De Waterschans nr. 2 2001
men Milaan en Bourgondië, als
mede van Napels. Nadat twee zo
nen van Frans I als gijzelaar in Ma
drid de plaats van hun vader had
den ingenomen, mocht de koning
gaan. Terug in Frankrijk verklaarde
Frans 1 het hele vredesverdrag
waardeloos, omdat hij onder
dwang had moeten tekenen. Weer
oorlog dus! En wat voor een oor
log! Door de overwinning van Ka-
rel V leek het of hij de dienst zou
gaan uitmaken in een groot deel
van Europa. Een keizerlijke, Habs-
burgse hegemonie diende zich aan.
Allen die zich bedreigd voelden,
sloten zich aan bij Frankrijk, zelfs
de paus. Dat kwam laatstgenoemde
heel duurte staan. In 1527 bezetten
Duitse troepen Rome en ze heb
ben daar gruwelijk huisgehouden.
Met één klap was het gedaan met
de Hoog-Renaissance. Erger nog
natuurlijk was het geweld dat de
bevolking moest ondergaan. Na
twee jaar gingen de dames er zich
mee bemoeien en dat leverde een
betere vrede op, de zogenaamde
Damesvrede van Kamerijk (1529).
Wie waren die reddende engelen?
Dat waren landvoogdes Marga-
retha van Oostenrijk en Louise van
Savoye, de moeder van Frans 1. Ka-
rel V deed definitief afstand van
Bourgondië. Frans I van zijn kant
zag af van alle leenheerlijke rechten
op Kroonvlaanderen en van zijn
aanspraken op Milaan en tegen
betaling van een Fikse losprijs
mochten zijn twee zonen terug naar
Parijs. Het was in hetzelfde jaar dat
Karei V al zijn energie en hulpmid
delen nodig had om Wenen te red
den. Geen wonder dat ook hij
snakte naar vrede in het westen.
50. Een nieuw ziekenhuis
Terug naar Bergen op Zoom. Daar
kon in 1527 het St.-Elisabethgast-
huis zijn deuren openen. Het
St.-Maartensgasthuis was te klein
geworden. Het nieuwe ziekenhuis
stond aan de Oude Wouwseweg,
buiten de stadsmuren. De zusters
Augustinessen namen de verzor
ging van de patiënten op zich. Het
was een instelling van Jan 111, op
gezet voor zowel rijke als arme zie
ken. Er stonden aan de Oude
Wouwseweg al meer gebouwen met
een zorgfunctie. De Augustinessen
verpleegden er ook melaatsen en
pestlijders. Vanwege het besmet
tingsgevaar placht men dergelijke
tehuizen buiten de stadsmuren te
bouwen. De zusters werkten daar al
vanaf 1484. In 1521 verplichtte het
stadsbestuur de zusters om ook de
zorg voor de bejaarde mannen in
het nabijgelegen Sint-Willemshuis
op zich te nemen. Dit huis was ge
sticht door Willem Coelgheenens-
sone en bood plaats aan dertien
oude mannen. Na het overlijden
van de grondlegger nam de stad
het beheer en de controle op zich.
In 1523 nam Jan III het particu
liere hofje van Lijsbeth Lambrechts
in de Geertruidastraat (thans Brui-
nevis) over. Hij liet het meteen ver
nieuwen. Drie jaar later kon de ka
pel worden ingezegend. Het hofje
bood huisvesting aan tien perso
nen, een conciërgegezin en een in
wonende geestelijke. In de praktijk
was het vooral bestemd voor oud
gedienden van het hof van de heer.
50. Verboden lectuur
In 1526 gaf de boekdrukker Chris-
toffel van Endhoven te Antwerpen
een herdruk uit van de Engelse
vertaling van het Nieuwe Testament
door William Tyndale, nu in een
kleiner formaat. De vertaler stond
in Engeland bekend als lutheraan.
John Hacket, de Engelse gezant in
de Nederlanden, vroeg Jan III om
de verkoop van Tyndales boeken te
verbieden. Daar ging Jan niet op in.
Op de paasmarkt van 1527 nam
Hacket 24 exemplaren in beslag.
De drossaard van Bergen op Zoom
weigerde evenwel om de boekver
koper te arresteren en ook Antwer
pen liet hem ongemoeid.
In 1528 werden toch drie van kette
rij verdachte Engelsen gearresteerd.
