L
EXERCITIE
REGLEMENT
102
J A G E R S,
103
De Waterschans nr. 3 1996
slotte toch nog geëerd met een
simpel monumentje in de Chapelle
St. Fiacreal daar. Het regiment van
Gijsbert maakt deel uit van de
achterhoede van de eenheden die de
Noorderpoort van Nancy hebben
veroverd. De cavalerie heeft imid-
dels het grote plein achter de poort
bezet waarna de infanteristen van
het Régiment Royal Liégeois de
stad konden binnenkomen. Vanuit
de Rue du Michottes, links van het
plein, wordt heftig geweervuur
afgegeven vanuit de huizen. Het
bezit van deze straat zou verdere
aktie gunstig kunnen beïnvloeden.
Het lukt de soldaten van het Regi
ment ondanks een aantal vijandelij
ke salvo's vooruit te komen en de
straat huis voor huis te zuiveren,
waarbij veel gevangenen worden
gemaakt. Vijf officieren raken
daarbij gewond, waarvan één dode
lijk. Gijs vermeldt in zijn brief over
dit gebeuren de grote aantallen
gevangen genomen burgers, en de
vele huiszoekingen die hij heeft
moeten laten verrichten, op zoek
naar wapens. Voorts weet hij nog te
berichten dat de aan die burgers
opgelegde straffen vrij zwaar zijn.
Hij zelf heeft het er gelukkig zon
der kleerscheuren vanafgebracht.
Het begin van het einde.
Helaas ontbreken opnieuw berichten
van Gijs over de periode begin
september 1790 tot mei 1791; een
periode waarin zich volgens de
regiments-geschiedenis opnieuw een
onaangename gebeurtenis voordoet:
de kolonel-eigenaar, de Comte de la
Tour (neef van de inmiddels naar
Duitsland gevluchte Prins-Bisschop
van Luik) wordt ontheven van zijn
functie, samen met ettelijke andere
officieren. De kolonel-commandant,
Chevalier de Ternant (die deze rang
en functie te danken had aan de
steun die hij in 1787 had verleend
aan de staf van de Hollandse patri
otten te Woerden) volgt hem op.
Wat is er gebeurd? In hun nieuwe
garnizoensplaats Belfort aangeko
men, worden de officieren, vanwe
ge hun verdienstelijke optreden in
Nancy op 21 oktober, gefêteerd
door hun koninklijke cavale-
rie-collega's van het Regiment
Huzaren van Lauzun. Het festijn
loopt uit op een dronkemansbende
Afb.19. Koning Lodewijk XVI wordt op zijn heimelijke vlucht uit Parijs bij
toeval door de Nationale Garde in Varennes ontdekt en aangehouden (22
juni 1791). Armand Colin, Parijs.
waarna de beide regimentscomman
danten en enkele officieren een
aantal soldaten optrommelen en de
stad in trekken, al schreeuwend
'Vive le Roi, vive la joie' en 'Au
diable la Nation'. De soldaten doen
er nog een flinke schep bovenop
door burgers te molesteren en hen
te dwingen 'Au diable la Nation' te
roepen. Dit komt de Nationale
Vergadering in Parijs ter ore, die
van mening is dat een dergelijk
ongedisciplineerd vreemdelingenre
giment maar moet worden opgehe
ven. Ook het nieuwe revolutionair
gezinde stadsbestuur van Luik zit,
zo verklaren zij, niet te wachten op
een eventuele terugkeer van een
'bende koningsgezinde soldaten',
ooit opgericht door een inmiddels
gevluchte Prins-Bisschop. Uiteinde
lijk wordt in Parijs besloten het
Regiment te verbannen naar de
uithoek Bitche (aan de grens, z.o.
van Saarbrücken) waarna het door
marcheert naar Phalsbourg, ca. 40
km ten zuiden van Bitche. De
regiments-geschiedenis vermeldt
nog dat de kolonel-eigenaar De la
Tour daarmee de gelegenheid heeft
gekregen om stilletjes van het to
neel te verdwijnen naar zijn oom,
de Prins-Bisschop, die immers ook
naar Duitsland is gevlucht.
dus de naam Royal Liégois wordt
vervangen door 101 Régiment
d'Infanterie) verdwijnt het 'konin
klijke' in ieder geval uit haar naam.
Een maatregel die de nog aanwezi
ge koningsgezinde officieren niet
geheel onberoerd gelaten zal heb
ben. Deze gevoelens van onlust
zullen zeker nog zijn versterkt door
de nieuwe opdracht die zij in janua
ri 1791 krijgen; het voorkomen en
desnoods onderdrukken van een
volksopstand in en nabij Saverné
(ca. 12 km van Phalsbourg) als daar
de zittende gemeenteraad door een
revolutionaire wordt vervangen.
Van Koninklijk naar Nationaal.
De affaire verdwijnt in de doofpot
maar als gevolg van het feit dat per
1 januari 1791 wordt besloten de
regimenten alleen nog maar aan te
duiden met hun rangnummer (en
Afb.20. Officieren van de Jagers te
voet van het Bataafse leger (1798).
