De Waterschans nr. 1 2000 toch lukte het Karei IV om zijn broer vrij te krijgen, zij het uiteraard in ruil voor een hoge losprijs, op te brengen door de Brabanders en Limburgers. De Bergenaar moest in zijn buidel tasten - niet alleen hij natuurlijk - en heer Hendrik II, die flink meegevochten had, kwam ook bij deze gelegenheid zijn leenheer met een grote som tegemoet. De lasten van de op te brengen losprijs trachtte men zo eerlijk mogelijk over het hele hertogdom te sprei den en daarom had er in 1374 een volkstelling plaats, dat wil zeggen een telling van de volwassenen die gedurende driejaren achtereen een bepaald bedrag konden betalen. Bergen op Zoom bleek 1799 derge lijke poorters binnen haar muren te hebben. Het was daarmee een be scheiden stadje, heel wat kleiner dan bijvoorbeeld Antwerpen. Onrust in de steden en op het platteland Naast de oorlogen tussen de staten onderling waarbij dorpen en ste den het moesten ontgelden, heer ste er in de Nederlanden in die ja ren ook heel wat onrust binnen de steden. De macht in een Middel eeuwse stad lag gewoonlijk in han den van enkele rijke families, de patriciërs. Macht corrumpeert en ook de rijke poorters bezondigden zich daaraan. Naarmate de gilden zich meer bewust werden van hun rol en betekenis voor de welvaart van hun stad, durfden ze meer in spraak en invloed op het bestuur te eisen. Dat leidde nogal eens tot opstanden en revoluties. De anna len van bijvoorbeeld Brugge, Gent, Brussel, Leuven en Luik kennen bloedige botsingen. Ingrijpen van hogerhand door hertog, bisschop (Luik!) of heer moest de gemoede ren dan weer tot bedaren brengen. Op 15 april 1380 sloten de vorsten van Vlaanderen, Brabant, Holland en Henegouwen zelfs een verdrag van onderlinge bijstand tegen volksopstanden. Ook drie boeren opstanden, spontane woedeuit barstingen van uitgemergelde boe ren, deden de bezittende klasse de schrik om het hart slaan. We heb ben het dan over de opstand van de 'Kerels van Vlaanderen' in 1328, de zogenaamde Jacquerie van de Franse boeren in 1358 (Jacques Bonhomme oftewel Sjaak Goedzak is een bijnaam voor de Franse boer) en het oproer van Engelse boeren in 1381. De Bergenaren en de boeren van Wouw en de Zuid westhoek hielden zich voor zover bekend rustig in deze jaren. Het Groot Privilege van 1365 De datum 20 januari 1365 is in de geschiedenis van Bergen op Zoom een belangrijke mijlpaal. Op die dag besloot heer Hendrik 1 om 'onse goede lieden der poort van Berghen' een Groot Privilege te 'schenken'. Het tijdstip was mis schien wat ongewoon - je verwacht zo'n 'blijde inkomste' eerder bij het aantreden van een nieuwe heer -, welkom is zo'n cadeautje altijd. Maar het was veel meer dan dat. In het Groot Privilege werden zoals gebruikelijk alle vroegere privileges weer bekrachtigd. Er stond dus op nieuw in dat de poorters van Ber gen waren vrijgesteld van alle heffingen ten gunste van hun heer, uitgezonderd dan de vier bekende uitzonderingen: het loskopen van de heer, de ridderslag van zijn zoon, het huwelijk van zijn dochter of het meedoen van de heer aan een kruistocht. Nieuw was de be paling dat een Bergenaar niet op de pijnbank gelegd mocht worden. Dat was aardig meegenomen na tuurlijk maar veel belangrijker was de promotie van de twee jaarmark ten van Bergen op Zoom tot vrije jaarmarkten. Daarmee gaf Hendrik I eigenlijk meer dan hij kon waar maken: maar gelukkig voor Bergen op Zoom was zijn heer uitgegroeid tot een man met invloed in het hertogdom en dat maakte veel goed. Eerst iets over jaarmarkten. Bij het drijven van handel is er behoefte aan plaatsen waar kopers en verko pers elkaar treffen, een markt, hal of beurs. De donderdagse week markt kent Bergen op Zoom al eeuwenlang. Ze was en is meer be doeld voor de stad en de naaste omgeving. Een jaarmarkt mikte op de handel van verre. Reeds voor het jaar 1000 waren bijvoorbeeld de zes jaarmarkten van Champagne (Troyes, Provins, Noyon e.a.) zeer bekend. Daar ontmoetten de koop lieden van Noord-Italië hun colle ga's uit Vlaanderen, Engeland, Rijnland enz. Op vaste tijden arri veerden ze er met hun waren en hadden dan een week nodig om al les uit te stallen, enkele dagen voor het laten zien van hun aanbiedin gen, enkele weken voor de echte handel en daarna