V Y>^ Beursplein 5 en zijn omgeving; opgravingen onder een voormalige koffiebran der ij. 1 De Waterschans De Waterschans nr. 1. 1997 FAUSTO NUMINE BERGA VICTRIX 27e jaargang nr 1. maart 1997 ISSN: 0926-3918 De Geschiedkundige Kring van stad en land van Bergen op Zoom erevoorzitter: Dr. E. Hartel ereleden: br. Alberik (P.van Rijckevorsel) J. van Gastel, drs. W.A. van Ham Bestuur voorzitter: drs. J. Zwagemakers sekretaris: mevr.'J Kock-Asselbergs P.Turcqstraat 17 4611 EA Bergen op Zoom tel. 0164-233811 penningmeester: F. van de Putte Stelleweg 37 4617 LV Bergen op Zoom tel. 0164-241669 postrekening 24 05 922 en bankrekening 52 50 45 244 ten name van: penningmeester Geschiedkundige Kring van Stad en Land van Bergen op Zoom Contributie: ƒ42,50 (minimaal) per jaar Ledenadministrateur: J. van Loon Hippocrateslaan 17 4624 VE Bergen op Zoom tel. 243222 overige leden: G.C. van Broekhoven W. van Riemsdijk M. van Tilborg PUBLICATIES STUDIES UIT BERGEN OP ZOOM Redaktie-adres: C. Vanwesenbeeck postbus 35 4600 AA Bergen op Zoom tel. 0164-241930 DE WATERSCHANS redaktieleden: R. van den Bergh drs. B. Daeter (hoofdredakteur) drs. N. Grosfeld drs. G. Huijbregts drs. J. Zwagemakers Redaktie-sekretariaat: drs. B. Daeter Oudland 8 4617 ME Bergen op Zoom Tel. 0164-210209 Toezicht distributie De Waterschans: Hanneke Kock-Asselbergs P.Turcqstr. 17, 4611 EA Bergen op Zoom, tel 0164-233811 vormgeving: uitgeverij Daeter druk: Vis Alphen a/d Rijn door: Marco Vermunt. Kort voor en na de afgelopen Vastenavond werd een opgraving uitgevoerd op het braakliggende perceel van Beursplein 5, recht tegenover het Markiezenhof. Voorbereidingen werden getroffen voor de herbouw van het karakteristieke pand. Omdat het terrein in een archeologisch waardevol stadsdeel lag, werd door de gemeente aangedrongen op een bodemonderzoek, voorafgaande aan het bouwrijpmaken. Ondergetekende, bijgestaan door enkele enthousiaste vrijwilligers, trof op het piepkleine terrein achtereenvolgens de funderingen aan van een laat-18de eeuws huis, een afvalkuil uit de periode 1590-1620, de funderingen van een 14de eeuws huis met kelder en een mysterieuze kuil uit de late 13de eeuw (1). In het onderstaande volgt een verslag van deze bevindingen. Kaarten van het Beursplein Bij elke opgraving is het ge bruikelijk eerst onderzoek te doen naar de getekende en geschreven bronnen van het terrein en de gebouwde omgeving. Het Beurspleintje was wat dit betreft eigenlijk nog onontgonnen gebied en bleef tot op heden min of meer in de schaduw van het Markiezenhof. Op de stadsplatte grond van Jacob van Deventer van circa 1550 is het plein aanwijsbaar groter dan nu. Uit de verhoudingen van de rooilijnen blijkt dat er in die tijd nog geen bebouwing aan de westelijke zijde van het plein stond. De maquette van Nezot te Parijs, vervaardigd omstreeks 1750, toont aan de westkant van het plein twee eenlaags panden onder een zadeldak, met de as evenwijdig aan de rooilijn, en daartussen een open plek die van het plein afgescheiden is door een muurtje (2). Deze drie elementen namen elk een derde van de totale lengte van het plein in beslag. Naast een van de huisjes stond een klein stenen hokje, waarschijnlijk een secreet, dat ook voorkomt op een tekening van Cornells Pronk uit 1748. De oudste kadastrale kaart van de stad uit 1825 toont bebouwing ter plaatse van het huidige nummer 5, maar,een open plek links daarvan (nu nummer 4) en twee kleine pandjes rechts (eertijds nummer 6 en 7, nu VVV-kantoor, zie afbeelding 1). De bouwstijl van het huidige pand Beursplein 4 verraadt een bouw in de periode 1850-1875. Nummer 5 werd in 1884 op zijn oudere grondvesten herbouwd als koffiebranderij annex woning. Het 1989 V Afb. I. De ontwikkeling van de westkant van het Beursplein. De Waterschans nr. 1. 