Bergse weesjongens op de Grote Vaart
De Waterschans nr. 1 1999
Antwerpen maar in 1574 terugge
keerd naar Engeland, waar hij zich
tot zijn dood in 1579 intensief be
zig hield met zijn gieterij, die hij
sinds 1568 in bezit had. Hij ver
kreeg van koningin Elisabeth licen
tie om vanaf 1574 wapens te expor
teren, waartoe het merkteken van
de kroon aangebracht werd. Hij le
verde aan vele klanten, onder meer
aan de koning van Denemarken.
Na de dood van Gresham werd de
gieterij voortgezet door zijn aange
trouwde neef Sir Henry Neville. De
stad Zwolle bezit een kanon dat
door deze Neville vervaardigd is.
Het Bergse kanon is een zoge
naamde 'Falconet' of 'Valkenet',
met een standaardafmeting van 5
voet en 6 inch. Enige jaren geleden
werd bij onderzoek in Mayfield tus
sen de afvalstukken van de metaal
gieterij een gelijksoortig kanon op
gegraven. De Falconet was het
lichtste stuk veldgeschut, waarmee
een kogel van maximaal 1,3 kilo
gram kon worden afgeschoten.
De functie van het kanon in de stad
Het is helaas niet meer na te gaan
op welke manier en wanneer pre
cies het kanon in Bergen op Zoom
gekomen is. Hoewel het in principe
via handel nog voor 1577 verwor
ven zou kunnen zijn, is het waar
schijnlijker dat het pas na de over
gang van de stad naar Staatse zijde
werd aangeschaft. In 1578 werd na
melijk de verdediging van de stad
op orde gebracht en werden er
wapens ingekocht in Antwerpen.
Het kanon zou dan wellicht als on
derdeel van een grotere partij be
steld kunnen zijn en direct uit May
field naar het vasteland zijn ver
scheept. Ook een later tijdstip be
hoort tot de mogelijkheden. Na de
val van Maastricht werd de poli
tieke situatie dreigender en we
derom werden maatregelen geno
men ten aanzien van de wallen en
het geschut. In 1585 viel Antwer
pen. De Nederlanden sloten een
verdrag met Engeland, waarbij zij
in feite een Engels protectoraat
werden. Ook in deze tijd zou het
kanon (uit oude voorraad?) gele
verd kunnen zijn.
Overigens bestaan er uit deze pe
riode maar weinig vermeldingen
van het gebruik van geschut. Tij
dens het beleg van 1588 waren er
katten (geschutsopstellingen) bij
het Minderbroederklooster en de
Bospoort. Desondanks behielden
de vesting en de manier van bele
gering in de late 16de eeuw een
overwegend middeleeuws karakter
(7).
Het ligt in ieder geval voor de hand
dat het kanon dienst heeft gedaan
bij de verdediging van Bergen op
Zoom tijdens het beleg van 1588.
Waarom het uiteindelijk werd afge
dankt is niet duidelijk. Bij het
schoonmaken werd achter in de
loop een obstakel gevonden; mis
schien is het laatste schot nooit af
gevuurd en zit de kogel er nog in.
Er kan ook een beschadiging aan
het kanon zijn toegebracht in de
strijd waardoor men de werking
niet meer vertrouwde. In dat geval
was het waardeloos geworden; in
tegenstelling tot brons kon gietijzer
niet of nauwelijks worden omge
smolten.
Voor de wapenmeesters destijds
een strop, voor ons betekent het
dat wij nu beschikken over een au
thentiek wapentuig uit het roem
ruchte militaire verleden van de
stad. Indien het kanon weer ge
monteerd zou worden op een re
plica van een houten affuit, zou het
ongetwijfeld een pronkstuk in een
toekomstig vestingmuseum kunnen
worden.
Noten
De Waterschans nr. 1 1999
Door: Ben Daeter
De regenten van het Bergse Wees
huis dreigden in 1762 een aan hun
zorgen toevertrouwde weesjongen
op een der schepen van de VOC te
plaatsen. Hij had in het weeshuis
een meisje zwanger gemaakt. Der
gelijk wangedrag kon niet onge
straft blijven. Voor hem de Grote
Vaart, voor haar het spinhuis. Ge
lukkig bracht een welgestelde oom
uitkomst. Hij stond borg voor hun
huwelijk Met een oud bed, twee
dekens en wat linnengoed extra
toegevoegd aan de gebruikelijke
huwelijksuitzet onderstreepten de
regenten hun accoord met deze
oplossing van het probleem (1).
Wat vermeldt het archief van het
Bergs Protestants Weeshuis nog
meer over met name de dreiging
met dergelijke harde straffen? (2).
Of behoorde het tot de gewone
praktijk, in de tijd van de Repu
bliek der Verenigde Nederlanden,
om wezen door plaatsing op de
schepen van de Compagnieën aan
een, onzeker, bestaan en de wees
huizen zelf aan inkomsten te hel
pen?
Gegevens Bergs Weeshuisarchief
Dit archief vormt geen rijke bron
voor inlichtingen op dit punt. Het
volgende staat vast: 1699: twee jon
gens gaan naar zee; 1750: twee jon
gens naar Indië; tussen 1761 en
1770: één jongen naar Indië; tussen
1781 en 1790: zes jongens naar In
dië (3).
Geen verdere informatie helpt ons
een antwoord te vinden op de
vraag hoe hun leven aan boord van
de schepen is geweest, of hoe hun
verblijf in de Indiën was. Uit an
dere bronnen valt wel deze conclu
sie te trekken: op de grote vraag
naar mankracht voor de schepen
van de Grote Vaart hebben de va
derlandse - en ook de Bergse wees
huizen gereageerd door weesjon
gens op die schepen te plaatsen (4).
Dat kon gebeuren uit motieven van
opvoedkundige aard, als strafmaat
regel en vooral ook om de 'zorgin-
7
Afb.3. Tekening van het gevonden kanon
(1) Bouwvergunning 2526-1896, gemeente
lijke archiefdienst. (2) M. Vermunt. 'De oud
ste omwalling van Bergen op Zoom', De Wa
terschans 27 (1997-4)125-128. (3) WA van
Ham, 'Merck toch hoe sterck'. Studies uit
Bergen op Zoom 4 (Bergen op Zoom, 1982)
24. (4) Mijn eerdere reconstructie van de
muur op de aarden wal in de bijdrage over
de Kloosterstraat is dus niet correct. (5) Van
Ham, 'Merck toch hoe Sterck', 58. (6) Met
dank aan dhr. Van Riemsdijk, dhr.Puype van
het legermuseum en dhr. Charles Trollope
te Colchester voor de identificatie. (7) Van
Ham, 'Merck toch hoe sterck', 46-57.
Ajb.4. Het kanon na reiniging.
Ajb.l. Op dit soort schepen waren ook Bergse weesjongens aan boord. Dit schip De Hoop was in 1782 door de Amsterdamse
bewindhebbers aangekocht om het gebrek aan scheepsruimte, door de Vierde Engelse oorlog ontstaan, te bestrijden
(Anonieme tekening eind 18e eeuw).