Boekbesprekingen J. A Duijnhouwer: Het nutsonderwijs bezuiden de grote rivieren. Utrecht 1997 (ISBN 90-393-1952-9). De Waterschans nr. 4 1999 de bedoeling zich in veiligheid te brengen op een schip, dat met het lage tij op het droge vast was blijven zitten. Maar onze mannen brachten hen zo in het nauw dat degenen, die het genoemde schip niet konden be reiken, zich in zee wierpen die een lagune vol aalscholvers leek. Toen zij zagen, dat ze de zeeann die het land binnendringt niet konden over steken, maakten ze rechtsomkeer om toch hun toevlucht te zoeken op het schip en eronder. Maar ze wer den zo in het nauw gebracht door de onzen dat zij, het schip in de steek latend, om niet te verdrinken (onze kant uit) kwamen. En zo voer den de onzen het ook uit, zonder ie mand in leven te laten, alhoewel de mannen op het schip aanboden zich onvoorwaardelijk over te geven. Maar voor de soldaten was het al leen maar een aansporing en ze doodden meer dan honderd perso nen die in het schip (waren) en ze staken de romp van het schip in brand, zodat van de 900 opstande lingen er nog geen zestig ontkwa men. Mondragon stuurde twee van de vijf vendels naar Bergen. De ove rige drie, die te water waren gegaan liet hij op krachten komen om de volgende dag een compagnie Vla mingen aan te vallen, die zich in Sint Maartensdijk bevond en die vesting te veroveren, met de bewaking waar van een andere compagnie belast was. Veel voorname lieden stierven en anderen werden gevangen genomen. De soldaten kwamen er uit met de modder tot aan het middel, beladen met leren borstschilden en haakbus sen en andere wapens. Zo keerden ze terug naar Bergen en ze gingen daar naar de kerk om God te danken voor deze overwinning. Tengevolge van deze nederlaag was het leger van de vijanden in zo'n ontredderde staat dat, als ons leger er toevallig tegenaanloopt, het dat leger gemakkelijk totaal onschadelijk zal maken'. Noten drs. G.A. Huijbregts Kennismaking We hebben wederom een dissertatie voor ons liggen. Ook deze keer van een promovendus die het behalen van zijn doctorstitel uitstelde tot hij met vervroegd pensioen mocht gaan. De heer Duijnhouwer komt uit het onderwijs. Hij stond aan meerdere scholen, alvorens op te klimmen tot docent aan de pedago gische academie van de Maatschap pij tot Nut van 't Algemeen in Eind hoven. Daar in de Lichtstad leerde hij zowel 't Nut kennen als het ka tholieke zuiden. Dat bracht deze Zeeuw, geboren in het overwegend gereformeerde Scherpenisse, op de gedachte eens na te gaan, hoe de onderlinge verhouding tussen de Maatschappij tot Nut van 't Alge meen en de katholieken van de bis dommen Breda, Den Bosch en Roermond was. Zijn studiegebied omvatte Zeeuwsch-Vlaanderen, Noord-Brabant en Limburg. Lange tijd waren deze streken overwegend rooms-katholiek, zij het in Zeeuws- Vlaanderen alleen wat het oostelijk deel betreft. Het boek telt 548 pagina's en is ver deeld in vijf perioden, respectievelijk begrensd door de jaartallen; 1791- 1814; 1814-1859; 1859-1904; 1904- 1945 en de tijd na 1945. De schrijver besteedt in hoofdzaak aandacht aan de onderwijsactiviteiten van 't Nut. Die betreffen vooral het lager- en kleuteronderwijs. De scholen van 't Nut gaan uit van een plaatselijke af deling van de Maatschappij. Zo'n plaatselijke afdeling noemt men een departement. Sinds de oprichting van't Nut in 1784 te Edam door Jan Nieuwenhuyzen 'ter bevordering van het cultureel en maatschappelijk welzijn van individu en gemeen schap, speciaal door onderwijs', zijn er door de vereniging in Nederland in twee eeuwen tijds 750 departe menten opgericht, waarvan 39 in Noord-Brabant, 7 in Limburg en 9 in Zeeuws-Vlaanderen. De eerste plaats in Noord-Brabant met een departement was Bergen op Zoom. De stichtingsdatum is 16 juli 1791. In 1793 volgde Oudenbosch en in 1809 Leur, maar die kenden een kort be staan. Onze belangstelling richt zich vooral op het Bergse departement. Het is niet de eerste publicatie over dit on derwerp. In 1962 verscheen het boek: Streven naar sociale verheffing in een statische stad: een kwart eeuw arbeid van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen in Betgen op Zoom (1791-1816), geschreven door prof. dr. H.FJ.M. van den Eerenbeemt en uit gegeven in Tilburg als deel XI van de reeks Bijdragen tot de sociale en eco nomische geschiedenis van het zuiden van Nederland. Ook Ch. C.M. de Mooij schenkt in zijn boek Over Aris tocraten, Keezen en Preekstoelsklim mers; voorgeschiedenis en totstand brenging van de omwenteling van 1795 te Bergen op Zoom (Tilburg 1981, nummer Lil van boven ver melde reeks) aandacht aan 't Nut. Duijnhouwers proefschrift bestrijkt een groter gebied, een groter tijdvak De Waterschans nr. 4 1999 Affi.l. Zinneprent op de oprichting van 't Nut, getekend in 1786 doorB. de Bak ker. en behandelt alle door de Maat schappij in het zuiden opgerichte bewaarscholen en scholen voor la