
leven in de SlangenburgJ. Bink:
opdracht abdijbouw kwam in 1943;
J. Bink: groot plezier met kin
derportretten; H. Boelaars: leven
rond koorgebed en eredienst. In:
Kronyck van Deutekom en Salehen
en Garder. 19e jrg. nr.77. sept. '95.
Een dorpsgenoot: Franciscus Son-
nius, de eerste bisschop van 's
Hertogenbosch en van Antwerpen
1506-1576. In: Heem Son en
Breugel. Heemkundekring Son en
Breugel. nr. 3. '95.
Nieuw Borgvliet in Bergen op
Zoom. Gem. Archiefdienst Bergen
op Zoom.
R. Hermans. Wouw in de Tweede
Wereldoorlog. Heemkundekring De
Vierschaer. Wouw. jrg 13. afl.
2/3/4. okt. '95.
W. Burgers. Nederland is brug-
genland. In: Heemschut, jrg. 72. nr.
5. okt.'95.
E. Zwijnenburg. Het Bavelse kloos
ter en haar bewoonsters. In:
Brieven van Paulus.
Heemkundekring Paulus van Daes-
donck. 20e jrg. nr. 105.
De viering van 25 jaar Kie
kenhoeve-Karrenmuseum is thans
(1995) ingezet.
C. van der Peet (red). De
rijksbouwmeesters; twee eeuwen
architectuur van de Rijksgebou
wendienst en zijn voorlopers.
(recensie in Heemschut, jrg.72.
nr.5. okt.'95). Het boek werd ge
schreven in opdracht van de rijks
bouwmeester (ministerie van
VROM) en met medewerking van
de Rijksdienst voor de Monu
mentenzorg. De geschiedenis van
de rijksgebouwendienst staat cen
traal en van de verschillende rijks
bouwmeesters werden uitgebreide
biografieën alsmede overzichten
van werk en loopbaan opgenomen.
De vele justitiegebouwen, gevange
nissen, scholen, postkantoren en
niet te vergeten het werk voor het
vorstenhuis, passeren de revue, aan
gevuld met vele tekeningen en
foto's. Men noemt Ziesenis, Rose,
Warnsinck, Cuypers, Peters, Knut
tel, Bremer, Friedhoff en Rijnboutt.
Vele jaren van onderzoek liggen
aan dit naslagwerk ten grondslag,
hetgeen een absoluut monnikenwerk
moet zijn geweest. De taak van de
rijksbouwmeester verandert in deze
eeuw geleidelijk van bouwmeester
tot meer toeziend meester, degene
die de architectenkeuze maakt, de
kwaliteit bewaakt en de werken
begeleidt. Met dit boekwerk is weer
een belangrijk stuk van de
Nederlandse architectuurgeschie
denis geordend en gebundeld. Knap
geschreven zijn de korte intro's
waarin met weinig woorden de inte
resse voor de navolgende tekst
gewekt wordt. De uitgebreide
registers en het overzicht van het
werk van de rijksarchitecten maken
het boek goed toegankelijk. En
bovenal is het een zeer leesbaar en
vlot geschreven boek. ISBN 90-
64502366. 767 pg. ƒ69.50.