m Rovers De Waterschans nr. 4 2000 Afb.4. Franse weergave, ca 1750. binnen- en buitenlandse periodie ken verschenen zijn. handelende over de voorgenomen aanleg van een breed Nederlands-Belgisch Kanaal tussen Antwerpen en Moerdijk, zou dit werk geprojec teerd zijn ten oosten buiten het dorp Halsteren om. En daar ligt dan juist, althans zeer in de nabij heid, ons vroeg-XVUde eeuwse fort Rovers of (De) Rovere... Moge dit nieuwe kanaal nu tenminste zo aangelegd worden, dat het hier in dit opstel beschreven typische spe cimen van oude Hollandse vesting bouw daarvan volkomen vrij zal ko men te liggen. En mogen verant woordelijke instanties er in wijs be leid voor waken, dat behalve het fort ook het kostelijk stukje natuur, dat door de linie van weleer in de naaste omgeving van Rovers ge vormd wordt en waarom Halsteren terecht genoemd wordt, onaange tast zal blijven liggen tot in lengte van dagen'. Het kanaal is er niet gekomen. Dat werd de Rijn-Schelde-verbinding door de Oosterschelde en de Een dracht. Thans is er weer sprake van een Belgisch-Nederlandse verbin ding tussen Antwerpen en Moer dijk, maar dan over de weg, de A4. Het voorgenomen tracé gaat welis waar niet over het eigenlijke fort, maar het raakt wel de oude loop graven in het schootsveld (glacis) ten zuiden van het fort De Roovere. De maatschappelijke kant De maatschappelijke behoeften zijn aan verandering onderhevig. Naast de verdedigingsfunctie is in het gebied rond de Westbrabantse linie altijd landbouw en tuinbouw bedreven. Daar is later bosbouw bij gekomen. Het economisch nut heeft daarbij centraal gestaan. Bij de Stichting Vrederust speelde ui teraard de aantrekkelijke leefomge ving voor de patiënten en het per soneel een grote rol. De boerderij en het fruitteeltbedrijf werden ook gebruikt voor therapie van de pa tiënten. Na de oorlog is de behoefte aan re creatie door de toegenomen vrije tijd sterk toegenomen. Landelijk is hier beleid op gevoerd. In sommige delen van het land zijn tekorten aangevuld door daarvoor speciale gebieden in te richten. West-Bra bant is gezegend met een rijke groenstructuur op de Brabantse Zoom, mogelijkheden voor water sport op de Schelde, en een goede ontsluiting van het agrarische ge bied voor routegebonden recreatie op de fiets. Na 1970 is in Neder land de belangstelling voor natuur sterk toegenomen. Stond aanvanke lijk het behoud van natuurwaarden centraal, in de jaren tachtig is deze defensieve houding omgeslagen in een actieve. Natuurontwikkeling werd het credo. Vooral in het rivie rengebied zijn in het kader van de kleiwinning voor de dijkverzwaring veel uiterwaarden omgezet in na tuurgebieden. Het Natuurbeleids plan van 1984 kondigde de ontwik keling van de Ecologische Hoofd Structuur (EHS) aan. Deze natuur ontwikkelingstrend staat hier en daar op gespannen voet met de landschappelijke en vooral de cul tuurhistorische waarden. Door de eenzijdige accentuering van de na tuurwaarden werden de landschap pelijke en de cultuurhistorische as pecten uit het oog verloren bij be leidsmakers en plannenmakers. Vooral bij ontgrondingen doet zich dit spanningsveld voor. Dit heeft dan ook tot een reactie geleid in de vorm van de Nota Bel vedère (1999), waarin expliciet ge wezen wordt op het behoud en het versterken van de cultuurhistori sche waarden. Er werden zelfs ge bieden aangewezen waar de cul tuurhistorische waarden hoog in het beleidsvaandel moeten staan. Zo is ook de hele Brabantse Zoom aangewezen. De Nota Belvedère pleit niet alleen voor behoud van die cultuurhistorische waarden, maar beoogt dat cultuurhistorische waarden bij de planvorming voor andere sectoren of facetten expli ciet meegenomen, geïntegreerd dienen te worden. Zo lopen er op dit moment drie proeven om in landschapsbeleidsplannen cultuur historie, maar ook de kwaliteit van dorps- en stadsranden te integreren met de groene componenten van het landschap. Maatschappelijk ge zien is de belangstelling voor na tuur sterk gestegen. Het meest spectaculair is het aantal leden van Natuurmonumenten dat al meer dan 1 miljoen bedraagt. Uit onder zoek in het kader van de Natuur verkenningen 1997 is evenwel ge bleken dat de Nederlander een zeer breed beeld heeft van het be grip natuur. De groep die natuur primair beschouwt als zeldzame planten en dieren en ecosystemen is maar klein. Voor velen is een koe in de wei ook natuur. Voor de meesten is natuur synoniem