't Waterhuisje
De Waterschans nr. 1 2000
opgesteld stond in het hart van de
draaimolen en achter het orgel.
De 250 fietslampjes van 8 volt. van
het in- en exterieur, werden in het
begin van stroom voorzien door de
daarvoor bestemde machines. Die
werden gestookt met petroleumver-
gassers met een druk tot 5 atmo
sfeer. Ze bevonden zich onder de
machines in het carrouselplateau
in met metaalplaat beschermde
ruimten in de uitstalkast.
De miniatuurcarrousel en de ma
chines zijn technisch vernuftig ge
maakt en een vrij nauwkeurige
kleine kopie, zowel qua uiterlijk als
mechanisch, van echte carrousels
zoals die in het begin van de 20e
eeuw in zwang waren en functio
neerden (5).
Waarschijnlijk om redenen van
praktische aard en mogelijk ook
omdat hij een beetje met zijn tijd
mee wilde gaan, is Piet de Vries in
een later stadium de technische
voorzieningen gaan aanpassen.
Hij heeft de aanwezige machines in
principe wel gehandhaafd, doch ze
zodanig geïntegreerd dat alles op
electrische stroom van het lichtnet
kon functioneren. Bovendien is de
huidige configuratie van machines
en salonwagen niet de oorspronke
lijke.
Verder is na de aankoop te Bergen
op Zoom eerst door vrijwilligers
van de stichting 'Kennis en Proces
sies' en vervolgens door medewer
kers van het museum met name
aan de techniek gerepareerd, gewij
zigd en gesleuteld. Dat allemaal
met de bedoeling de molen weer te
laten draaien en de lampjes te
doen branden op het lichtnet. Al
die bezigheden hebben helaas niet
het gewenste resultaat gebracht.
Door de circa zeventigjarige leeftijd
van de miniatuurcarrousel, door
het intensief gebruik ervan gedu
rende jaren en door het veelvuldig
monteren - demonteren - transpor
teren, maar ook door het soms on
nodig sleutelen eraan vertoont de
carrousel nogal sleet en manke
menten en is hij aan een gehele
restauratie toe.
Het zou fantastisch zijn indien dan
de machines weer authentiek func
tioneel zouden kunnen worden.
Daardoor zou dan recht gedaan
worden aan de benaming boven de
kassa op het voorfront.
Het draaien van de molen, de voe
ding voor de feeërieke verlichting
en de geluidsvoorziening zouden
afzonderlijk buiten de oude me
chanismen om gerealiseerd moe
ten worden, eventueel computer
gestuurd. De machines maken de
nog complete miniatuur-stoomcar-
rousel van Piet de Vries namelijk
uniek en hij onderscheidt zich
daarmee nadrukkelijk van andere
kermisminiaturen. Het zou in meer
opzichten aantrekkelijk zijn indien
dat zo kon blijven of zou kunnen
worden hersteld.
Enkele détailgegevens over de carrousel
Zie afbeelding A en B.
SchaalDe carrousel en de woonwagen zijn gebouwd op een schaal
van 1 15. De lichtmachine en de locomobiel hebben een ietwat af
wijkende schaal. Uitstalkast: draaibaar om zijn as, bovenaan ca. 75 x 190,
h: tot vloer 110 cm, uitgekraagd plateau. De ruimte in de kast fungeerde
ook als berging. Voorfrontdrie traveeën, 1: 170, h: 75 cm. Caironsel-
ruimte: onder tentdak van zeildoek, breed binnenwerks 117, zijschot
ten met spiegels h: 40, nokhoogte 62 cm.
Lichtmachine (wagen) ca. 24 x 52, h: 40 cmKolenberging (naast licht
machine) ca. 15 x 17, h: 7 cm. Locomobiel (verplaatsbare stoomma
chine) 1: 42, h: 26 cm. Salonwagen (compleet gemeubileerd) 1: 50, h:
21 cm. Muziek: Werd in voorzien met behulp van een grammofoon en
platen opgesteld in de uitstalkast.
Samenvatting gebruikte materialen: Hout, triplex, spiegel, ijzer, koper,
zink, blik, koperen centen, verf, bronsgoud, zilver van juweeltjes om te
solderen. Weinig van de materialen zijn gekocht, voornamelijk bijeen-
gescharreld. Kopen was in de crisis- en de oorlogsjaren nauwelijks
mogelijk. Het waren jaren met armoede.
Noten
36
De Waterschans nr. 1 2000
A van Oost
•raw
Gedurende 1986 en 1987 werd er
bodemonderzoek verricht in de
polders van Halsteren tussen het
dorp Halsteren en de stad Tholen
en de Oosterschelde. Het onder
zoek vond plaats op een locatie
waar vermoedelijk een herberg
heeft gestaan aan het Lange Water,
een inmiddels afgesloten vertak
king van de Oosterschelde. De lo
catie wordt ook wel de Verkorting
genoemd en men stak er over van
en naar het eiland Tholen. Het on
derzoek van de bodem werd uitge
voerd door amateur archeologen
van de Werkgroep Archeologie van
de Heemkundekring Halsteren-Le-
pelstraat 'Halchterth'. Aanvankelijk
was het gericht op het vaststellen
en bepalen van de ouderdom van
de bewoningssporen. Echter, de
opgraving aan de voormalige vaar-
verbinding tussen de Noordelijke-
Dordrecht en Rotterdam) en Zui
delijke (Antwerpen) Nederlanden
bracht onverwacht een ongekende
hoeveelheid gebruiksvoorwerpen
aan het licht. Het betrof honderden
vondsten van Bergs, West-Fries en
Delfts aardewerk, alsmede steen
goed, glas en tinnen vondsten uit
de 17e en 18e eeuw.
