/:wiN0
t
j.'
De Waterschans nr. 1 2000
Ajb.2.
zeewater en regelmatig voorko
mende grotere of kleinere dijkdoor
braken, waarschijnlijk nog slechter
begaanbaar geweest zijn. Kortom,
met uitzondering van de buitendijk
(zie de linkerpijl), een weinig aan
trekkelijk militair operatiegebied
voor aanvallen op de haven en/of
de stad.
De militaire situatie in de
tweede helft van de 16de eeuw
Bekend is natuurlijk dat de Spaanse
hertog Alva in 1567 met een leger
van 10.000 man naar de Nederlan
den werd gezonden om orde op za
ken te stellen.
Van invloed op de militaire situatie
in markiezaat en stad waren vanaf
dat moment de navolgende drei
gingen, schermutselingen en daad
werkelijke gevechten:
- na 1567 vonden via de Hollandse
en Zeeuwse wateren ettelijke door
Geuzen uitgevoerde plundertoch
ten plaats, onder meer in de omge
ving van Halsteren en Ruigenhil
(later Willemstad); - in 1572 vond
de inname plaats van Den Briel
door de Geuzen; later volgden nog
meer veroveringen van Zeeuwse
steden;
- in 1572 werd een heuse verras
singsaanval gedaan op het in
Spaanse handen zijnde Bergen op
Zoom, die evenwel mislukte;
-in 1573 werden de Geuzen door
de Spanjaarden verdreven van de
dijk bij Polre.
- in januari 1574 vond een zeege
vecht plaats tussen Spanjaarden en
Geuzen voor het dicht bij de stad
gelegen Reimerswaal; dat was voor
de Spaanse koning aanleiding om
opdracht te geven tot verbetering
van de vestingen Steenbergen, Tho-
len en Bergen op Zoom. Dat gebied
moest kennelijk zijn "springplank tot
Zeeland" worden.
Alhoewel onze stad toen geen (om
vangrijke) Spaanse militaire bezet
ting had te verduren, broedden in
Spaanse dienst zijnde Italiaanse in
genieurs hun plannen uit om de
vestingwerken van de stad te mo
derniseren. Door geld- en tijdge
brek is van de uitvoering maar am
per iets terechtgekomen;
- in 1577 volgde tenslotte de verras
sende inname van de stad door
Staatse (Zeeuwse) troepen door
middel van een krijgslist; zowel de
stad zelf als haar Staatse bevrijders
beschikten echter over onvol
doende financiën om hun verbete
ringen aan de vestingwerken met
kracht ter hand te nemen.
Ook na de inname door Staatse
troepen bleef de militaire situatie
rondom de stad hachelijk en onze
ker:
- In 1581 ontsnapte Bergen op
Zoom tijdens Parma's tegenoffen
sief vanuit de Zuidelijke Nederlan
den maar ternauwernood aan een
Spaanse verrassingsaanval;
- In 1582 droeg de katholieke mar
kies Jan van Wittem het dicht bij
de stad gelegen Kasteel van Wouw
over aan de hertog van Parma. Dat
kon de Spanjaard natuurlijk onder
meer gebruiken als uitvalsbasis in
de richting van Bergen;
- in 1583 kwam Steenbergen op
nieuw in Spaanse handen;
- in 1584/'85 vond een succesvolle
Spaanse belegering van Antwerpen
plaats.
Kortom, het gereedkomen van de
Spaanse springplank naar Zeeland
hing alleen nog maar af van de ver
overing van het Staatse Bergen op
Zoom.
Het Spaanse beleg van 1588
De militaire gebeurtenissen tijdens
dit beleg zijn in 1610 op een in to
pografisch opzicht bijna ontroe
rend primitieve, maar niettemin ge
detailleerd vastgelegd op een gra
vure, die is vervaardigd door een
zekere Bartholomeus Dolendo. Het
is dan ook de moeite waard om
deze prent te bestuderen en wel
licht bij de gemeentelijke archief
dienst een kopie daarvan te bestel
len om haar te gebruiken als inte
ressante en bovendien smaakvolle
wanddecoratie. Voor mijn doel
maak ik echter liever gebruik van
een meer exacte kaarttekening uit
Van Ham (zie fig 2).
Gebleken is dat de Spaanse bele
geraar Panna destijds heeft gepro
beerd om een totale insluiting over
land te voltooien. Uit overgeleverde
gevechtsverslagen blijkt dat deze
operatie ten noorden van de stad
jammerlijk is mislukt dankzij de in
undatie van het Noordland.
