De Waterschans nr. 3 2000
Afb.2. Het gouden jubileum van Ijzergieterij Van Mechelen, 1873-1923.
kwam ook een eerste vorm van
kiesrecht, nadat er in 1796 en 1798
niet erg stabiele verkiezingen waren
geweest in de Nationale Vergade
ring in het noorden. Volgens de
Code Civil moesten de burgemees
ters van de gemeenten een Registre
Civique opstellen, een lijst van kies
gerechtigden. Daarop stonden alle
mannen van 21 en ouder. Dezen
kregen een Carte Civique waarmee
ze konden stemmen. Het Registre
Civique van Bergen op Zoom bevat
906 kiesgerechtigden, het register
van Wouw 471. Zij mochten hun
stem uitbrengen voor een vrede
rechter en de municipalen, een
soort gemeenteraad.
De grondwet van 1848
In 1814 was er ter vervanging van
de Franse grondwet een Neder
landse versie ontworpen, gevolgd
door een grondwet voor het Ko
ninkrijk der Nederlanden in 1815.
Na vele wijzigingen werd op 3 no
vember 1848 de grondwet afgekon
digd die samen met andere wetten
van Thorbecke het Nederlandse
staatsbestel vormde zoals dat in
grote lijnen nog steeds van kracht is.
Het ontwerp van deze grondwet
was gemaakt door een commissie
onder voorzitterschap van de
Leidse hoogleraar J.R. Thorbecke.
Het was een liberale wet en koning
Willem II moest deze wel aanvaar
den omdat overal in Europa het
spook van de revolutie opdook of
dreigde. De voornaamste wijzigin
gen ten opzichte van de vorige
grondwet waren:
1. De Tweede Kamer, Provinciale
Staten en gemeenteraden worden
rechtstreeks gekozen volgens cesus-
kiesrecht. De Tweede Kamer krijgt
recht van amendement, interpella
tie en enquete.
2. De Eerste Kamer wordt gekozen
door de Provinciale Staten uit de
hoogstaangeslagenen in de belasting.
3. Alle vergaderingen van openbare
lichamen worden openbaar.
4. Invoering van de ministeriële
verantwoordelijkheid aan het parle
ment: de koning is onschendbaar,
de ministers zijn verantwoordelijk.
5. Vrijheid van onderwijs, vereni
ging, vergadering en gegarandeerd
briefgeheim.
De gemeentewet
Het parlement aanvaardde Thor-
becke's gemeentewet in juni 1851.
Thorbecke wilde met deze wet be
reiken dat bevoogding door hogere
overheden zou worden voorkomen
of tenminste bemoeilijkt. Steden en
dorpen kregen ruimte voor ont
plooiing van een gezonde autono
mie. De achterliggende gedachte
daarbij was, dat burgers die plaat
selijk actief zijn de grondslag vor
men voor staatsburgerschap. Er wa
ren wel enkele beperkingen door
omschreven bevoegdheden van ho
gere overheden. Gemeentelijke be
sluiten kwamen onder toezicht van
de kroon, financiële besluiten on
der toezicht van de provincie. Ver
der bevatte de wet regelgeving met
betrekking tot plaatselijke belastin
gen omdat het in veel plaatsen de
spuigaten uitliep. De gemeentelijke
belastingen waren vaak hoger dan
de rijksaccijns.
De eerste sociale wetgeving
In 1874 komt de eerste sociale wet
in Nederland tot stand: het kinder
wetje van Van Houten. Hierin werd
het verboden om kinderen die jon
ger waren dan 12 jaar te laten wer
ken. Het was een principiële door
braak in de 'sociale questie'. Op dat
moment had de wet weinig effect
omdat er vele uitzonderingen op
de gestelde regel mogelijk waren en
bovendien was er nog geen ar
beidsinspectie. Het droeg wel bij
tot de bewustwording van de mis
standen bij de industriële werkge
vers en daardoor tot latere sociale
wetgeving.
Vernieuwingen in de industrie
De negentiende eeuw is de eeuw
van de grote industriële vernieu
wingen. Onder andere door de uit
vinding van de stoommachine
werd grootschaliger productie mo
gelijk en een betere infrastructuur
door de ontwikkeling van stoom
boten en -locomotieven. Neder
land speelde geen voortrekkersrol
in deze industriële revolutie, maar
regionaal werden er toch nieuwe
industrieën opgericht die van in
vloed waren op het dagelijks leven
van de bewoners van de regio. Aan
het begin van de eeuw was de be
langrijkste bedrijfstak in Bergen op
Zoom de pottenbakkerij. Er waren
elf pottenbakkerijen die niet boven
het ambachtelijke niveau uitkwa
men. Vernieuwingen werden tegen
gehouden door een ouderwetse gil
denmentaliteit, ondanks het feit
dat de gildenorganisaties in 1795
waren opgeheven.
De suikerfabricage
In West-Brabant werd de suikerfa
bricage een belangrijke nieuwe in
dustrie. Rond 1850 kwam de teelt
van suikerbieten op gang, mogelijk
omdat de vraag naar meekrap te
rugliep door de uitvinding van che
mische kleurstoffen. Ook deze tak
van industrie draaide voornamelijk
op handwerk van de vele arbeiders,
die lange dagen werkten om de
schepen met suikerbieten te lossen.