Halsteren ligt op een kruispunt van
de Noordelijke- en Zuidelijke Ne
derlanden, maar ook van Brabant
(Breda) en Zeeland (Vlissingen,
Goes en Middelburg). Halsteren
ligt tussen de steden Bergen op
Zoom, Tholen en Steenbergen en
de verdronken stad Reimerswaal.
Halsteren, als kustplaats gevestigd
op de West-Brabantse zand- en
leemgronden met kleipolders aan
de voet van het dorp en bossen aan
de oostkant, gelegen in de nabij
heid van de markten van eerder ge
noemde steden, moet een enorme
pluriformiteit gekend hebben in
haar bestaan in de 17e en 18e
eeuw. Het jaarboek ligt hier een
tipje van die sluier op.
Historie
Voor de vorming van de gemeente
Halsteren in 1810 bestond het ge
bied uit de vier heerlijkheden Hal
steren, Noordgeest, Auvergne- en
Glimespolders en de Oud en
Nieuw Beijmoerpolder. De plaats
van de opgraving bevindt zich aan
de rand van de Auvergnepolder
aan de westkant van het Lange Wa
ter. In de 13e eeuw werd voor het
eerst melding gemaakt van de pol
ders. Het waren voornamelijk de
heren van Borselen die zich met de
inpoldering bezig hielden. Het ont
staan van de polders met haar vaar
wegen en bewoning wordt beschre
ven in het hoofdstuk Historie. Tij
dens de Tachtigjarige Oorlog ko
men de polders weer onder water
te staan en pas na het verslaan van
de Spaanse armada op de Zeeuwse
wateren wordt er weer over herin
poldering gesproken. Op 20 mei
1687 wordt toestemming verleend
door de Staten Generaal. Er zal
eerst nog veel water door de
Schelde stromen, voordat daadwer
kelijk de bedijking is uitgevoerd. In
1692 is het dan zover, maar de ver
deling van de polders brengt veel
ruzie teweeg, omdat iedereen vindt
dat het aan hem toegewezen ge
deelte te klein is. In 1693 wordt
deze kwestie geregeld.
Opgraving
Gedurende 1986 en 1987 en met
een na-onderzoek in 1988 werd er
bodemonderzoek venicht in de
polders van Halsteren. Het ging om
een kort durende opgraving die
vanwege omstandigheden in en
kele weken werd uitgevoerd. De ge
meente Halsteren zou er vissteigers
gaan bouwen. Uit de vondsten
bleek dat de polders regelmatig
werden getroffen door overstromin-
37
(1) De stichting is ingeschreven in het stichtingenregister van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Westelijk Noord Brabant te Breda onder nummer S. 102.800 - Zie 'Handel en
Wandel'. Shell-journaal van markten en kermissen door Maurits van Rooijen. Uitgave no. 25
van Shell Nederland B.V., december 1985; (2) Catalogus 'Komt dat zien - De Amsterdamse ker
mis in de negentiende eeuw' - van 2 juni t/m 29 augustus 1976 in het toneelmuseum te Am
sterdam. De tentoonstelling hield verband met het gelijktijdig verschijnen van het boek met de
gelijknamige titel, geschreven door Marja Keyser. (3) 'Uit de oude doos - J.W. Janvier Stoom-
carrousel', door J. Tjeertes Sr. in de Kermisgids van 20-06-1979; (4) Meerdere gegevens werden
ontleend aan een interview met P. de Vries verschenen in een nummer van het orgaan van de
voormalige neutrale kennisorganisatie 'Ons Belang' in 1955. Een organisatie waar Piet de Vries
ook lid van was. (5) Fried, Frederick 'A pictural history of the carousel', Cranbury, New Jersey
1964. - Weedon. Geoff and Ward, Richard. 'Fairground Art'. The art fonns of travelling fairs, ca
rousels and carnival midways. Brighton, 1981 (White Mouse Edition).
NB: Schrijver van dit opstel is mede-oprichter en vice-voorzitter van de stichting 'Kermis en
Processies'.
Met waardering voor Tonnie Booij-Kroese vanwege haar intense betrokkenheid en assistentie
bij het verwerven en vervolgens demonteren en monteren van de miniatuur-carrousel - Piet de
Vries.
Met dank aan Lisette de Wit-Besters voor haar medewerking aan dit artikel.
Illustratieverantwoording. Alb. A: Fotolino. P. Bakker. Afb. B: foto Dick de Boer.
voaur
.oom
Afb.l. 'Kaerte van Bergen op Zoom-Steenbergen ende nieuwe fortificaties gemaeckt tot
bevrijdinge van 't Landt van der Tolen in 't jaar 1628' (Uitgave C. Visscher 1634. Foto:
GAB).