ger onderwijs. Onze aandacht richt zich uiteraard wat meer op hetgeen de auteur over Bergen op Zoom vertelt, zonder evenwel ons daartoe te beperken. De Maatschappij tot Nut van 't Algemeen Het boek begint met een korte schets van het ontstaan en de doel stellingen van deze vereniging, 't Nut is opgericht te Edam op het einde van de achttiende eeuw (1784), de eeuw van de Verlichting. De stichter is Jan Nieuwenhuijzen, een doops gezinde predikant. Enkele typische opvattingen van de Verlichting lig gen ten grondslag aan de nieuwe vereniging. We noemen: Kennis is deugd; de mens is van nature goed; godsdienstige verdraagzaamheid e.d. Vooral de eerste gedachte prikkelde tot bevordering van het onderwijs. Een ontwikkeld mens ziet in, hoe dom het is om misdaden te bedrij ven en dat zal hem weerhouden om het slechte pad op te gaan. Er werd zelfs beweerd: 'Bouw tien scholen en je kunt weer een gevangenis slopen'. Met de tweede stelling hadden gelo vige mensen moeite, want ze druist in tegen de leer van de erfzonde. Een gunstig gevolg ervan was wel, dat de rechtspraak humaner werd. De derde stelling, de tolerantiege dachte, vloeide voort uit de opvat ting, dat alle godsdiensten gelijk zijn. Het menselijk verstand is immers niet in staat om uit te maken, op welke manier God gediend wil wor den. De Verlichting pleitte dan ook voor afschaffing van de staatskerk Het zijn ideeën die we ook tegenko men bij dat andere kind van de Ver lichting, de Vrijmetselarij. Dat droeg ertoe bij dat vele leden en vrienden van de Maatschappij tevens lid wa ren van een loge. Ook in Bergen op Zoom was dat het geval. Een andere trek van 't Nut was lange tijd de afkomst van de vereniging uit het protestantisme, zij het uit de niet-orthodoxe hoek 't Nut was meer oecumenisch ingesteld. Pas in 1969 is de christelijke grondslag uit de statuten verwijderd. Het onder wijs op de nutsscholen was vanaf het begin neutraal. Er werd geen gods dienstles gegeven, (p. 57 e.v.) Toch zou die protestantse oorsprong bij dragen tot een afwijzing van 't Nut door de katholieken. Het departement van Bergen op Zoom Dat Bergen op Zoom al zo spoedig een departement had, dankte het aan de omstandigheid dat Bernar- dus Bosch in die jaren in de stad als dominee werkzaam was. Hij was een naaste medewerker van Jan Nieu wenhuyzen. Hij kreeg in de stad veel medewerking van Willem van Riemsdijk en Steven van Bronkhorst. Als vurige patriotten waren ze in 1787 uit Arnhem weggevlucht uit angst voor de wraak van de Prinsge- zinden. Ze gingen in Antwerpen wo nen en verhuisden in 1790 naar Ber gen op Zoom, waar ze zich als boek drukker en boekhandelaar vestigden. Beiden werden ze bestuurslid van het Bergse nutsdepartement. Op de oprichtingsvergadering daarvan wa ren 22 personen aanwezig. Gideon van den Bergh werd de eerste secre taris. Drie katholieken gaven zich op als lid. In die tijd woonden er in Ber gen circa 4.000 katholieken en on geveer 1650 protestanten. Het aantal leden van het departement was in 1791 22, in 1795 precies 100, in 1805 nog 10 en vijfjaar later 16. Aanvankelijk ging de aandacht van het departement alleen uit naar de oprichting van een school. In het be stuur zaten onderwijzers zoals Jacob Timmerman, hoofd en kostschool houder van de Franse school; Abra ham de Wilde, hoofd van de open bare school en P. Blaskens, hoofd van de openbare school van Os- sendrecht. De openbare school van toen was in feite een protestantse school. Alleen hervormde leerkrach ten kwamen in aanmerking voor een benoeming en de door hen ge bruikte boeken waren kerkelijk goed gekeurd door de van hogerhand be voorrechte hervormde kerk. De Nutsschool van Bergen op Zoom Eind 18de eeuw waren in Bergen op Zoom veel armen. Hun kinderen ge noten praktisch geen onderwijs en hadden als analfabeten weinig mo gelijkheden om iets van hun leven te maken. Voor de gemeenschap waren ze een schadepost, want ze moesten leven van de bedeling. Bovendien was het een crisistijd met veel werk lozen. Het Bergse nutsdepartement besloot om de zaak zeer praktisch aan te pakken en onderwijs te com bineren met werk. Daarvoor richtte het een spin-, brei- en leerschool op voor de kinderen onder de 12 jaar en een avondcursus voor de kinde ren ouder dan 12 jaar. Daarnaast kwam er ook nog een avondteken- school. Op 19 april 1794 ging er een verzoek uit naar de gemeente voor het oprichten van de eerstgenoemde school en binnen een maand was de toestemming binnen. Er was slechts een restrictie: In de school mochten geen oranjeliedjes worden gezon gen. De meisjes leerden er sokken en kousen breien en de jongens wer- 161 (1) Ham WA van. Merck toch hoe sterck. Stu dies uit Bergen op Zoom 4, 1982, p.44 en 46; (2) Motley j.L. La Revolution des Pays-Bas au XVIe siècle, T.3, p.326,327; (3) Met dank aan oud-collega Tj. de Jong voor zijn hulp bij de vertaling.

Periodieken

De Waterschans | 1999 | | pagina 26