Nieuw was het gebruik van de
stoommachine en daardoor wordt
deze bedrijfstak toch als industrie
gezien. In 1857 werd de eerste sui
kerfabriek gesticht in Zevenbergen.
De firma Wittouck volgde in 1862
in Bergen op Zoom. Melasse is een
afvalproduct van de suikerfabri
cage. Om dat te verwerken tot alco-
114
De Waterschans nr. 3 2000
Ajb.3. Gasverlichting in de stad. Hoek Hoogstraat/Kerkstraat.
hol werd de Zuid-Nederlandsche
Spiritusfabriek opgericht. Deze fa
briek bestaat nog steeds onder de
naam Nedalco.
De ijzerindusttie
De eerste echte industrie in Bergen
op Zoom was de ijzerindustrie. Er
waren twee redenen voor het ont
staan hiervan. In de eerste plaats
was er behoefte aan reparatiemoge
lijkheden voor het machinepark van
de suikerfabrieken en in de tweede
plaats was België afgescheiden van
Nederland. Vóór 1831 leverde België
namelijk de benodigde kachels,
maar dat was daarna niet meer mo
gelijk. Comelus Geers kocht in 1834
een bedrijf waarin hij een haarden-
fabriek begon. Het waren plaatijze
ren kachels die versierd waren met
hondjes, hertjes en vogeltjes van ij
zer of koper. Dit bedrijf bleef gespe
cialiseerd in haarden en werd later
de N.V. Haardenfabriek De Schelde.
Amoldus Asselbergs en zijn com
pagnon Adrianus van der Hoeven
stichtten in 1841 een kachelsmede
rij aan de Lindebaan, die zij enkele
jaren later uitbreidden met een ij
zergieterij. Om de gieterij te runnen
trokken zij ervaren personeel aan uit
de Belgische industriegebieden. Er
werden onderdelen gegoten voor
kachels, maar ook lantaarnpalen,
ketels, ankers, ploegijzers enzo
voorts. Veel halffabrikaten werden
afgewerkt in de smederij. Later spe
cialiseerde het bedrijf zich ook in
siergietwerk. Naast de productie
ontstond er ook een ijzerhandel.
Uiteindelijk nam het bedrijf het hele
gebied in beslag tussen Hooghuis-
straat-Koepelstraat-Roskamstraat
en werd rond 1900 de grootste
werkgever van de stad. Op het brief
papier is de gevel van het pand
London in de Lievevrouwestraat te
herkennen, waar de ijzerhandel ge
vestigd was.
De firmanten Rogier, Nerinx en
Richter stichtten in 1882 een ijzer
gieterij en machinefabriek ten oos
ten van de spoorlijn Bergen op
Zoom-Roosendaal.
Tot slot startte P.J. van Mechelen in
1890 een ijzergieterij, machinefa
briek en smederij. In datzelfde jaar
begon Van Mechelen ook met de
fabricage van fietsen (zie volgende
hoofdstuk).
Nieuwe voorzieningen
De eerste gasverlichting
Een Nederlandse natuurkundige
ontdekte al in 1774 dat er gas vrij
komt bij verhitting van steenkool.
Hij gebruikte dat gas om luchtbal
lonnen te vullen. In de loop van de
negentiende eeuw werden er overal
gasfabrieken gesticht die gas lever
den voor verlichting. De volgende
verbetering was de uitvinding van
gloeikousjes waardoor de lichtin
tensiteit aanmerkelijk werd ver
groot. Amsterdam kreeg in 1840 de
eerste 'gazlantaamen'.
In 1858 kregen de firmanten van
Asselbergs' ijzerindustrie vergun
ning om aan de Zuidzijde Haven
een gasfabriek op te richten. Dat
zelfde jaar nog brandde in Bergen
op Zoom de eerste straatverlichting
op gas. Het gas werd opgevolgd
door het elektrisch, maar dat ge
beurde in Bergen op Zoom niet
meer in de negentiende eeuw.
De eerste spoorlijn
De eerste spoorlijn in Nederland
lag tussen Amsterdam en Haarlem
en dateert uit 1839. De eerste
spoorlijn in Noord-Brabant werd
aangelegd tussen 1853 en 1854.
Deze lijn liep van Antwerpen via
Roosendaal naar Moerdijk, met
een zijtak naar Breda. Tien jaar la
ter was de lijn Roosendaal-Bergen
op Zoom klaar. Om het spoor ver
der uit te bouwen naar Zeeland
moest eerst de Kreekrakdam wor
den aangelegd. In 1872 was de lijn
doorgetrokken tot Vlissingen. In
1869 was het stationsgebouw klaar,
dat 101 jaar later weer afgebroken
werd. Het was geen verlies: door
alle verbouwingen door de jaren
heen was er van het oorspronke
lijke gebouw niet veel meer over.
De eerste waterleiding
Het is al sinds eeuwen de taak van
het stadsbestuur om te zorgen dat
er goed drinkwater voor de inwo
ners beschikbaar is en bovendien
moet er water zijn voor de brand
bestrijding. Wat slecht drinkwater
115