De negentiende eeuw tentoongesteld
De Waterschans nr. 3 2000
der de Nieuwstraat zijn natuursteen
muren tot redelijke hoogte be
waard; deze waren ooit onderdeel
van de brug, die in 1957 gesloopt
werd. Onder het hoekpand Sint
Catharinaplein 35 bevindt zich een
zeer laag en gedrongen gewelf uit
de 17de eeuw. Het gaat om het
laagste gedeelte in de hele Grebbe
(1,35 meter hoogte) en dit wordt
verklaard door het feit dat er nog
een kelder van het bovenliggende
pand op rust. Bij de bouw van het
huis heeft men zich dus niets meer
aangetrokken van het 16de eeuwse
verbod om lager dan de brug te
overwelven.
Ook onder de panden nummer 36
en 37 treffen we zulke lage gewel
ven aan: ook hier zijn in de 17de
eeuw huizen met kelders boven ge
bouwd. Overigens werd op dit per
ceel al in 1522 toestemming gege
ven om te overwelven. Het is on
duidelijk of dit nooit werd uitge
voerd of dat het gaat om een ver
vangend gewelf.
Onder huisnummer 38 bevindt
zich een hoog gewelf van waar
schijnlijk weer 17de eeuwse datum,
dat rust op muren van natuursteen
en baksteen, die op hun beurt uit
de 16de eeuw dateren. Er zijn ook
sporen van een oude toegang
(trap?) zichtbaar. Ook dit perceel
kreeg in 1522 toestemming te over
welven.
Onder Catharinaplein 39 vinden we
weer een bijzonder laag gewelf met
daarboven een kelder, ongetwijfeld
17de eeuws; onder nummer 40 is
het gewelf even oud maar veel hoger.
Onder de gemeentelijke monu
menten Sint Catharinaplein 41 en
42 bevindt zich een meer dan 3
meter hoog gewelf (hoger dan de
Jacobsbrug), met tamelijk grote
bakstenen en rustend op hoge zij
muren van Ledesteen. Deze con
structie is vroeg 16de eeuws en
hoort daarmee tot de oudste on
derdelen van de Grebbe. Uit de
verkoopakte van het naastgelegen
pand in de Kremerstraat blijkt, dat
het bewuste gedeelte al in 1522
overwelfd was en 'betimmerd'
mocht worden 18).
Tenslotte aangekomen onder de
Kremerstraat vinden we de resten
van de Sint Jacobsbrug, een impo
sante en robuuste overwelving van
grote blokken Ledesteen, naadloos
overgaand in de verticale muur
vlakken. De oost- en westkant van
de brug zijn goed bewaard, maar in
het midden van de straat (de rij
baan) ligt een lagere betonnen dek
plaat uit 1957. De brug heeft een
trapeziumvorm en waaiert uit naar
het plein. Het hoekpand staat er
half boven, wat in het kleine kel
dertje goed is te zien en wat er op
wijst dat huis en kelder van latere
datum zijn. De maximale breedte
van de brug bedraagt 9,5 meter, ter
wijl de straat minder dan 7 meter
breed is. Aan de westzijde van de
brug is een grote dichtgezette door
gang bewaard met een dwars ton-
gewelfje, een restant van een trap
met privaten, waarvan in de acte
van 1522 sprake is.
In deze eerste bouwhistorisch ver
kenning is het gelukt verschillende
bouwonderdelen chronologisch
van elkaar te onderscheiden en een
ervan zelfs precies te dateren aan
de hand van archiefmateriaal. Te
vens werd geconstateerd dat er vrij
veel van het oude natuursteen over
is gebleven. De meeste gewelven lij
ken te rusten op ingehakte aanzet
ten en het is niet onwaarschijnlijk
dat boven de gewelven, aan het
zicht onttrokken, nog hoger op
gaande natuurstenen muren be
waard zijn. Het is aannemelijk dat
de natuursteen op haar beurt weer
op veel plaatsen als een bekleding
tegen een oudere kademuur is 'ge
plakt', zoals dat van boven af ge
constateerd werd in de Steenbergs-
estraat (figuur 6). Verder onderzoek
zal nodig zijn om al deze construc
ties in kaart te brengen en verdere
geheimen van de Grebbe te ontraf
elen.
