Een kijkje onder de Kiek
Opgravingen van de vestingwerken 'Kijk in de pot'
De Waterschans nr. 2 1999
Marco Vermunt
Kijk in de Pot ligt als een groene
long ingeklemd tussen de binnen
stad en het overdadige beton van
de Scheldeboulevard en de Bergse
Plaat. Voor veel Bergenaren is het
een waardevol stukje natuur, waar
het goed wandelen is, het liefst met
een hond erbij. Maar er bestaat
ook een grote groep mensen die
het als heilige grond lijkt te be
schouwen en bij het horen van de
naam 'Kiek' herinneringen oprake
len aan schietoefeningen, rode
vlaggen, kogels zoeken, scharrelen
tussen de struiken en de jaarlijkse
concours hippique. Voor hen heeft
de Kiek geen geheimen meer. Deze
illusie werd echter dit vooijaar
wreed verstoord toen bij opgravin
gen de overblijfselen van een 37
meter lange onderaardse gang, nog
geen meter onder het gras verbor
gen, tevoorschijn kwamen. Wat was
het en wat deed dat ding daar? Om
die vraag te beantwoorden moeten
we teruggaan in de tijd en de feite
lijke geschiedenis van Kijk in de
Pot nogmaals de revue laten passe
ren.
De geschiedenis van Kijk in de Pot
Het gebied van Kijk in de Pot was
tot het begin van de Tachtigjarige
Oorlog een heuvelachtig terrein
buiten de stadswallen, dat Holwe-
genberg werd genoemd. Het lag (en
ligt nog) op de steilrand tussen het
hoge zand en de lage polders langs
de Schelde, die nu gemarkeerd
wordt door de rij van kogelvangers.
Wie vóór 1530 op deze rand stond,
had een mooi uitzicht over de pol
ders Zuidland, Neerland en Borg-
vlieterland. Daarachter stroomde
de rivier en bij helder weer moeten
tal van doipjes en gehuchten te
zien geweest zijn, zoals Broeke,
Kreke, Iersekeroord en waarschijn
lijk ook Reimerswaal. Aan dit vre
dige tafereel kwam een einde in ge
noemd jaar, toen verwoestende
overstromingen het hele landschap
in schorren en slikken veranderden.
Er is niet zoveel bekend van de ma
nier waarop het terrein van Kijk in
de Pot werd gebruikt tot omstreeks
1600. In de ondergrond was volop
klei aanwezig, dat door plaatselijke
pottenbakkers uitgedolven werd.
Hiervan getuigen nog de diepe kui
len die her en der in de grond wa
ren uitgegraven en bij de opgravin
gen werden teruggevonden. Het
noordelijke gedeelte van Kijk in de
Pot vormde onderdeel van de Zuid
akker en diende als landbouw
grond.
Vanaf 1570 begon het stadsbestuur
zich in te spannen om de middel
eeuwse vesting aan te passen aan
de eisen van de tijd. De oudere
omwalling werd versterkt met
schansen en bolwerken. Om ook
de onmiddellijke omgeving te be
schermen werden vooruitgescho
ven posten ingericht. In 1606
bouwde men een stenen verdedi
gingswerk, een redoute, op de rand
van de Holwegenberg ter plaatse
van de meest zuidelijk gelegen ko
gelvanger. De redoute werd Kijk in
de Pot genoemd, een naam die
hoogstwaarschijnlijk is afgeleid van
de terreinomstandigheden. Vanuit
de redoute keek men namelijk als
een pottenkijker over de steilrand
in de laaggelegen schorren. Denkt
U overigens niet dat deze naam
uniek is; er zijn nog meer Kieken in
Nederland, bijvoorbeeld in Nijme
gen. Vlak voor de belegering in
1622 werd de redoute door middel
van een retranchement verbonden
met het Bossche bolwerk bij de
Bospoort. Dit retranchement be
stond uit een lange aarden wal met
enkele driehoekige bastionpunten,
geheel voorzien van een droge
gracht. Dit maakte een flinke in
greep in het bestaande landschap
noodzakelijk. Eventuele oude boer
derijen en wegen verdwenen en het
terrein werd geëgaliseerd, wat in
feite het einde van de Holwegen
berg betekende.
