8 9 De Waterschans nr. 1. 1997 Afb.3. Gaslichtkroon zoals weergegeven op de afbeelding van het interieur- schilderij van de Nieuwe Kerk aan het Spui te 's-Gravenhage. aangepaste kronen uit samen te stellen (5). Vier gelijkvormige voor in het schipgedeelte en vier enigszins andersvormige voor in het dwarsschip. Ze werden geschilderd in groene tinten, afgestemd op de kleur van de tongewelven. Als nuance werden enkele ornamentjes van een zacht-gele kleur voorzien. De kronen in het kerkschipgedeelte zijn vierarmig in een etage met een vlucht (diameter) van 230 cm. Elke arm eindigt op drie lichtpunten, totaal dus twaalf per kroon. De hoogte van de ziel waaraan de armen zijn bevestigd, is 200 cm. De onderzijde bevindt zich ca. 300 cm. boven de vloer ter plaatse (4). De kronen in het dwarsschip zijn driearmig in een etage met een vlucht van 220 cm. Bij deze kronen heeft elke arm op het eind twee lichtpunten, totaal per kroon dus zes. De hoogte van de ziel is 175 cm. en bevindt zich ca. 310 cm. boven de natuurstenen vloer ter plaatse (4). Alle lichtpunten zijn gevat in een geëtste glazen coupe. Deze werden na intensief speurwerk in een zaak te Brussel gevonden. Dit soort (gas)verlichtingskronen (9) werden destijds doorgaans uitgezocht en samengesteld aan de hand van modelvoorbeelden, (zie afb.). Het is overigens niet zeker of de onderhavige kronen van de fabriek van 'Kloosterhuis' afkomstig zijn. In de als dagkapel in gebruik zijnde ruimte, aan de noordzijde van de stadstoren, hangt een koperen verlichtingskroon die afkomstig is uit de voormalige H. Maagdkerk. De Spuikerk als inspiratiebron. De uit hout samengestelde spitsboogvormige tongewelven in de Sint Gertrudiskerk, zoals die waren gemaakt enkele jaren na de kerkvernieling tijdens het beleg en de beschieting van de vesting door de Fransen in 1747, zijn in 1972 verbrand. De gewelven waren uiterst sober uitgevoerd in grenenhout bevestigd tegen eiken schenkelsporen, zonder geprofileerde aftimmeringen of ornamenten, spaarzaam en effen geschilderd in een lichte vaal-grijze kleur. Tezamen met de vuil geworden wit gepleisterde wanden spreidde die een opmerkelijke ietwat sombere en kille sfeer ten toon (zie afbeelding interieur schilderij Fons Gieles). Na de laatste brand is de houten kapconstructie boven het koor (ongeveer 827 cm. breed) en boven het oudste (westelijke) dwarsschip (ongeveer 860 cm. breed) weer op ambachtelijke wijze opgebouwd en aan de onderzijde van een in hout vervaardigd tongewelf voorzien in de vorm van een rondboog. Daarbij zijn in afwijking van de 18e eeuwse uitvoering boven de natuurstenen muurkolommen tegen de gewelfvelden nu 32 cm. brede cassettenbogen gemaakt die op het hoogste punt zijn voorzien van een soort gepolychromeerde gewelf schotels of rozetten met een diameter van ca. 75 cm. Door de cassettenbogen zetten de gelede wanden van de kerk zich nu ook door op de tongewelven waarvan de beschieting bestaat uit red-wood delen tegen eiken schenkelsporen. Daarnaast zijn om zuiver con structieve redenen ter plaatse van de muurkolommen onder de muur platen gesmede ijzeren trekstangen Afb. 4. Gewelfrozet zoals weergegeven op de afbeelding van het interieur schilderij van de Nieuwe Kerk aan het Spui te 's-Gravenhage. De Waterschans nr. 1. 1997 aangebracht, is de geboorte van de kapconstructies en de tongewelven ca. 50 cm. naar boven verlegd en is bewust gekozen voor een olijfgroene kleur van het schilderwerk op het hout van de gewelven (7). Uit de vorm en de detaillering van de nieuwe gewelfschotels blijkt onmiskenbaar de betrokkenheid van architect Canneman (8) bij de gelijktijdig lopende restauratie van de Spuikerk in Den Haag en de Gertrudiskerk te Bergen op Zoom. Voor de schotels hier is hij duidelijk geïnspireerd door de vele in de kerk aan het Spui aanwezige 17e eeuwse gewelfschotels of rozetten, die daar tegen de ingenieuze open kapconstructie zijn aangebracht (zie afb.). De nieuwe schotelornamenten zijn eerst geboetseerd en daarna in uit lagen op elkaar gelijmd limba-hout gestoken door de Bergse beeldhouwer Gerrit Kemperman en veelkleurig beschilderd door Jan de Graaf (zie afb.). Als ik er naar kijk associeer ik de rozetten soms in mijn fantasie, vanwege hun vorm en kleurschakering, met het hoofddeksel van de prinsenfiguur bij de Vastenavend-viering in Bergen op Zoom. Om het doorhangen van de ca. 270 kg. wegende trekstangen te elimineren zijn ze in het midden via het scharnierpunt met behulp van verticale staven, die gecentreerd door de gewelfschotels gaan, aan de kapconstructie opgehangen. Daaraan kan men verl ichtings- of kaarsenkronen hangen. De huidige drie segmentvormige groen geschilderde houten tongewelven in het schipgedeelte kennen geen historische voorganger en blijven daarom in dit opstel buiten beschouwing (6). Noten: (1). w. van Ham, Een kaarsenkroon in de Grote Kerk ontraadseldin De Waterschans, no. 2-1993 (31-33); (2). De Nieuwe Kerk in 's-Gravenhage. Boekje vervaardigd en uitgegeven in 1976 ter gelegenheid van de restauratie 1970-1976 van de Nieuwe Kerk. Tekst en samenstelling: Afdeling Voorlichting Gemeente 's-Gravenhage; (3). Notulen van de bouwvergadering van de restauratie St. Gertrudiskerk no.78 (3) d.d. 13-04-1977, no. 79 (3) d.d. 11-05-1977, no. 80 (3) d.d. Afb. 5. Gasverlichtingskroon model van de fabriek van gasornamenten van A.H. Kloosterhuis te Amsterdam. Afb.6. Een van de gewelf rozetten zoals in 1973/74 vervaardigd voor de Sint Gertrudiskerk. Foto: C. Booij.

Periodieken

De Waterschans | 1997 | | pagina 6