met landschap. Het vervelende van deze brede interpretatie is dat be leidsmakers uit het groot aantal le den van Natuurmonumenten aflei den dat al die mensen primair na tuurliefhebbers in engere zin zijn en dus stemmen ze hun beleid en beheer hierop af. De belangstelling voor cultuurhis torie liep lange tijd achter bij die voor de natuur (en het landschap). De laatste 10 jaar groeien de histo rische verenigingen, zoals heem- 166 De Waterschans nr. 4 2000 kundige en historische kringen, sterk. Ook komen er nieuwe bij. De leden zijn over het algemeen wat ouder en vaak zijn het niet de oor spronkelijke bewoners van een re gio, maar zijn het nieuwkomers, die hun nieuwe omgeving beter willen leren kennen en begrijpen. Bij deze verenigingen is niet alleen het landschap onderwerp van studie maar juist de mens als gebruiker en maker van dat landschap. Een ge deelte van hen houdt zich bezig met de genealogie, hun voorou ders. De procesmatige/bestuurlijke kant De toekomst van een gebied is af hankelijk van de actoren in het ge bied. Wie zijn dat bij fort De Roovere? De belangrijkste actoren zijn de grondeigenaren als beheerder. Dat zijn de Gemeente Bergen op Zoom, het Brabants Landschap en enkele particulieren. Een kadastrale inven tarisatie van deze omgeving zal dui delijk moeten maken wie dat alle maal zijn. Die grondeigenaren zijn niet hele maal vrij in hun doen en laten, want zij worden aangestuurd door het Ministerie van Landbouw, Na tuurbeheer en Visserij, omdat die subsidie verstrekt voor het beheer van bossen en natuurgebieden. Te genwoordig is die subsidie gekop peld aan doelstellingen via het zo genaamde Programma Beheer van het Ministerie van LNV. Het Minis terie van LNV heeft het bos- en na tuurbeleid gedecentraliseerd naai de provincies. De provincies heb ben de taak de doelstellingen van het beheer van bossen en natuur gebieden aan te geven. Dit is verge lijkbaar met het toekennen van be stemmingen in de ruimtelijke orde ning. De subsidieaanvraag voor het Programma Beheer moet hieraan getoetst worden. Hoe ver de Provin cie Noord Brabant hiermee is, is mij nog niet bekend. Een van de beperkingen bij het be ter herkenbaar maken van de forti ficaties en loopgraven is de Boswet. De Boswet schrijft voor dat wat bos is, bos moet blijven. Daar is enkele jaren geleden een uitzondering op gemaakt als het verloren oppervlak elders gecompenseerd werd. Het Ministerie van LNV ziet toe op de naleving van de Boswet en is de gene die toestemming kan geven daarvan af te wijken onder voor waarden. Daarnaast heeft de grondeigenaar te maken met de gemeente(n) waarin het te beheren object is ge legen. De gemeente heeft verschil lende instrumenten om invloed uit te oefenen op het beheer van het landschap en bossen en natuurge bieden. In geval van fort De Roovere en omgeving is dat na de herindeling de nieuwe gemeente Bergen op Zoom. Allereerst is er het bestemmingsplan buitenge bied. De gemeente heeft ook de mogelijkheid een integraal land schapsbeleidsplan op te stellen. Dit is weliswaar een vrijblijvend plan, maar het is wel een voorwaarde om voor subsidie voor landschapsbe heer in aanmerking te komen. De gemeente kan ook objecten op de monumentenlijst plaatsen. Tot voor kort werden voornamelijk ge bouwen als monument aange merkt, maar langzamerhand groeit het bewustzijn dat ook aarden ob jecten, zoals fortificaties en bijzon dere constructies in het waterbe heer als monument kunnen wor den aangemerkt. De Nota Belve dère wijst hier expliciet op. Som mige monumenten kunnen voor gedragen worden als rijksmonu ment, anderen kunnen als gemeen telijk monument worden aange merkt. Voor het aanwijzen en voor dragen van monumenten bestaan vaste regels. Fort De Roovere zelf heeft de status van Rijksmonu- ZB3EÏR.&33K op 25 O OM, aïid its auxfitary Forts, Afb.5. Engelse weergave uit 1806-1810 (situatie 1628). 167 Inundation ltovcrs Fort ^3 Halteren Finsen^Fort" Pinsen\C astlc jMbermoat; Fort foortgi'W '/.oortv Xorth Fort Soutliïort JJry at Ion' n'attr iBurcbvliet JEK&ETf op ZOOM.** a/matf vnprtpnable Town andTortnst.hrrttcfine of Dufrb Brabant, nonof ifn >>,nfr by. and artrrrnrd tbr nsatbrpitet oftht crbömad Trwmrtr tbhorn: X standi a bwpc swamp '0.0on tnAoMmtc.uo/f a num'mis pqrrmn.-X isJoXGtfsjr* by Mrt afdlXtwftp - Tat. S/. JOXlZtrnp. T-iMüA'd by tLnftman, .177,S/ntnd, Lomion.

Periodieken

De Waterschans | 2000 | | pagina 5