Den Zwerten Pot in opspraak
De Waterschans nr. 1 2000
Afb.2. Gestrande walvis bij Berckhey1598.
zoek heeft uitgewezen dat in mod
derige, licht glooiende kustgebie
den het fijngevoelige systeem van
echopeiling waarmee walvissen
hun weg vinden, in de war raakt.
De Noordzeekust, die aan deze
specificatie voldoet, was voor de
reuzezoogdieren van de zee dus
even verraderlijk als voor schepen
zonder loods (3). Een exemplaar
dat wel heel ver was afgedwaald,
strandde op 30 October 1666 bij de
Zuidgeest (4).
Zuidgeest
Het bloedende dier dat, naar men
aannam, slachtoffer was geworden
van de storm en de hoge vloed, was
amper dood toen het dicht onder
land in de buurt van Lindonk werd
aangetroffen. Omdat de heer van
Bergen op Zoom het aloude recht
van zeedrift bezat - alles wat van
zee kwam aandrijven, behoorde
hem toe - legde zijn raad Van
Lamsweerde beslag op de potvis.
Het dier werd op 3 november op
de grote binnenplaats van het Mar
kiezenhof geveild. De opkomst was
groot. Meer, zo later bleek, uit
nieuwsgierigheid dan om te kopen.
Nadat de prijs op 150 gulden was af
geroepen, zakte hij bij de afslag tot
onder de twintig gulden, waarop de
potvis werd aangehouden en gege
ven aan de lieden die het kadaver
dag en nacht bewaakt hadden. Gra
tis, als beloning voor hun moeite.
Noten
Mededeling
Het lidmaatschap wordt automatisch verlengd, tenzij schriftelijk opgezegd vóór 31 december.
12
De Waterschans nr. 1 2000
Drs. Yolande E. Kortlever
De Bergse jaarmarkten
Bergen op Zoom werd tijdens de
veertiende eeuw een belangrijk
centrum voor jaarmarkten. Volgens
de oudste stadskeuren van 1314 be
stond er al een wekelijkse markt op
donderdag. Dit was van enorm be
lang voor de ontwikkeling als han
delsnederzetting en de ontwikke
ling van de stad als zodanig. In
1359 wordt er in het cijnsregister
gesproken van een Paas- en een
Koudemarkt. In de Gouden Bul
van 1349 en de Blijde Inkomste
van 1355 werd geregeld dat iedere
koopman onbelemmerd verkeer
gewaarborgd werd door Brabant
(1). In 1365 werden de Bergse jaar
markten als vrije jaarmarkten vast
gelegd door heer Hendrik I van
Boutersem. Elke jaarmarkt had een
vrijdom van zes weken. Er werd zo
wel in gewone als luxe artikelen ge
handeld.
Aan het eind van de 14e eeuw be
gon de bloei van Bergen op Zoom
pas goed. In 1390 kreeg de stad vrij
dom van tol voor geheel Holland
en Zeeland, alsmede van de Bra
bantse tollen (2). Het recht tot het
houden van vrije jaarmarkten werd
nog eens bevestigd (3). De vrijdom
van de jaarmarkten begon op Witte
Donderdag en met Allerheiligen 1
november). Gunstig was dat deze
termijnen perfect aansloten op die
van de Antwerpse jaarmarkten, die
begonnen met Pinksteren en op
Bamis 1 oktober). Deze combina
tie van vrije jaarmarkten in de
Scheldedelta maakten Antwerpen
en Bergen op Zoom aantrekkelijk
voor het West-Europese handels
verkeer (4). Men kwam van heinde
en verre voor de Bergse jaarmark
ten: Engelsen, Schotten, kooplie
den uit het stroomgebied van
Schelde, Maas en Rijn, Brabanders,
Hollanders, kooplieden uit Neu
renberg, Hanzeaten (Oosterlingen
genoemd, m.n. Keulenaars), Italië,
Frankrijk, Spanje en Portugal.
De kooplieden moesten tijdens de
jaarmarkten gehuisvest worden. De
Neurenbergers hadden al vóór
1435 een eigen huis, de Rinck aan
de Grote Markt. De Hanze kreeg in
1477 een eigen huis: de Zekel in de
Zuivelstraat werd nu het Oosterlin
genhuis (5). De Engelsen hadden
al eerder een eigen kantoor, eerst
vlakbij de St. Jacobskapel aan het
huidige Sint-Catharinaplein. In
1479 het pand 'Leeuwenborch' aan
de Grote Markt. Twee decennia la
ter kreeg de Engelse Natie in de
huidige Engelsestraat een nieuw
handelshuis. Hun kooplieden kre
gen onderdak bij particulieren in
de straat. Veel kooplieden sloten
contracten met particuliere eige
naars van woningen voor logies en
verzorging tijdens de marktperio-
den, of ze kochten zelf een woning.
Vanaf 1433 zijn de akten van over
dracht bewaard gebleven. Hiermee
kan de bewoning van de panden
gevolgd worden. Dat de overdracht
van huizen tot conflict kon leiden,
blijkt uit het proces tussen twee
Mechelse kooplieden omtrent de
verkoopprijs van het huis 'Den
Zwerten Pot' in de huidige Fortuin-
straat nr. 4 (6). Mechelse kooplieden
deden al vroeg de Bergse markten
aan. In 1366 was er al sprake van de
aanvoer van 'tapiten', laken, leer,
hoeden en andere koopwaar door
13
(1) Schama, S., Overvloed en Onbehagen, de
Nederlandse cultuur in de Gouden Eeuw.
Amsterdam 1989. pag. 138; (2) Schama, S„
a.w. pag. 140; (3) Schama, S., a.w. pag. 141(4)
Gemeentelijke Archiefdienst Bergen op
Zoom, Archief Raad en Rekenkamer, inv.nr.
24, 30 oct. 1666.
Ulustratieverantwoording. Afb.l. Jacob Mat
ham naar Hendrick Goltzius. Hart Nautical
Collections, M.I.T. Museum, Cambridge,
Mass. Foto: GAB. Afb.2. S. de Swaef. Détail
uit: Gezicht op Bergen op Zoom. Foto:
GAB.
Ajb.l. Lakenververs aan het werk: twee mannen halen het witte laken door de verf-
kuip, waarin de verfstoffen verhit worden.