12 13 "HIER LETT BEGRA VEN D 'HEER POMPEIUS DE ROOVRE HEER VAN HARDINKXVELT IN SIJN LEVEN BALLIV VAN SUYT HOLLANT ENDE SCHOUT DER STADT DORDRECHT STERF DEN XXIII OCTOBER XVI ACHT ENDE DERTIGH. "EN ALID DE WIT HVYSVRE VAN POMPEVS DE ROEVRE STERF DE 30*» DECEMB. A° 1597" De Waterschans nr. 1. 1997 AJb. 3. Opschrift van de grafstenen voor Pompejus de Roovere en zijn vrouw Alith de Wit. Foto B. Westerhof. Delft. akties geweest. Meer dan een eeuw lang ging het leven op het hoofdfort dan ook zijn dagelijkse gang. In 1537 heeft Frederik Hendrik Breda heroverd. De Spaanse dreiging is hierdoor weggevallen en de Republiek groeit tot een wereldmacht. Met hedendaagse ogen bezien zouden we het leefklimaat binnen de vestingwallen zeker niet 'vrouwvriendelijk' noemen. Slechts woonmogelijkheden voor enkele gezinnen, de commandant, zijn hoofdcommies en daarnaast, misschien in een minder duidelijke leefsituatie, wat marketentsters. Of opereerden dezen vanuit Bergen op Zoom en Halsteren? Verder veel soldaten, het hoofdplein (terre) met magazijnen, barakken en kruit kelders. Er is een stuk bouwland, op sommige Franse tekeningen is een moes-of kruidentuintje te zien. Dit alles ligt in een uiterst kale en steriele omgeving, want terwille van het schootsveld voor de kanonnen werd elke plant geweerd en elke oneffenheid glad gestreken. De bevelhebbersfunctie van de vesting was een erebaan. Kandidaten daarvoor moesten uit een goede familie stammen. Bij de functie hoorde een majoorsrang. Meestal werden ervaren officieren benoemd die niet langer geschikt qeacht werden voor actieve dienst te velde. In de Bergse situatie was de Roovere toch een buitenpost. Men zou dus kunnen denken aan een niet meer zo jong zijnde, wat gehandicapte, ijzervreter in de rimboe! Bijzonder hierbij is ook dat we vaak namen tegenkomen van mannen en vrouwen uit adellijke families in de noordelijke provincies. Dit geeft duidelijk aan hoe belangrijk men de vesting werken in deze regio achtte. In 1645 was Jonker Harman van Couls commandant. Ook hij was weduwnaar. Als hij voor de tweede maal in het huwelijk treedt ontmoeten we onze derde de Rooverevrouw: Anna ten Holt. Zij is weduwe van Jonker Jacob van Egmond. Het geeft toch te denken dat bij dit huwelijk al twee partners weggevallen zijn. Het waren tijden van geringe medische mogelijkheden. Dat eiste een zware tol bij zwangerschapscomplicaties bij de vrouwen en bij de mannen bij verwondingen, opgelopen tijdens het qevecht. Infecties en infectieziekten maakten heel wat slachtoffers. Uit het trouwboek van de Gerformeerde Gemeente van Bergen op Zoom kennen we de datum van dit society-huwelijk van Hollandse adel in een Brabantse vestingstad: 10 januari 1646. Er was bovendien iets heel bijzonders aan dit huwelijk voorafgegaan. Twee weken eerder, op 27 lecember 1645, trouwden de dochter van Jonker van Couls, Johanna, en de zoon van Anna ten Holt, Jonker Johannes van Esmond met elkaar. Was die romance nu het gevolg van de plannen van het ouderpaar of is het andersom gegaan.? We zullen het wel nooit te weten komen. Een ding staat vast: het moet op de Roovere in 1645 wel een heel bijzondere Kerst geweest zijn. Om het geheel nog eens in de tijd te plaatsen: in het voorafgaande jaar heeft Frederik Hendrik Sas van Gent ingenomen; in het bruiloftsjaar zelf vaart Witte de With met een oorlogsvloot door de Sont zonder tol te betalen. Hij maakte er nogal wat indruk mee op de Denen. Een jaar later neemt Frederik Hendrik Hulst in. De Tachtigjarise oorlog loopt teneinde, de vredesonderhan delingen te Munster beginnen. Eind 1645 heerste dus een feestelijke rust op de Roovere. Het huwelijk van Johanna en Johannes werd op het fort gesloten: er moet dus een kerkje gestaan hebben. De archieven van de Halsterse protestantse semeente bevestigen dit. In 1657 blijkt die gemeente maar amper 30 lidmaten te tellen 'niet medegeteld de personen op de forten'. Er klinkt een wat spijtige ondertoon in die vaststelling. Zo van: 'er