Een voorlopig belangrijke constate
ring is dat de Grebbe als historisch
bouwwerk, vanwege haar ouder
dom, zeldzaamheid en bonte men
geling van constructies, een hoge
cultuurhistorische waarde vertegen
woordigt.
Noten
Mededelingen
Het lidmaatschap wordt automatisch verlengd, tenzij schriftelijk opgezegd
vóór 31 december.
Inleveren kopij voor De Waterschans IV: 15 november 2000.
Richtlijnen voor auteurs zijn te verkrijgen bij het redactiesecretariaat.
110
De Waterschans nr. 3 2000
Drs. Puck Meijer
De stichting Vaarwel negentiende
eeuw nodigde begin dit jaar een
aantal culturele instellingen in het
hele land uit om deel te nemen
aan een herdenking van de turbu
lente en vernieuwende negen
tiende eeuw. Dit mondde uit in
het Weekend van de negentiende
eeuw op 16 en 17 september
jongstleden. De Gemeentelijke
Archiefdienst van Bergen op
Zoom nam hieraan deel met twee
tentoonstellingen.
De eerste is een tentoonstelling
over het werk van de architecten
Kees en Piet van Genk en Quiri-
nus Horsten: De nieuwe stad. Deze
is nog te zien tot 21 oktober tij
dens de openingsuren van de ar
chiefdienst.
De tweede was Hoogtepunten van
de negentiende eeuw, die alleen in
het weekend van 16 en 17 sep
tember te bezichtigen was. In het
onderstaande artikel wordt kort
aangegeven waar De nieuwe stad
over gaat en voor degenen die de
Hoogtepunten van de negentiende
eeuw hebben gemist, volgt daarna
een tijdsbalk met een beschrijving
van de vernieuwingen in de ne
gentiende eeuw die nog steeds
van invloed zijn op ons dagelijks
leven of die de aanzet zijn geweest
voor nog verdergaande vernieu
wingen.
De nieuwe stad
De bekendste architecten uit het
laatste kwart van de negentiende
en het eerste kwart van de twintig
ste eeuw zijn C.P. van Genk (1838-
1914), P.J. van Genk (1844-1919)
en Q.J. Horsten (1874-1940). Zij
hebben markante gebouwen ont
worpen die het gezicht van de
stad vernieuwden. Hun architec
tuur en de ontwikkeling daarin is
een goede staalkaart van wat el
ders gaande was. In de gebouwen
van Kees van Genk komen veel
neo-barokke, neo-classicistische
en neo-renaissance elementen
voor, Piet van Genk sloot boven
dien aan bij de neo-gotische stijl.
De jongere Quirinus Horsten ge
bruikte neo-gotische en Art Nou
veau motieven.
Kees en Piet van Genk
De broers Kees en Piet van Genk
kwamen uit een kunstzinnige fa
milie. Kunstschilders, architecten
en beeldhouwers vormden een
kunstclan die in de tweede helft
van de negentiende eeuw enige
bekendheid genoot. Kees stu
deerde bouwkunde aan de Ko
ninklijke Academie voor Schone
Kunsten in Antwerpen. Tijdens
zijn studie won hij verschillende
prijzen en in 1867 keerde hij terug
naar Bergen op Zoom. Een jaar
later werd er een begin gemaakt
met het slechten van de vesting
werken en dat betekende een kans
voor de jonge architect om zich te
manifesteren. Hij ontwierp gebou
wen die elementen bevatten van
stijlen uit vroeger tijden, zoals dat
in de negentiende eeuw gebruike
lijk was. De neo-barok is herken
baar in versieringen als cartou
ches, kopjes en andere ornamen
ten. Van Genk geeft de neo-re-
naissance vorm door middel van
baksteenbouw, gecombineerd met
natuursteen voor plinten, lijsten,
speklagen en boogtrommels. Een
voorbeeld daarvan is hier afge
beeld: de Rijks H.B.S. aan de Bur
gemeester Stulemeijerlaan. Het
feestgebouw Thalia is een voor
beeld van een gebouw in neo
classicistische stijl. Deze stijl is
geïnspireerd op de klassieke Ro
meinse en Griekse tempels.