weer meerdere dagen voor het regelen van de be talingen, het opruimen en het ver trekken naar de volgende jaar markt. Alles bij elkaar duurde zo'n markt toch wel een week of zes. Het was voor de koopman altijd prettig als een andere jaarmarkt, liefst niet te ver weg, nauw aansloot bij de zo juist door hem bezochte. Een vrije jaarmarkt had twee grote voordelen boven een gewone, niet- vrije, jaarmarkt, te weten markt- vrede en geleide. Dat waren de twee toverwoorden. De marktvrede hield in dat tijdens een vrije jaar markt niemand mocht worden ge arresteerd vanwege onbetaalde re keningen van een stadgenoot. Na tuurlijk waren er ook toen wanbe talers. Als men die niet voor de rechter kon slepen, omdat ze bij voorbeeld uit een andere stad kwa men, dan gijzelde men een wille keurige stadgenoot van de schul dige tot die de rekening had vol daan. Op een vrije jaarmarkt mocht dat niet. Het geleide betekende dat de koopman die op weg was naar een vrije jaarmarkt of daar vandaan kwam, onderweg om geen enkele reden mocht worden lastiggevallen, tenzij hij zelf in overtreding was. Natuurlijk was voor het handhaven van dit privilege de medewerking van de overheid nodig die de eer biediging van die voorrechten des noods met geweld kon afdwingen. In het geval Bergen op Zoom was de eerstaangewezene wat dat be treft de hertog van Brabant. Het zal wel aan de goede contacten van Hendrik I met Wenceslas en Jo hanna toe te schrijven zijn, dat van die kant alle medewerking werd verleend. In hun Blijde Inkomste hadden zij trouwens reeds het vrije verkeer over de Brabantse wegen gewaarborgd. Er moesten evenwel vaak meerdere grenzen worden ge passeerd en niet altijd ging dat zon der problemen. De archieven van Bergen op Zoom bevatten heel wat processtukken over schending van de vrije marktrechten. Een beroep op de hertog bood dikwijls uit komst, soms zelfs als de hertog zelf de schuldige was. Naarmate de handelswereld meer overtuigd raakte dat het Groot Pri vilege van Bergen op Zoom geen dode letter was, groeide internatio naal de belangstelling voor de stad. Zij kende een Paasmarkt en een 20 De Waterschans nr. 1 2000 Koudemarkt. De Paasmarkt werd officieel aangekondigd op Witte Donderdag, begon enkele dagen na Pasen en eindigde ongeveer zes weken later. De aankondiging van de Koudemarkt gebeurde op 1 no vember (Allerheiligen) en de ope ning was dan 14 dagen daarna. Het zijn deze twee jaarmarkten ge weest die veel hebben bijgedragen tot een tijd van economische bloei en welvaart van de jonge stad Ber gen op Zoom. De verheffing tot vrije jaarmarkten kwam eigenlijk op een gunstig moment. De mark ten van Champagne raakten uit de gratie door de onrust en de onvei ligheid van de Honderdjarige Oor log en door het feit dat de Italianen liever met schepen rechtstreeks naar Brugge reisden. Prettig voor de kooplieden was ook dat de Bergse Paasmarkt gevolgd werd door de Antwerpse Pinkstennarkt, die na sluiting weer aansloot bij de Mid delburgse markt en die weer bij de Antwerpse Bamismarkt. Zo ont stond er een lange, aaneengesloten periode van ongestoord handeldrij ven. Van het stadsbestuur werd heel wat initiatief vereist om tijdig de nodige infrastructuur in huis te hebben. Het onderbrengen van de talrijke reizigers, het bergen van grote hoeveelheden goederen van allerlei aard, het sluiten van han delscontracten en het vastleggen van betalingsbeloften voor de sche penen, het handhaven van de goede orde, het beslechten van ge schillen, het wisselen van geld, dat alles vergde veel van de overheid van een bescheiden stadje. In een volgend hoofdstuk zullen we zien hoe Bergen deze uitdagingen pa reerde. De Cruysommeganck Aan de jaarmarkt werd graag een godsdienstig element verbonden, een kerkelijk feest met een proces sie of ommegang. Er waren bij zo'n markt teveel mensen op de been om daar niet op in te spelen. Een grote processie was altijd wel een trekpleister, vooral als daar een of andere wonderbaarlijke gebeurte nis aan ten grondslag lag. Nog gro ter werd de aantrekkingskracht als er nieuwe wonderen gebeurden zo als plotselinge genezingen, alleen mogelijk door een ingrijpen van hogerhand. De hemel had ook Ber gen voorzien van een miraculeus voorwerp, een oud kruis. Het bij zondere ervan