De Renaissance in Bergen op Zoom Twee bijzondere vondsten uit een 17de eeuwse afvalput De Waterschans nr. 4 1999 van Coehoorn. MENNO, barou van COEHOORN, 138 De Waterschans nr. 4 1999 Marco Vermunt Afb.l. De Venetiaanse beker. Archeologisch onderzoek van beer putten en afvalkuilen levert door gaans een grote hoeveelheid voor werpen of delen van voorwerpen op, die gedurende een bepaald tijdvak als kapot of onbruikbaar werden weggegooid. Meestal gaat het om objecten van glas en aarde werk, die bij intensief gebruik ta melijk kwetsbaar waren, na breken niet hergebruikt konden worden en eenmaal weggegooid, in de bodem nauwelijks vergingen. De periode van 'depositie' levert informatie op over de goederen die de bewoners destijds in huis hadden en wat er tezelfdertijd - of hoogstens enkele decennia eerder - in de handel ver krijgbaar was. Zeer zelden worden voorwerpen in afvalputten en kui len gevonden die op het moment van weggooien al antiek waren. Twee van dergelijke vondsten, af komstig uit een afvalkuil achter het pand Blauwehandstraat 2, wil ik hier in het voetlicht piaatsen. Het betreft een bijzondere majolica schotel en een zeldzame glazen be ker. Beide werden in 1994 gevon den tijdens de opgravingen op het terrein tussen de Kettingstraat, Blauwehandstraat en Gouverne mentsplein. Op het voormalige achtererf van het huis 'De For- tuijne' (nu Kruidvat), werd na de sloop van de supermarkt een wir war van funderingen en sporen aangetroifen, afkomstig van gebou wen die in de 14de en 15de eeuw langs de Vuilbeek hadden gestaan en omstreeks het midden van de 16de eeuw weer verwijderd waren Afb.2. Tekening van de beker. De ontbrekende bovenrand is gestippeld weergegeven (tekening auteur). 139 Opfcbrift vox bet Praalgraf, ter gedachtenisfe Afb.6. Opschrift van het van onzen Held opgericht in de Kerke van WykeL praalgraf voor Menno Ter gedachtenisfe van den hoogade- len, dapperen, vroom en, gelukkigen en manhaften Veldheere I. IEUTENAN T-G ENERAAL VA N HET VOET VOLK, GOUVERNEUR VAN STAATS- FLA ANDEREN, EN D F, STERKTEN AAN DE schelde; VAN WEGENS HUN HOOG MOGENDE DE STA ATEN DER VEREENIG- DE NEDERLANDEN,OPPERBES TIERDER VAN DE WERKEN EN VESTINGEN, B B- NEFFENS HET GESCHUT EN VERDERE KRYGSGEREF.DSCHAP; die de hoogftc eerbewyzen en beloo ningen van dapperheid, hem door de grootlte Vorsten van Europa opge- draagen, minder fc battende dan zyn Vaderland, het tcivc xr.vil achter eenvolgende jaaren in den kryg heeft gediend, en na het doorworftelen van zo veel arbeid en moeite, hoog bejaard en ovcrlaaden met Krygseere, Godza- liglyk in Christus ontflaapen is, op den i 7 van Lentemaand des ja ars i 704, in het dsfte jaar van zynen ouderdom, hebben de Kinders(j), aan dien besten der Vaderen grootelyks verpligt, en door zyn affterver h a r t e 1 y k b e d r o e f d dit Gedenkteken ter plaatfe zyner be- graavenisfe opgericht en toegewyd. By r.yne Huisvrouw MAGDALENA VAN SCHEL- tinca, waar mede hy getrouwd is in den jaare i6jx beeft hy verwekr-, GOSEWVN THEOaon US, ïMl- Lli, K UI II 1 K. CA SI M IK (l WCClillge n) CU «KIK- T A U J A ALS O (IH K afstamming der familie zijn de genealogen het niet eens; vermoedelijk was zij afkomstig uit Frankfort a/d Main, niet uit Zweden, zoals J.M. Ebel en anderen betogen Korte levens schets van Menno Baron van Coehoorn' in ver slag Stichting Menno van Coehoorn. 1941- 1945); (3) Ham W. van. Gids voor oud Bergen op Zoom. Antwerpen z.j. Blz.84; (4) Ham W. van. De straatnamen van Bergen op Zoom. Al phen aan den Rijn. 1995. Blz. 61; (5) Ham W. van. Straatnamen a.w. 61; (6) Op zeer verschil lende wijze is Coehoom's leven te boek ge steld. De Friesche hoogleraar Nicolaas Ypey wijdde in 1772 aan zijn daden een Latijns ge denkschrift dat ook in het Nederlands is ver taald. De Eerste Luitenant-Ingenieur J.G.W. Merkes van Gent schreef in 1825 een Memo rie over zijn krijgsgebeurtenissen, maar vooral is belangrijk het werk uit I860 van de kapi tein-ingenieur Jhr. J.W. Sypesteyn, een bekend schrijver op krijgshistorisch gebied. Het bevat de uitgave van een in het Frans gestelde le vensbeschrijving door Coehoom's zoon Go- sewijn Theodoor in handschrift nagelaten, be doeld voor zijn zoon Menno opdat hij de da den van zijn opa nooit zou vergeten. Die be