Aquarel van J. Langendijk. Atlas
van Stolk. Rotterdam.
C'; :ï:L <:,<7- isi:;.::^'ï1 i:14: PL:1; I:.L: xf v;i Jiffii:::y; 'Ni::;:;:!:;;':' liyi: iü
De Waterschans nr. 3 1996
Afb.22. De landing van de Engelsen op de kust van Noord-Holland op 27
augustus 1799 (Sectie militaire geschiedenis, Den Haag).
VAN DE BYZONDERE
DER CORPSEN
L1GTE INFANTERIE
ÖF
IN 7.00 VERRE DERZEI.VER DIENST
MET DIE DER ANDERE INFAN
TERIE DIFI'EREERT.
1 y 's G 11. A V K N II A G Ei
Èi ISAAC SCitCt.TUS»' 'sUVl PsAfcf. ün.3
Afb.21. Het optreden van jagereen
heden wettigde een apart voor
schrift.
Ook worden rellen verwacht bij het
inbeslagnemen en verkopen van
kerkelijke bezittingen en het gevan
gen nemen van priesters die weige
ren de eed af te leggen op de nieu
we Constitutie (de zogenaamde
prètres réffactaires). Kortom, bron
nen te over voor tweespalt, maar
ook binnen het Regiment en met
name bij katholieke Hollanders
(onder meer bij Van Haersolte). Het
eisen van een nieuwe eed van trouw
aan de constitutionele monarchie
waarin aan de in juni 1791 stilletjes
gevluchte en weer teruggehaalde
koning Lodewijk XVI nog maar
weinig bevoegdheden zijn toege
kend, doet voor vele officieren de
emmer overlopen. De op plakkaten
uit die tijd gebezigde uitdrukking:
'Wie de koning toejuicht zal stok
slagen krijgen, wie hem beledigt zal
worden gehangen', typeert zo
ongeveer de situatie. Een klimaat
waarin de officieren van het ko
ningsgezinde regiment zich weinig
op hun gemak gevoeld zullen heb
ben. En zou Gijs wellicht het
Hollandse patriotse thuisfront liever
niet over zijn pijnlijke en steeds
complexer wordende situatie heb
ben willen informeren? (Jammer
genoeg missen ook wij dus nu zijn
persoonlijke reacties op die gebeur
tenissen). De laatste brief van Gijs
is van 22 mei 1791. Hij is dan in
Schelestadt (thans genaamd Séle-
stat, tussen Straatsburg en Colmar)
waar het hem, naar zijn zeggen,
goed bevalt. Opnieuw maakt hij
melding van onderlinge ruzies
tussen soldaten van verschillende
regimenten maar ook binnen het
eigen onderdeel, zelfs met dodelijke
afloop. De regimentsgeschiedenis
vermeldt nog grote ontevredenheid
over de officiële rehabilitatie van de
opstandelingen van Nancy, waarte
gen het Regiment een half jaar
daarvóór met gestrengheid heeft
moeten optreden. Kortom, het
Koninklijk Regiment zit nu geheel
'in het verdomhoekje' maar niet
meer alléén door eigen schuld.
De Hollandse officieren verlaten
het zinkende schip.
De inmiddels nieuwe regiments
commandant Comte de Saint-Ignon,
blijkt oog te hebben voor de gewe
tensnood van zijn Hollandse officie
ren, 'excellents patriotes (qui)
avaient la volonté de quitter' en
maakt daarvan melding aan de
Assemblée Nationale. Op 12 juli
zullen een drietal commissarissen
een gesprek met hen hebben. Van
Haersolte schrijft aan zijn familie:
Vijf Hollanders (waaronder de al
eerder genoemde jonge Abbema)
wachten dit gesprek niet meer af en
deserteren eenvoudigweg; enkele
anderen blijken al eerder ontslag te
hebben genomen zonder de Parijse
beslissing af te wachten en een
drietal weigert de nieuwe eed af te
leggen. Bij zijn eigen ontslagaan
vraag van 15 juli spuit hij uitge
breid schriftelijk zijn gal, zonder
het nieuwe regime overigens op de
ziel te trappen: hij maakt kenbaar
dat hij een eventueel uit te keren
pensioen zal accepteren (23). Gijs
pakt het, te oordelen naar het brief
je dat in zijn Franse persoonsdossier
ligt (24), simpeler aan: 'J'ai l'hon-
neur de remettre entre les mains des
Messieurs les Commissaires Déput-
és de 1'Assemblée Nationale la
démission de mon employ comme
lieutenant au lOlme Régiment
d'Infanterie. Fait a Schelestadt le
15 juillet 1791'. Geen van beiden
krijgt natuurlijk meteen hun ont
slag: die beslissing is immers nu
aan Parijs voorbehouden. Op 3 mei
1792 lukt het Van Haersolte toch
toestemming van zijn regiments
commandant te krijgen om naar
Holland te vertrekken in verband
met 'familie-omstandigheden die
zijn aanwezigheid niet konden
ontberen'. Parijs sanctionneert pas
in augustus 1793 zijn feitelijk
definitieve vertrek naar Holland als