De Waterschans nr. 3 1998 Afb.5. Deze foto is genomen vóór het landhuis Mattenburgh. In het midden Piet Wit hagen. Als jongen van 14 jaar maakte hij van nabij de bevrijding mee, want evenals de familie Roosenboom woonde hij dicht bij de frontlijn van De Zoom. Hier staat hij bij vier Duitsers, parachutisten van het Zesde Regiment. Rechts achter hem staat Gtinter Volmer en daarnaast, uiterst rechts, Carl Heinz Holst (fotocollectie Leon Roosenboom). leen van Duitse zijde, maar ook zo veel mogelijk van de tegenpartij. Vandaar zijn streven om kennis te maken met bijvoorbeeld Canadese, Engelse en Amerikaanse oudstrij ders en met archieven van de plaat sen, waar zijn regiment gevochten had. Hij publiceerde ook een oor logsdagboek van het Zesde Regi ment Parachutisten van 3 septem ber 1944 tot 4 november 1944, de tijd dat de para's actief waren in België en Midden- en West-Bra bant. In 1981 kwam Holst in aanraking met Sjaak Roosenboom, een ont moeting die uitgroeide tot een hechte vriendschap en leidde tot een drukke briefwisseling. Zo kreeg Holst contact met archivaris Sloot- mans en met P. Hoedelmans, de auteur van enkele publicaties over de bevrijding van Bergen op Zoom. Holst zocht ook naar informatie vanuit het andere kamp en pro beerde daarom bij te houden wat er in Engeland, Canada en de USA verscheen over de gevechten waar bij zijn regiment betrokken was. Zo kende hij het boek van vader en zoon Whitaken De strijd om de Schelde (Baarn 1986), het werk van J.L. Moulton: De slag om Antwerpen en de Schelde (Baarn 1979) en dat van RW. Thompson: De 85 dagen: de slag om de Schelde. (Horn 1960). Van zijn hand verscheen o.a.: Fall- schirm-Regiment 6. Kriegstagebuch vom 6.9 bis 5.11.44 (z.p. 1986). In 1995 bood Pim Asselbergs spon taan aan dit boek in het Neder lands te vertalen. Hij deed dit voor Leon Roosenboom, een broer van de inmiddels overleden organisator van de ontmoeting. Op 7 juli kon hij het manuscript overhandigen met de mededeling dat hij een na zaat was van de wasserij-generatie en ook daarom geïnteresseerd in de 'history'. Amper twee maanden later overleed Pim geheel onver wacht, slechts 51 jaar oud. Charles Kipp Andere voor ons verhaal belang rijke correspondenten waren de Canadezen Charles Kipp en Cliff Brown. Charles Kipp was in 1944 sergeant van het achtste peloton van het Lincoln and Welland Regi ment uit Niagara Falls in Ontario. Volgens zijn eigen getuigenis was hij de eerste man van zijn peloton, dit in afwijking van de regel dat een Canadees peloton werd aange voerd door een luitenant. In oor logstijd sneuvelen ook officieren en dan neemt de tweede man, in dien nog aanwezig, de lege plaats in. Op 20 oktober 1944 klom Cliff zelfs op tot tweede man van de A- Compagnie van zijn regiment. Toen dit regiment op 24 juli 1944 in Normandië aan land ging, telde de A-Compagnie 847 manschap pen, waaronder 37 officieren. Er waren zes compagnieën in het regi ment, aangeduid met de letters A tot en met E Hun tocht eindigde op 5 mei 1945 in Oldenburg. On derweg had het regiment 1548 man verloren, namelijk 345 gesneuvel den, 1076 gewonden, 67 krijgsge vangenen en 60 manschappen door ziekte of iets dergelijks. Bij Bergen op Zoom had Cliff in zijn peloton nog 30 man over van de 99. In 1984 maakte Cliff deel uit van de groep Canadezen die door de stad waren uitgenodigd om het 40- jarig jubileum van de bevrijding mee te vieren. Bij die gelegenheid maakte hij kennis met Sjaak Roosenboom en daarmee was de eerste stap voor een samenkomst van vriend en vijand gezet. Holst schreef naar Kipp en die bracht op zijn beurt de tegenstander van wel eer weer in contact met Cliff Brown. Eind januari 1986 liet hij Holst weten dat hij aanwezig zou zijn bij de voorgenomen ontmoe ting, samen met zijn broer en met Cliff Brown. Hij vond het jammer dat er zo weinig waren, maar van zijn eigen mensen leefde er nog maar één en die was ernstig ziek. Cliff Brown Cliff Brown was sergeant van het 7de peloton van het Lincoln and Welland Regiment. Op weg naar Bergen op Zoom raakte hij ernstig gewond bij Wouwse Plantage. Een kogel trof hem in zijn schouder. De legerarts keek zeer bedenkelijk toen hij werd