23
m
22
De Waterschans nr. 1. 1997
Tek.l. De Grote en de Kleine Linde. Potterstraat 22. 1976. Structuurplan
van de Linde, met in Romeinse cijfers de aanduiding van de doorsneden.
ontwerp van architect Rampart,
weer een vergaande splitsing
doorgevoerd (tek.6 en7). De Kleine
Linde, tot dan een werkplaats met
daarachter de keuken, werd, met
toevoeging van een gang in de
Grote Linde, tot een apart woonhuis
verbouwd. De zolderbalklaag zal
toen vernieuwd zijn. De begane
grond van de Grote Linde werd met
het complete achterhuis verbouwd
tot winkel met woning, terwijl het
huisje aan de Zuidmolenstraat van
werkplaats tot bakkerij verbouwd
werd. De voorgevel kreeg een
nieuwe onderpui (afb.6). De
bovenverdiepingen van het voorhuis
van de Grote Linde werden tot een
aparte bovenwoning verbouwd.
Ondanks de ingrijpende werken
bleven nogal wat 18e eeuwse
binnenwandgedeelten bestaan, (tek.
7 en 8).
In 1968 zijn de huisjes achter de
Linde afgebroken voor de aanleg
van een parkeerterrein. Het huis de
Linde was ook door de gemeente
aangekocht voor sloop t.b.v. de
vergroting van dat parkeerterrein.
Omdat in die de periode de
Flessche, Potterstraat 24, niet
aangekocht kon worden, ging de
sloop voorlopig niet door, tot
gelukkig afstel volgde. Het
doorbrekend historisch besef in de
stad leidde tot verkoop t.b.v.
restauratie, aanvankelijk met één
parkeerstrook als bijbehorend erf.
Toen het parkeerterrein opgeheven
werd zijn daar in opdracht van de
stichting Stadsherstel vier woningen
gebouwd, de nrs. 16/18 en 20 ter
plaatse van het vroegere Caetspel
en de nrs. 12 en 14 ter plaatse van
het vroegere erf van de Linde. Met
het resterende stuk kon het
romp-erf van de Linde vergroot
worden.
Een derde bouwvergunning werd
d.d. 31/5/1974 aan schrijver dezes
verleend t.b.v. de algehele restau
ratie en verbouwing van het pand.
(tek. 8 en 9). Uitgangspunt was
herstel en behoud van de
hoofdstructuur en dan met name
van de bouwhistorisch zeer
belangwekkende kap en balklagen
van het voorhuis. Het achterhuis
kreeg aanvankelijk minder aandacht
en zou t.b.v. een daktuin boven de
verdiepingsbalklaag afgebroken
worden. De structuur van het
perceel wees in de richting dat de
Kleine Linde oorspronkelijk slechts
een (onder-)doorgang naar het
achtererf was geweest. Dat was de
basis voor de vormgeving van de
nieuwe ingang. De noodgedwongen
fasegewijs uitgevoerde ontmanteling
leidde gaandeweg de uitvoering tot
aanpassingen. Een verzoek,
ingediend op 1-4-1974, leidde tot
plaatsing van het pand op de
rijkslijst van beschermde monu
menten.
De onstabiele constructie van het
dakschild boven de voorgevel,
gecombineerd met de zeldzaamheid
van de dakconstructie leidde tot de
reconstructie van beide eind-
topgevels (afb.7), waarbij de kap tot
de volle omvang hersteld kon
worden. Op de eerste verdieping
zijn de separatiewanden verwijderd,
waarmee de balkenzoldering in zijn
geheel in de woonruimte zichtbaar
is geworden. Op de begane grond
leidden de ontdekking van de
schoorsteenwand en sporen van de
lambrizeringen tot herstel van een
De Waterschans nr. 1. 1997
Tek. 3. De Grote en Kleine Linde. Potterstraat 22. Profileringen van
sleutelstukken en kraagstenen: V van de sleutelstukken van de zolderbalklaag
in het voorhuis, IX en X van kraagstenen onder deze balken. VI van het
sleutelstuk onder de derde moerbalk van de verdiepingsbalklaag in het
voorhuis: VII van de sleutelstukken onder de voorste twee moerbalken van
die balklaag. VII van de sleutelstukken onder de v.m. moerbalken uit het
achterhuis. XII en XI resp. van de sleutelstukken en kraagstenen onder de
moerbalken in het pakhuis.