schrijving is in vele opzichten merkwaardig. De vader wordt beschreven als een man van de oude zeden en met een grote deftigheid, maar wint nog aan waarde door de vele van diepgaande studie getuigende aantekeningen die Van Sypesteyn toevoegde. Na veel moeite konden wij dit boekje raadplegen. Het be vond zich in het magazijn van de Rotter damse openbare bibliotheek en werd speciaal voor deze publicatie tijdelijk uitleenbaar ge maakt. Het titelblad vermeldt dat het indertijd een geschenk aan deze bibliotheek was (afb.4). De titel van dit waardevolle boekje luidt: 'Het leven van Menno Baron van Coe hoorn, beschreven door zijnen zoon Gosewijn Theodoor Baron van Coehoorn', uitgegeven en met aanteekeningen vermeerderd door Jhr. J.W. van Sypesteyn, kapitein-ingenieur. In naam van het Friesch genootschap van Ge schied- Oudheid- en Taalkunde, te Leeuwar den, bij G.T.N. Suringa, 1860'. Het boek was oorspronkelijk slechts in handschrift vervaar digd en heette: Menno Baron van Coehoorn, zijn leven, daden en werken, verzameld uit be kende en onbekende bronnen, door J. van Leeuwen, 1836-1854. Dit werk bevat een ko pie van het handschrift van de levensbeschrij ving door zijn zoon Gosewijn in het Fries na gelaten. Bovendien bevat dit werk ook kopiën van de brieven van vorsten en rijksgroten aan Van Coehoorn. Dit werkje werd eigendom van het Fries genootschap, dat het wenste uit te geven. Het handschrift zelf van Menno's zoon was in het bezit gekomen van luitenant- generaal Frederik Willem, graaf van Limburg- Stirum. Deze was na Menno's dood de enige kleinzoon van de grote Van Coehoorn die de familienaam droeg. Doordat dit originele handschrift opnieuw geraadpleegd mocht worden, werd J. van Sypesteyn op het spoor gebracht om de rijksarchieven en het archief van de raadspensionaris Antonis Heinsius na der te raadplegen, zodat er zeker een verant woord beeld van Menno van Coehoorn gege ven kon worden; (7) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 39; (8) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 39; (9) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 19; (10) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 5; (11) Coehoorn M. van. Nieuwe vestingbouw op een natte of lage horis- ont. Leeuwarden 1685. Blz.185; (12) Hendrik Casimir II was stadhouder van Friesland. Gro ningen en Drenthe (1664-1696); (13) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 6; (14) De oorlog tussen Frankrijk eneizijds, het Duitse Keizerrijk, Ne derland, Spanje, Engeland en Brandenburg anderzijds. Deze oorlog werd door de ver bondenen, onder leiding van stadhouder-ko ning Willem III voornamelijk gevoerd tot be houd van het machtsevenwicht in Europa en besloten met de Vrede van Rijswijk; (15) Hier bij zij nog opgemerkt dat de zoon van Gose wijn Theodorus Van Coehoorn ook Menno van Coehoorn heette. Laatstgenoemde over leed in 1801, ongehuwd en was daarmee de laatste afstammeling van de grote Van Coe hoorn; (16) Sypesteyn J. van. Het leven van Menno Baron van Coehoorn. Leeuwarden 1860; Blz. XI. (17) Sypesteyn J. van. Het leven van Menno van Coehoorn a.w. 65. Dëze be schuldiging was afkomstig van een zekere Al- lent: Histoire du corps impéreal du Genie. 1805, waarop de encyclopedie van Erich en Grüber, deel XVIII, blz. 217 zich ook baseerde. Reeds in 1825 toonde de toenmalige eerste luite nant-ingenieur J. Merkes van Gent aan dat er sprake was van een naamsverwisseling (J. Merkes van Gent. Memorie, behelzende eenige der belangrijkste krijgsgebeurtenissen gedumnde het leven van Menno Baron Van Coehoorn. Blz. 20; (18) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 31-32; (19) Kuypers F Geschiedenis der Nederlandsche ar tillerie van de vroegste tijden tot op heden. III. 1872; (20) Senef werd ook wel geschreven als Seneffe. In 1674 leverden Lodewijk II Condé en stadhouder Willem III hier een onbesliste slag; (21) Schukking W. Vestingwerken in Ne derland. Zutphen 1988. Blz. 33; (22) Ypey N. Gedenkschrift a.w. 9; (23) Ypey N. Gedenk schrift a.w. 11; (24) Schukking W. Vestingwer ken in Nederland a.w. 35; (25) De Water schans 3-99. Blz. 88-91(26) Reisverslag (Exacte titel: zie noot 2. De Waterschans 3-99 blz. 91). Blz. 41.

Periodieken

De Waterschans | 1999 | | pagina 15