Piet van Genk is de kerkenbouwer
van de familie. Hij studeerde aan
dezelfde academie als zijn broer
Kees en vestigde zich in 1872 als
architect in Bergen op Zoom. De
volgende drie jaar deed hij prak
tijkervaring op bij zijn broer. In
die tijd bouwde hij het herenhuis
Steenbergsestraat 27. Zijn vol
gende opdracht was de St. Lam-
bertuskerk met pastorie te Etten
en hij verhuisde naar Leur, waar
schijnlijk om dichter bij de bouw
van zijn eerste grote werk te zijn.
Later kreeg hij nog verschillende
111
(I) fCLeenders, Van Turnhoutervoorde tot
Strienemonde. Ontginnings- en nederzettings
geschiedenis van het noordwesten van het
Maas-Schelde-Demergebied 400-1350.
Zutphen 1996; (2) M.Vermunt, 'Stad van
Bergen en Zomen. Archeologisch onderzoek
naar de stedelijke ontwikkeling van Bergen op
Zoom in de periode 1000-1300'. in: Besturen
en Bouwen met Booij, deel 1. Bergen op
Zoom 1999. 165-195; (3) Het baksteenfor
maat was hetzelfde als van de vroeg 14de
eeuwse Gevangenpoort: (4) CJ.ESlootmans,
Een stad als een huis. Bergen op Zoom 1974,
83; (5) Ongedateerd in dossier Gemeente
werken, waarschijnlijk 1953; (6) M.Vennunt,
'Beursplein 5 en zijn omgeving'. De Water
schans XXVII-1 (1997), omslag-6; (7) Mede
deling WAvan Ham, waarvoor dank; (8)
R.Meischke, 'Het Markiezenhof te Bergen op
Zoom'. In: Bergen op Zoom gebouwd en be
schouwd. Alphen a/d Rijn 1987, 3-8; (9)
WAvan Ham, 'Vorming en voortbestaan van
het middeleeuwse stadsbeeld'. In: 'Gebouwd
en beschouwd', 89; (10) CJ.F.Slootmans, 'De
Grebbe, haar overwelvingen en onderhoud'.
Bergen op Zoom 1955, rapport in ms. GAB;
(II) Stadsrekening 1600. fol. 182; (12) SA
746/1, fol. 9 ev; SA 8, fol.69v.; ARR 10, fol.2v.;
SA 692. Met dank aan W.A. van Ham; (13)
SA 8, fol.281; SA 9, fol.64v; (14) Slootmans,
'De Grebbe'. 16-17; (15) Slootmans, 'Een stad
als een huis'. 82-88; (16) N.N., 'De verbete
ring van een moerriool in de gemeente Ber
gen op Zoom', in: LGM Mededelingen. Or
gaan van het laboratorium voor Grondme
chanica, Vl-l (juli 1961) 14-27; (17) M.Ver
munt, 'Cultuurhistorische waardebepaling
van de Grebbe in Bergen op Zoom en bou
whistorische opname van 'streng 7' langs
het Sint Catharinaplein'. Bergen op Zoom
2000, rapport in ms. GAB. (18) Slootmans,
'De Grebbe'. 5.
Illustratieverantwoording: Alle tekeningen
zijn vervaardigd door de auteur en alle foto's
zijn afkomstig uit de Gemeentelijke Archief
dienst Bergen op Zoom, met dank aan G.
van Dijck
AJb.l. De Rijks H.B.S. aan de Burgemeester Stulemeijerlaan, 1884. Architect Kees van
Genk.