weggedragen. Hij kwam in Engeland terecht en moest 15 maanden lang een gipsharnas dra gen. Zijn rechter schouder was weg geschoten en zijn rechterarm gro tendeels verlamd. Toch lukte het hem om zijn conditie zodanig te herstellen dat hij veertig jaar als ambtenaar kon werken. Hij trouw de na de oorlog met een Canadees meisje, kreeg vier dochters en had in 1986 vijf kleinkinderen. Bergen op Zoom zag hij pas in september 1984 terug. Kipp als eerste in Bergen op Zoom? Het is moeilijk om het gevecht in de nacht van 27-28 oktober 1944 precies te reconstrueren. We heb- 92 De Waterschans nr. 3 1998 Ajb.6. Zo zag de wasserij De Zoom eruit na de gevechten van eind oktober 1944 (foto: GAB). ben in de brieven van Holst en Kipp twee verslagen van ooggetui gen. Zij vertellen ook iets over bij zonderheden die ze van hun strijd makkers hebben gehoord. Hun re laas geven we hier kort weer in de veronderstelling daarmee iets toe te voegen aan hetgeen reeds over de strijd om en in Bergen op Zoom is geschreven. We beperken ons gro tendeels tot de poging van de Ca nadezen om in de nacht van 27 op 28 oktober een bres te slaan in de door de Duitsers gevormde frontli nie (Hauptkampflinie of HKL), na dat deze zich uit Woensdrecht en omgeving hadden teruggetrokken. Ze moesten het opnemen tegen de tiende compagnie van het zesde re giment parachutisten, taaie tegen standers zoals de Canadezen tot hun schade reeds op de route naar Bergen op Zoom hadden onder vonden. Uit een brief van Charles Kipp van 27 augustus 1985 aan Holst maken we op dat hij 22 oktober 1944 fy siek instortte, nadat hij meer dan drie maanden onafgebroken in ac tie was geweest. Op de achterbank van een jeep reed men hem be wusteloos weg van het front. Drie dagen later kwam hij bij en meldde hij zich bij zijn chef. De gevechten op weg naar Bergen op Zoom had hij gemist. Op 26 oktober naderde de voorhoede de stad langs de Ant werpsestraatweg. In de nacht die volgde sloop Kipp met zijn com mandant de stad in. Ze hadden een radiozendertje bij zich. Dat lieten ze achter in een verlaten gebouw dat dienst had gedaan als gevange nis. Ze bereikten de Grote Markt, sneden daar telefoondraden door en maakten enkele door de Duit sers achtergelaten fietsen onbruik baar. Terug bij hun radiozender brachten ze verslag uit aan de le gerleiding en wachtten toen de ochtend af. Het regende die nacht. Omstreeks 22.00 uur rolden de pantservoertuigen van het South Alberta Regiment nog wat dichter naar de stad. De volgende dag, 27 oktober, kon den de Canadezen vrijwel ongehin derd Bergen op Zoom binnenrij den, althans tot de Zoom, want daar lag de nieuwe linie van de te genstander. De hete nacht van 27-28 oktober 1944 De Canadezen wilden meteen pro beren aan de overzijde van de Zoom een soort bruggenhoofd te vestigen. De keuze viel op de was serij, likeurstokerij en ijzergieterij aan het begin van de Moerstraatse- baan, thans Buitenvest geheten. Met de uitvoering van het plan werd onder meer het Lincoln and Welland Regiment belast. De D- compagnie zou een schijnaanval op het centrum van de wasserij doen, terwijl de B-compagnie als reserve achter de hand werd ge houden voor het geval de Duitsers zouden overgaan tot een tegenaan val. De A- en de C-Compagnie kre gen bevel de Zoom over te steken om de likeurfabriek en de ijzergie terij in te nemen. Om een uur 's nachts, het was intussen zondag geworden, trok Kipp met zijn man nen over de spoorrails richting was serij. De tegenstander was waak zaam en drie machinegeweren na men de naderende soldaten onder vuur. Ze mikten iets te hoog, een geluk voor de voorsten, maar niet voor de kameraden achter hen. Dertien 'Lines' staken de Zoom over en drongen de stokerij en de gieterij binnen. De C-compagnie die volgde, kreeg het te hard te ver duren en moest zich terugtrekken, ook al doordat ze door de eigen ar tillerie werd beschoten. Op zeker moment stonden Kipp en Holst op enkele meters van el kaar. Holst schoot met zijn 42-MG (een bepaald type machinegeweer) een makker van Kipp dood. Kipp kon niet meteen terugschieten, ver blind als hij was door de lichtflits 93

Periodieken

De Waterschans | 1998 | | pagina 9