1997 afb.2. De voorgevel van Beursplein 5 tussen 1884 en 1907. bestond uit een linkergedeelte van één bouwlaag onder een zadeldak en een rechterdeel van drie lagen (afbeelding 2). In 1907 werd er een verdieping op gezet en werd het linkergedeelte even hoog opgetrokken. Nummer 6 was tot 1990 een klein loodsje met inrijpoort, behorend bij de smederij van nummer 7. De smederij zoals velen die zich herinneren dateerde uit 1890. Precies honderd jaar later maakten deze panden plaats voor het bestaande VVV-kantoor (3). De geschreven bronnen Uit archeologisch onderzoek elders is gebleken dat het terrein van het Beurspleintje in de 13de eeuw in de uiterste noord westhoek van de vroegstedelijke kern lag. De Grebbe en de huidige Potterstraat, in gedachten naar het noorden toe ver lengd, vormden grofweg de rand van de bebouwde omgeving. Van een Hof van de heer van Bergen op Zoom was nog lang geen sprake. Dat ontwikkelde zich, zo wordt aangenomen, pas in de loop van de 14de eeuw, toen geleidelijk aan ook het hele gebied ten noorden van de Grebbe bebouwd raakte. De oudste vermelding van het Beursplein dateert uit 1397, toen het nog Sint Janshof heette. Het werd doorsneden door de open Grebbe. Op de kruising met de Steenbergsestraat bevond zich de Sint Jansbrug. Pas na 1397 beschikken we over geschreven bronnen aangaande de huizen. Het Sint Janshof werd toen begrensd door de Violette (Steenbergsestraat 9) en zijn achtererf aan de noordzijde, door de Steenbergse straat met de brug in het oosten, de Gekroonde Wan met achterhuis (Steenbergsestraat 7) aan de zuid zijde, en -naar alle waa rschijnlijkheid- door het achtererf van het huis Sint Christoffel (Lievevrouwestraat 8) aan de westelijke zijde (afbeelding 3). Wij zijn hier met name geïnteresseerd in de westelijke kant. De huizen in de Lievevrouwestraat bezaten in deze periode langgerekte erven die reikten tot aan de Grebbe (nu Moeregrebstraat). Zo heeft het erf van Sint Christoffel van 1401 tot tenminste 1557 gegrensd aan de Grebbe, zonder dat sprake was van achterhuizen of andere bebouwing (4). Het lijkt er dus op dat een groot deel van het oppervlak van de huidige bebouwing deel uitmaakte van het erf van Sint Christoffel. De omgeving van het plein veranderde op het einde van de 15de eeuw. Het in 1485 door de heer opgestelde privilege van de Zale gaf de stad de mogelijkheid om delen van de Grebbe te verkopen en te laten overbouwen. Dit gebeurde in de Moeregrebstraat vooral na 1512. Cornelis Arnouts- zoon, eigenaar van de Christoffel, verwierf zijn stukje Grebbe in 1526 (5). De daadwerkelijke overbouwing daarvan (op de hoek van de Moeregrebstraat) vond echter pas plaats na 1557. De Grebbe op het Sint Janshof werd door de heer van Bergen overkluisd in 1491, waarna hij het tot een 'schoon plaatse' liet omvormen. Daarbij werd onder meer het beeld van Sint Jan boven de waterput hersteld (6). In 1496 gaf de heer toestemming aan de rederijkerskamer om een 'koetsie' (standplaats voor rijtuigen) op het plein te installeren (7). Gedurende de 16de eeuw veranderde er weinig meer aan het Sint Janshof. Op het einde van die eeuw komt de naam Borse of Beurs(plein) in zwang; in 1577 en 1580 wordt gesproken over de 'Engelse Borse' (8). In 1642 worden er nog bomen gerooid op de Borse (9). De eerste vermelding van bebouwing aan de westelijke zijde van het plein dateert uit 1646. In dat jaar verkocht Willem Brouwers aan Jan Evertszoon Visser, broodmaker, het huis Sint Chris toffel, met erf, achterplaats, stal en toebehoren, inclusief een huisje op de Moeregrebbe en enige huisjes op de Beurse tegenover het Hof (10). In de oudste leggers van de huizen van de stad staan deze omschreven als 'Eerste', 'Tweede', 'Derde', 'Vierde' en 'Op de hoek van de Beurse'. In 1650 waren ze alle in het bezit van Jan Evertszoon Visser. Het 'Eerste' werd in 1750 ook wel 'Het Kleine Gulden Vlies' genoemd en bevond zich aan de zuidkant van het Beursplein, nu nummer 2 en 3.

Periodieken

De Waterschans | 1997 | | pagina 2