De inmiddels omstreeks 1585 toch
nog gebouwde versterkingen, aan
gegeven met de nummers 4 en 5,
alsmede een tijdens dit beleg nog
door Bergse poorters opgeworpen
werk (gemerkt met nummer 6 en
de 'Borgerschans' genoemd) moes
ten de haveningang beveiligen en
een eventuele opmars vanuit het
zuiden over de buitendijk van het
Zuidland beletten. Ook daar blijken
de Spaanse pogingen tot totale in
sluiting te zijn mislukt vanwege en
kele dijkverzakkingen.
Het optreden van
de Staatse belegerden
Al eerder werd vermeld dat het niet
al te best gesteld was met de ves
tingwerken van de stad. Terzijde
moet nog worden opgemerkt dat
tot op heden niet is bewezen dat
de hele stad was ommuurd; het is
vrijwel zeker dat er op diverse
plaatsen slechts eenvoudige aarden
wallen geweest moeten zijn. Ook
die zullen waarschijnlijk niet aan
de eisen van die tijd hebben vol
daan. Een verdediging, gevoerd van
28
De Waterschans nr. 1 2000
Ham aangegeven wat zoal de doe
len waren waarop die uitvallen
hebben plaatsgevonden; het betrof
veelal hoger gelegen terreindelen
rondom de vesting, van waaruit de
vijand de stad goed kon waarne
men en/of bestoken. Het betreffen
de sterretjes, gemerkt met de letters
B, C, E, F en H, die respectievelijk
de navolgende hoogtes aangeven:
de Rijsselbergen (waarop de uitval
is gedaan, die Jan Luyken heeft ver
eeuwigd), de Vari Bogaertsberg, de
Holwegenberg, de Wijngaardberg
en tenslotte de Raayberg(en).
Natuurlijk krijgt in dit kader de
Holwegenberg de meeste aan
dacht. Het betreft hier dus kenne
lijk een hoogte met een of wellicht
meer holle weg(en), die een vijand
vrijwel ongezien kon bezetten en
van waaruit men de vesting en de
haven(-ingang) met kanonvuur kon
bestoken.
De lessen uit dit beleg
Allereerst moet worden vermeld
dat de veldheer Parma, na de jam-
melijke ondergang van de Armada
in de eerste helft van augustus,
wilde proberen om te land nog
enig succes te boeken. Betrekkelijk
kort voordat de winterkwartieren in
de Zuidelijke Nederlanden betrok
ken zouden worden, leek Bergen
op Zoom een gemakkelijke prooi.
Maar al hun pogingen bleken ver
geefs dankzij het alerte en dappere
optreden van de vestingverdedigers.
Al bij al, de reputatie van Bergen
op Zoom als grensvesting van de
piepjonge Republiek was gevestigd.
achter die ouderwetse muren en
wallen zou al snel geleid hebben
tot een overgave.
De verdedigers restte slechts één
mogelijkheid om zich de aanvaller
zo veel mogelijk van het lijf te hou
den: aanvallend optreden buiten
de stadsmuren. Dat gebeurde dan
door het uitvoeren van zogenaamde
'uitvallen': onverwachte snelle ac
ties, veelal uitgevoerd door ruiterva
nen op zojuist ingenomen of an
dere, voor de stad gevaarlijke vijan
delijke opstellingen. Zij moesten in
de eerste plaats verwarring stichten
en een (plaatselijke) vlucht van de
vijand veroorzaken. In ieder geval
moest een beslissend gevecht (een
gevecht 'op leven en dood') worden
vermeden. Daarna keerden de rui
ters weer terug achter de muren.
De Engelse uitdrukkingen 'raid' en
'hit and run-actions' verduidelijken
dit wellicht nog. Naast die verwar
ring en verliezen bij de vijand werd
zij daarmee ook zo veel mogelijk
belet om de stadsmuren te nade
ren. Tenslotte werd de vijand hier
mee ook duidelijk gemaakt dat de
belegerden niet van plan waren om
zich over te geven. Ik verwijs voorts
nog naar een ets, die de dichter en
graveur Jan Luyken omstreeks 1680
vervaardigde; daarmee krijgt de le
zer een indruk hoe het er bij een
uitval ten noorden van de stad zo
ongeveer aan toegegaan moet zijn.
Ook deze prent is als kopie bij het
gemeentelijke archiefdienst voor
handen.
Tijdens dat twee maanden durende
beleg zijn dan ook ettelijke uitval
len gedaan. Op fig. 2 heeft Van
Afb.4.
29
/°EP JANNEN
HEER
V BOUDEW1JJ4S
V^OlDER
VN.%,
BROOLOZE
BEI JMOfcR
Halsteren
h-
Kamp *on
Noordgee
HOORDIANO
-0/Aj1
EO 1-U/ vi'
~C
\Mouwsew
3
IGEN OP
ZOOM
kwartier
ZUIDLAND
P/ U.VJ» Parm* F- t
>G v
Yy I
Kasteel Antwerpen
Spa
K wartie