Wolsey vroeg om hun uitlevering,
maar na overleg met Jan III en en
kele andere hoge heren weigerde
de landvoogdes dat. Het was juist
in de periode dat Bergen op Zoom
een poging waagde om de Engelse
wolstapel naar Bergen op Zoom te
halen, vergeefs echter. Er waren zo
veel wrijfpunten met Engeland, dat
op de Bergse jaarmarkten de Mer
chant Adventurers verstek lieten
gaan. In 1528 schreef Jan III
daarom een brief naar Londen om
de handel te doen herleven. Geluk
kig voor Bergen op Zoom oefen
den ook de Engelse kooplieden
druk uit op Hendrik VIII, zodat
Zijne Majesteit wat inbond. Op 15
juni 1528 tekenden Engeland,
Frankrijk en de Nederlanden een
wapenstilstand voor acht maanden,
die later werd verlengd. Telkens
blijkt weer hoe belangrijk de han
del met Engeland was en hoe de
heer van Bergen op Zoom zich in
spande om alle hindemissen die
de handel afbreuk deden uit de
weg te mimen.
De reformatie deed afbreuk aan de
Ji^
Afb.8. Twee afbeeldingen van de stad Reimerswaal. De bovenste afbeelding toont de
stad na de watersnoodrampen van 1530, 1532 en 1572. De onderste geeft een histo
risch minder verantwoord beeld van de stad in haar glorietijd in de 15de eeuw.
88
De Waterschans nr. 2 2001
betrekkingen met Hendrik VIII en
diens kanselier kardinaal Thomas
Wolsey (1474-1530). Tyndale was
een enthousiast schrijver en aan
hanger van Luther. In Antwerpen,
maar ook elders, werden zijn ge
schriften gedrukt en verspreid, ook
naar zijn vaderland. Aanvankelijk
keerde Hendrik VIII zich tegen elke
afwijking van de katholieke leer. In
zijn jeugd had hij theologie gestu
deerd en hij schreef zelfs een
boekje tegen Luther. Paus Leo X
was daar zo verrukt over dat hij de
Engelse koning vereerde met de ti
tel Defensor Fidei Verdediger
van het geloof). Het Engelse ko
ningshuis voelde zich gevleid en
nog altijd prijkt de afkorting D.F
op de Engelse munten. Later zou
Hendrik VIII toch met Rome bre
ken, maar de eretitel bleef in ere. In
de jaren twintig ergerde de Engelse
regering zich meerdere malen aan
het in haar ogen slappe optreden
van de Nederlandse overheid tegen
de refonnatie. Uit de houding van
de stadsbesturen van Antwerpen en
Bergen op Zoom en de andere ste
den, maar ook van Jan III en zijn
adellijke collega's blijkt duidelijk
dat ze weinig ophadden met bloe
dige vervolgingen van andersden
kenden. Voor de handelssteden lag
dat meer of minder voor de hand,
want met vervolgingen was geen
enkel handelsbelang gediend. Toch
zou de godsdienst nog een zeer
grote rol gaan spelen in de politiek.
51. Rampen luiden het einde van
de bloeitijd in
De laatste jaren van de regerings
periode van Jan III waren niet zijn
gelukkigste. We denken dan niet al
leen aan zijn gezondheid die te
wensen overliet, maar meer nog
aan de ongunstige wending die
zich op economisch terrein begon
af te tekenen. En het waren niet al
leen de vele oorlogen die telkens
weer de economische orde ver
stoorden, ook natuurrampen droe
gen daartoe bij.
In 1529 brak er in Antwerpen een
besmettelijke ziekte uit. De mensen
noemden het de zweetziekte, maar
de medici spraken van sudor an-
glius. In enkele dagen overleden er
in de Scheldestad 500 inwoners.
De schrik zat er goed in, ook in
Bergen op Zoom en Brussel. Jan III
was in de Brabantse hoofdstad,
maar vond Diest veiliger. De ziekte
eiste ook haar tol in Bergen, een
Afb.9. Schilderij van Marinas van Rei
merswaal of Roemerswaele (1493-1567),
voorstellende twee belastingpachters die
hun dagopbrengst natellen.
jaar lang zelfs, maar in september
1530 leek het gevaar geweken. Dat
was een reden om God te danken
met een plechtige mis en een extra
processie.
Nog hetzelfde jaar volgde een an
dere ramp. Op 5 november beukte
een zware stonn de kusten. Op tal
rijke plaatsen bezweken de dijken.
Heel Noord-Beveland stond blank
en in Zuid-Beveland verdwenen
maar liefst 72 dorpen in de golven.