zijn er wel meer, maar die hebben hun eigen status'. Na Couls komt er een viertal chefs waarvan we nog geen familiegege- vens bezitten. De 18e eeuw start echter uitstekend voor ons. Want wat vindt er op 25 september 1727 te Alkmaar plaats? Daar trouwt opnieuw een majoor van de Roovere. En zeker niet met de eerste de beste vrouw! Agatha van Hoolwerff. Een vrouw, een roman waardig. Ze blijft me boeien. Op 31-jarige leeftijd huwt ze majoor Hendrik Lenting. Haar vader is notaris-procureur. Haar moeder is Hillegonda van Schagen. Op de bruiloft aanwezig is haar oudere zus Gezina, die ook al haar man verloren heeft door oorlogsqeweld. Hij heette James Swinton, was een zoon van de De Waterschans nr. 1. 1997 Aft. 4. De Franse weergave van de Roovere uit 1748. Te zien zijn de détailgegevens over de indeling van de terre, het kasteelplein. Archief Halsteren. Foto L. van der Molen. Apeldoorn. Schotse Lord Mersington en sneuvelde in 1709 in de slag bij Malplaquet. Hun 17 jarige zoon, James Hendrik Swinton, is alles wat Gezina rest. Dan is er ook nog een broer van Agatha en Gezina: Dirk. Deze heeft het zelfs tot generaal der Infanterie gebracht. Of nu al de energie van de bruid en haar familie wat te veel van het goede geweest is voor de majoor van het stille fort? We weten het niet. Wel duikt de naam van Agatha vijftien dagen na de bruiloft, op 10 oktober 1727 weer in de stukken op. Agatha is dan al weduwe en enig erfgename van wijlen Hendrik Lenting. Ze machtigt dan in een akte enkele lieden om alles wat tot de nalatenschap van Hendrik Lenting behoort, behoorlijk te administreren. Het huwelijk heeft dus maar enkele dagen stand gehouden. En hoewel Agatha wel heel snel tot aktie overgaat, lijkt het toch juist de sluier over het qeheel maar te laten liggen. Een ding is zeker, Aqatha blijft niet bij de pakken neerzitten. Zij wordt hoofdcommies der Posterijen te Alkmaar, een uiterst lucratieve job in die daqen en ze gaat 'kantore houden ten hare huize'. In 1755 overlijdt ze. Acht jaren daarvoor had de Roovere zijn militaire waarde bewezen. Van 27 juli tot 12 auqustus 1747 heeft een Frans leqer, komende vanuit de richting Wouw, het fort beschoten en er aanvallen op gedaan. Ondanks zware offers is het niet gelukt de vesting in te nemen. Eerst als de Hollandse bezetting onder generaal Cronström zich terugtrekt uit de vesting Bergen op Zoom, verlaten de verdedigers het fort. Hierna werd het opnieuw rustig aan het eind van de Schansbaan. Het schiet- bereik van de kanonnen neemt toe en vooral hierdoor verliezen de vestingen hun waarde. De natuur begint haar rechten te hernemen. In 1816 wordt de Roovere uit de lijst van de versterkingen geschrapt en in 1853 worden op last van de Do meinen de laatste opstanden verkocht of gesloopt. Naar geschiedkundige volledigheid heb ik in dit verhaal niet willen zoeken. Meer zocht ik ditmaal de mens achter de feiten, in deze bladzijden dan heel speciaal eens naar....de vrouwen van de Roovere. In 1997 zijn we alweer acht jaren verder. Aan bovenstaand verhaal zou ik nu enkele namen willen toevoegen: Jeanne Antionette Poisson. Oftewel Madame de Pompadour omdat uit haar briefwisseling uit 1646-1647 met Mauritz van Saksen, de Franse maarschalk, blijkt, dat ze beter op de hoogte was van de militaire situatie van Bergen op Zoom en van de Roovere dan vele Hollanders. Zo ook: Mevr. Caroline Laanen (nu mevr. J.H. Zeeman-Laanen). Deze vrouw werd in 1909 geboren in het cafeetje 'Bogers' aan de Moerstraatsebaan. Als vijfjarig meisje werd ze ondergebracht bij haar grootmoeder op de Roovere. Haar oma woonde daar reeds vele jaren en ook zij hield er een café, al bleef de omzet vaak beperkt tot de verkoop van bier van een brouwer-familielid en uiteraard het eigen verbruik. Zij verbleef op fort de Roovere tot kort voor het eind van de Eerste Wereldoorlog. In haar herinnering ziet ze nu het huis op de hoek Schansbaan- Ligneweq als een schilderachtig,

Periodieken

De Waterschans | 1997 | | pagina 8