was dat het tegen de stroom in op het Scheldestrand was aangespoeld een reden om dit kruisbeeld bijzondere eer te bewij zen. Dat gebeurde elk jaar met een Heilig Kruis Ommegang op de tweede zondag na Pasen, midden in de Paasmarkttijd. Even moesten alle handelsbeslommeringen wij ken voor de serene rust van een plechtige processie door de hoofd straten van de stad. Uit de stadsre keningen blijkt dat zowel de we reldlijke als de kerkelijke overheden er alles aan deden om groots uit te pakken. Ambachtsgilden, schutte rijen, broederschappen, gezagsdra gers hadden hun eigen plaats in de ommegang. Ook het Allerheiligste werd meegedragen, evenals het wonderbaarlijke kruis en het beeld van Sint Gertrudis. Bekende tafere len uit de Bijbelse geschiedenis werden plastisch uitgebeeld en zelfs het folkloristische element ontbrak niet. Aanzienlijke sommen vulden de kerkkas en deden Bergen op Zoom dromen van een hele in drukwekkende kerk, een nieuw visi tekaartje voor de stad. De rampen van de veertiende eeuw en Bergen op Zoom Het valt op dat Bergen op Zoom en in ruimer verband Brabant, weinig sporen van de rampen van de veer tiende eeuw hebben nagelaten, al thans veel minder dan menige an dere streek in Europa. Dat Brabant helemaal de dans ontsprong, is te kras uitgedrukt, maar dat de Ne derlanden in vergelijking met grote andere delen van Europa vrij gun stig zijn weggekomen, is door re cente onderzoekingen bevestigd. De problemen begonnen eigenlijk al in 1316 met een zeer ernstige hongersnood door een totale mis lukking van de oogst. Van de Pyre neeën tot Rusland en van Schot land tot Italië viel nagenoeg niets binnen te halen. Het gevolg laat zich raden. Een deel van de bevol king kwam om en wie de ramp overleefde, bleef danig verzwakt achter, de gefortuneerden uitge zonderd. In 1337 begon de Honderdjarige Oorlog (1337-1453), eigenlijk van oorsprong een dynastieke oorlog of successieoorlog, maar voor de ge wone man op het platteland maakte dat niets uit. Hij beleefde elke oorlog als het plunderen, brandschatten en verwoesten van zijn schamele bezittingen en het opbrengen van onmogelijke lasten, zo hij het er al levend afbracht. Huursoldaten begonnen de adel lijke legers te verdringen. Ze hiel den er geen idealen op na en voch ten voor de meestbiedende. Afge dankte troepen vormden dikwijls criminele benden. In het begin van de Honderdjarige Oorlog kwam het buskruit in de mode. De slimme westerse mens ging zijn vernuft gebruiken om 'beter' wa pentuig te bedenken. De wapen wedloop was begonnen. De har nassen raakten langzaam uit de tijd en de steden schakelden over op aarden wallen. Die waren moeilij ker op te blazen. Hongersnood en oorlog baanden de weg voor de zwaarste ramp, de zwarte dood of pest. Dit was een zeer besmettelijke ziekte die uit Azië, via de Krim en Konstantinopel op schepen van Genua in 1347 Europa bereikte. Vandaar verspreidde de ziekte zich in een razend tempo over heel Eu ropa tot in Scandinavië toe. Voor een sterke, goed doorvoede patiënt waren er overlevingskansen, maar juist die groep was weinig talrijk. De angst sloeg toe en groeide soms uit tot razernij die zich keerde te gen bijvoorbeeld geldschieters zo als joden en lombarden. De gekste geruchten deden de ronde: de jo den zouden de waterputten heb ben vergiftigd. Anderen zagen in de pest de gesel Gods. God strafte de mens voor zijn vele zonden. Hoe kon men Gods toom bedaren? Door boete te doen. Zo ontstond de beweging van de flagellanten, mensen die in processie van de ene stad naar de andere trokken om zich in het openbaar tot bloe dens toe te geselen. Kerk en staat stonden machteloos tegenover zo veel onheil. We noemden ook reeds de drie boerenopstanden van deze eeuw. Het wegvallen in som mige streken van de helft of meer van de bevolking, had uiteraard grote gevolgen voor de economie en de welvaart. De verliezen in de steden werden voor een deel ge compenseerd door de trek van ve len naar de stad. Hele dorpen stier ven uit en vormden de zoge naamde lost villages of Wüstungen. Voor Bergen op Zoom had de eeuw nog een bijzondere, onaange name verrassing in petto. Het mocht dan wellicht enig geluk heb ben wat betreft 'pest, hongersnood 21

Periodieken

De Waterschans | 2000 | | pagina 12