Het Zuidland, Hildemisse, Borg-
vliet, Woensdrecht, Ossendrecht,
Zandvliet en Lillo stonden blank.
Het water kwam tot Antwerpen.
Ook Noordland, der Jannenland,
Beymoerpolders, Glymespolder en
Noordpolder hoorden tot de ge
troffen gebieden. De stad Reimers
waal ontdekte tot haar schrik dat ze
van de rest van Zuid-Beveland
voortaan was gescheiden door een
brede geul. De stad was op één dag
in een eiland veranderd. Deze
Sint-Felixvloed was een zware klap
voor de Bergse economie, in feite
veel ernstiger dan zich eerst liet
aanzien. Wat was er namelijk ge
beurd? De storm had van de on
diepe en moeilijk te bevaren Honte
een Westerschelde gemaakt, waar
langs de grootste Hanzeschepen
naar Antwerpen konden varen. De
scheepvaart naar Antwerpen ging
voortaan langs de Westerschelde en
zo lag Bergen op Zoom opeens aan
een minder drukke waterweg. Het
gaat te ver om de opbloei van Ant
werpen en de economische neer
gang van Bergen op Zoom alleen
aan deze gebeurtenis toe te schrij
ven. De Sint-Felixvloed heeft daar
zeker toe bijgedragen, maar er speel
den ook nog andere factoren mee.
Op 2 november 1532 raasde de
storm weer over de Nederlanden
en bracht andennaal zware schade
toe. De Oosterschelde werd nog
breder, de Westerschelde nog die
per. Jan III hoefde dat niet meer
mee te maken. Op 20 januari van
dat jaar was hij overleden.
(wordt vervolgd).
Wie meer wil weten over Jan III en zijn tijd
kan o.a. terecht in de volgende werken:
WA van Ham: Macht en gezag in het
Markiezaat. Een politiek-institutionele
studie over stad en land van Bergen op
Zoom (1477-1583). Hilversum 2000;
Charles de Mooij: Geloof kan bergen
verzetten. Reformatie en katholieke her
leving te Bergen op Zoom 1577 -1795.
Hilversum 1998; C.J.F Slootmans: Jan
metten lippen. Zijn familie en zijn stad.
Een geschiedenis der Bergen-op-Zoom-
sche heeren van Glymes. Rotterdam/
Antwerpen 1945; J. Kleyntjens en C.
Slootmans: Hervorming te Bergen op
Zoom. Hare ontwikkeling en vestiging in
de 16e eeuw. Bergen op Zoom 1933.
Eerder verschenen in: Taxandria jrg. 39
(1932) en jrg. 40 (1933) onder de titel:
Het ontstaan der hervorming binnen Ber
gen op Zoom.
De volgende boeken zijn van meer al
gemene aard:
Algemene Geschiedenis der Nederlan
den, deel Ven deel VI. Haarlem 1980 en
1978; Winkler Prins Geschiedenis der Ne
derlanden, deel 2: Noord en Zuid in de
Nieuwe Tijd (van circa. 1500 tot 1780),
Amsterdam/Brussel 1977; J. Israel: De
Republiek 1477-1806, Band 1: tot 1647.
1996; C.D.J. Brand, H. van Werveke
(red.): Wereldgeschiedenis, deel 5, Bus-
sum/Antwerpen 1972 (5de druk); Jo
seph Lortz, Erwin Iserloh: Beknopte ge
schiedenis van de refonnatie. Oorzaken-
verloop-invloed. Haarlem 1971; Oskar
de Smedt: De Engelse Natie te Antwer
pen in de 16e eeuw (1496-1582), deel II.
Antwerpen 1954; L.J. Rogier, R. Aubert,
M.D. Knowles (red.): Geschiedenis van
de Kerk, deel V: Refonnatie. Hilversum
1968; AG. Weiier/ O.J. de Jong/ L.J.
Rogier/ C.W. Mönnich: Geschiedenis
van de Kerk in Nederland (Aula-boeken
nr. 100) Utrecht/Antwerpen 1962. Al
deze boeken hebben een uitvoerige li
teratuurlijst.
Illustratieverantivoording: Afb.l: Uit Braun,
Hogenberg en Hoefnagel, Civitate Or-
bis Terrarum, 1572-1621) Alb.2.: Ge
meentelijke Archiefdienst Bergen op
Zoom. Inventaris Hingman nr. 1476;
Afb.9.: Londen, The National Gallery.
89