Het zo tot stand gekomen verdedi-
Afb.l. Het retranchement Kijk in de Pot. Detail van een kaart van J. Blaeu, 1698.
Foto Archiefdienst.
38
De Waterschans nr. 2 1999
Kijk in de Pot na 1867
Nadat de vesting Bergen op Zoom
in 1867 was opgeheven, vond in
het daaropvolgende jaar de slech
ting plaats van de lunetten Camus,
Rasant en Kijk in de Pot. Het ter
rein behield echter zijn militaire
bestemming, zodat bijvoorbeeld
het redoute Op het Schor met rust
werd gelaten. De vrijkomende ste
nen van de lunetten werden dank
baar als bouwmateriaal hergebruikt
bij de bouw van huizen langs de
door Frederik van Gendt ontwor
pen singels. Het zand werd in 1869
benut bij de herinrichting van Kijk
in de Pot tot exercitieterrein met
schietbanen. Er werden zes grote
schietheuvels of kogelvangers mee
opgeworpen. Deze waren in eerste
aanleg 5 meter hoog, maar werden
in later tijden aangepast en ver
hoogd.
Hoewel de lunetten geheel verdwe
nen, waren op een luchtfoto van
1938 de contouren nog in het land
schap zichtbaar. In de periode
1950-1957 werd in het kader van
een DUW-project de draf-en-ren
baan aangelegd. Het zand werd ge
bruikt om de Haven mee te dem
pen. Omstreeks 1974 eindigde het
gebruik van de Kiek als schietter-
rein en in 1978 werd de grond ver
kocht aan de gemeente. Inmiddels
waren er al enkele militaire gebou
wen geruïneerd en de nodige gaten
in de omheining gevallen. In het
begin van de jaren '80 werd een
deel van het terrein beplant. Bij de
bouw van het Golden Tulip hotel
AJb.2. De linie Kijk in de Pot in de 18de eeuw. Foto Archiefdienst.
gingswerk heeft ruim 70 jaar ge
functioneerd, overigens in een be
trekkelijk mstige tijd. In 1698 be
gon men onder leiding van Menno
van Coehoorn aan de modernise
ring van de vesting Bergen op
Zoom. Omstreeks 1700-1701 kwam
het geretrancheerde kamp Kijk in
de Pot gereed. De oude gebastion-
neerde linie werd vervangen door
een stelsel van drie enorme lunet
ten, in feite hoog opgeworpen
taartpunten van zand, die aan alle
zijden bekleed waren met stenen
muren en aan de vijandelijke (zui
delijke) kant voorzien waren van
een doorlopende droge gracht of
galerij en een breed glacis. De 17de
eeuwse redoute werd gesloopt en
in plaats daarvan ontwierp Van
Coehoorn een rechthoekige re
doute onder aan de steilrand, om
zo een beter strijkvuur over de
strandvlakte mogelijk te maken. De
lunetten werden met de volgende
namen aangeduid: van oost naar
west 'Camus', 'Rasant' en 'Kijk in
de Pof. Het redoute heette 'Op het
Schor' of'Slikredoute'. Vanuit lunet
'Kijk in de Pof liep een bedekte
weg naar het noorden. Dit was een
weg die aan de westzijde voorzien
was van een lage aarden wal zodat
transporten voor de vijand onzicht
baar konden plaatsvinden. Het re
doute Op het schor was geheel uit
zand opgebouwd maar had wel aan
drie zijden natte grachten. Aan de
zuidzijde was er een glacis, dat ech
ter continu blootstond aan het af
kalvende vloedwater.
Het nieuwe geretrancheerde
kamp werd beproefd tijdens de
Franse belegering van 1747. Het
was op de fatale 16de september
bezet met 450 man, die nog tot
het laatste moment weerstand bo
den, zelfs toen de Fransen al in de
stad getrokken waren. Een tweede
strijd vond plaats in 1814, toen de
Engelsen in hun poging de ves
ting te veroveren op de Fransen,
onder meer Kijk in de Pot aanvie
len (1).
Afb.3. Opgravingen op de Kiek. Foto auteur.
39