De Gedenknaald van A.F. Gips
De Waterschans nr. 2 1999
Leon Swagemakers
Voor menige Bergenaar is het een
overbekend en vertrouwd gegeven,
niet alleen de bezoeker van het An
ton van Duinkerkenpark wordt er
mee geconfronteerd, maar ook het
zich over de Lange Parkstraat en de
Korneel Slootmanslaan bewegende
verkeer kan het in de ooghoeken
ontwaren, namelijk de door Abra
ham F Gips ontworpen gedenk
naald uit 1889. Het voorheen wit
geschilderde monument in de
vorm van een obelisk geplaatst op
een voetstuk, is bekroond met een
vergulde bol met daarop een vijftal
uitstekende sierpunten. Het monu
ment is tevens voorzien van een uit
119 letters en cijfers bestaand inge-
beiteld opschrift, dat als volgt luidt:
17 november 1813-1888 Aan
Neerlands Onafhankelijkheid ge
wijd en opgedragen aan de ge
meente Bergen op Zoom door leer
lingen en leeraars der R.H.B.S.
Door het initiatief van de gemeen
telijke beeldencommissie, be
staande uit de ambtenaren Jo
hanna Jacobs, Kees Booij, Jan van
Loon en Cees Vanwesenbeeck, die
sinds januari 1998 het uit 40 objec
ten bestaande Bergse beeldenbe
stand eens nader heeft bekeken,
werd restauratie van dit monument
mogelijk door het budget van en
kele jaren hier aan te besteden.
Een dringend noodzakelijke restau
ratie, die zorgde voor een complete
metamorfose van de gedenknaald,
herstelde de oorspronkelijke vorm
en uitstraling van het monument.
Het bekende gezegde, 'goed voor
gaan, doet goed volgen' zou hier
van toepassing kunnen zijn. Mis
schien zou een van de volgende
projecten van de beeldencommis
sie kunnen zijn, het herstellen van
de oorspronkelijke uitstraling van
het in 1933 op het Bolwerk ge
plaatste Esperanto-Zamenhofmo-
nurnent, waarbij de aardbol dan
weer voorzien kan worden van haar
kleurrijk glasmozaïek.
Afb.l. De gedenknaald vanA. Gips in
het Anton van Duinkerkenpark (Foto G.
van Dijck).
Na de restauratie van de gedenk
naald kon, na bijna 110 jaar, op 17
november 1998 een hernieuwde
onthulling plaatsvinden, bijge
woond door leerlingen van R.S.G. 't
Rijks. Voor deze school is dit mo
nument een bijzonder stukje cultu
reel erfgoed (1). Zoals uit het op
schrift blijkt werd het monument
opgedragen aan de gemeente Ber
gen op Zoom door leerlingen en
leraren. De directie van de Rijks
Hoogere Burger School, de voorlo
per van de R.S.G. 't Rijks, gaf op
dracht aan AE Gips om een mo
nument te ontwerpen.
Op 5 december 1888 werd er een
overeenkomst getekend tussen di
recteur Avan de Wijnpersse en ont
werper AE Gips met steenhouwer
Aug. van Dijck-Petit, gehuwd met
Marie Petit, vandaat de samenvoe
ging Van Dijck-Petit (2). Zij ver
klaarden te zijn aangegaan een
overeenkomst krachtens welke de
leverancier zich zou verbinden een
volgens tekening ontworpen monu
ment te leveren en op een nader
aan te wijzen plaats in het park te
Bergen op Zoom op een daartoe
bestemde fundering te plaatsen (3).
Geleverd zou worden een zacht
Franse natuursteen, (Savonnière)
breukvrij, met koperen doken (4)
solide bevestigd, voor 72,-.
Graveren van 119 letters (af 7,- per
100) kostte 8,- en voor vervoer en
plaatsing werd een bedrag van 6,-
gerekend. Alles te samen de
somma uitmakend van 86,05, in
clusief 5 cent zegelrecht (5).
De afgesproken levertijd was 11 we
ken, bij ingebreke blijven 1,- boete
per dag in afkorting op de totaal
som. De totale rekening zou echter
nog oplopen.
Voor het vergulden van de bol en
de letters was een boekje goud no
dig, 4,70. De knecht werkte 13 uur
en de baas zelf 6 uur, uurloonkos
ten te samen 4,21. In totaal kon
P.J. Schwartzmans/8.91 declareren
(6). Goosen en Geers rekenden
voor 5 koperen dooms 0,40, tesa-
men 2,-. Het perkament voor de
oorkonde kostte 2,75.
De totale kosten liepen hiermee op
tot 99,75 (7), een behoorlijk be
drag dat door de R.H.B.S. bijeenge
bracht moest worden. Ongeveer 45
leerlingen brachten te samen het
bedrag van 51,- bijeen (8). Op de
in het archief aanwezige leerlingen-
lijsten prijken naast de jongens-
ook meisjesnamen, want vanaf
1885 waren zij na toestemming van
de minister ook toegelaten tot de
school. Zo zien we dat Cornelis en
Johan samen 2,- bijeen brachten
en Adriaan en Cornelia tekenden
samen voor een bijdrage van 2,50.
De negen 'leraars' betaalden ieder
3.19, daardoor bracht het docen
tencorps 28,71 in. Dankzij twee
anonieme gevers, die ieder 10,-
schonken kwam men aan het totaal
bedrag van 99,71. Opgemerkt
moet worden dat het bedrag dat
door leerlingen bijeen werd ge
bracht een enorme geldsom is ge
weest, als je weet dat een fabrieks-
58
De Waterschans nr.
1999
Afb.2. Aug. van Dijck 1849-1920 (Foto GAB).
Afb.3. M. Petit 1853-1893 (Foto GAB).
arbeider ongeveer 8,- loon ont
ving voor een zesdaagse werkweek
(9).
Op 13 december 1888 betuigt bur
gemeester AJ.L. de Roock zijn
dank en aanvaardt het aangeboden
gedenkteken ter herinnering van
het derde 25-jarige feest van Neer
lands onafhankelijkheid en het zal
in het park een plaats worden ge
geven (10). Op vrijdag den 3e mei
1889, des 's middags ter zes uren,
was het zover en werd het monu
ment met 'eenige plechtigheden'
door de gemeente overgenomen
en onthuld (11). De gemeente had
het monument, met een voetplaat
voor de sokkel van 100 bij 100 cen
timeter en een totale hoogte van
ca. 305 cm, zijn huidige markante
plaats gegeven. Dit was het eerste
object dat geplaatst kon worden
omdat het park pas in 1887 was
aangelegd en voltooid.
De aanleg van het Volks- of Wan
delpark (thans Anton van Duinker
kenpark) kon pas gerealiseerd wor
den geruime tijd nadat door het
koninklijk besluit van 16 januari
1867 de vesting Bergen op Zoom
werd opgeheven, waarbij er aan
drie eeuwen vestinggeschiedenis
een einde kwam (12).
De bestaande vestingwerken vorm
den een belemmering voor de uit
breiding van de moderne industrie,
die haar intrede deed in de stad in
de vorm van de voor lange tijd zo
typerende nijverheid, o.a. de me
taalindustrie (13). Pas 33 jaar na de
vestiging van het eerste industriële
grootbedrijf vond de slechting van
de vestingwerken plaats.
Nog in 1830 en 1831 werden terrei
nen ten noordoosten van de stad
en de schansgrachten met Zoom-
water geïnundeerd. Na 1840 werd
de vesting voor de landsverdedi
ging van steeds minder betekenis
en de belangen van de landbouw,
die steeds hadden moeten wijken,
kwamen meer en meer op de voor
grond. Om het waterafvoervermo
gen van de Zoom te verhogen,
(hierbij speelde zelfs nog een Bel
gisch belang, namelijk ontginning
van uitgestrekte moerassen bij
Kalmthout) besloot het stadsbe
stuur na toestemming van de Sta
ten van Noordbrabant (pas in no
vember 1882) de nodige grond aan
te kopen, om zo de gewenste regu-
larisatie van de Zoom te bewerk
stelligen (14).
Inmiddels was in oktober 1868 be
gonnen met het slechten van de
verdedigingswerken o.l.v. de techni
cus EWJ. van Gendt. Bij de ont
manteling moesten veel bastions,
hoofdwallen en voorliggende wer
ken en poorten worden geslecht.
Op de vrijgekomen gronden moes
ten wegen aangelegd worden. Zo
wel inwoners als ondernemers
maakten gebruik van de mogelijk
heden die het nieuwe stratenplan
en de nieuw verworven bouw
ruimte boden. Door de problema
tiek met de kanalisatie van de
Zoom was de slechting van het
noorderfront steeds vertraagd. Op 3
november 1886 was de laatste op
levering voltooid en daarmee was
ook de ontmanteling technisch ge
zien voltooid (15).
Het ravelijn Op den Zoom bleef
hierbij gelukkig behouden, omdat
de natte gracht belangrijk was voor