De Waterschans nr. 4 2001 Huijben (1905-1956). Hij mocht het convent in de Tweede Wereldoorlog leiden. 15. De Tweede Wereldoorlog In 1939 brak de oorlog uit. Tot 10 mei 1940 ontsprong Nederland de dans. Behalve de mobilisatie en een eerste bescheiden distributie merkte men de eerste maanden nog niet veel van de rampen die voor de deur stonden. Ook de snelle verove ring van Nederland in de meidagen van veertig liet het klooster in Ber gen op Zoom ongemoeid. Dat ver anderde al gauw. In maart 1941 kre gen de broeders te horen dat fraters. broeders en zusters die voor de klas stonden veertig procent op hun sa laris werden gekort. Eerlijk was het natuurlijk niet, maar dankzij de so bere leelwijze van de kloosterlingen was het geen halszaak. Wat voor het klooster in de Hoog straat wel diep ingreep, was de ont ruiming van het moederhuis Ste. Marie in Huijbergen. Op 23 novem ber 1941 eisten de Duitsers het hele complex op en ze gunden de broe ders geen tijd om voor klooster, no viciaat, pensionaat, weeshuis en ju venaat nieuwe huisvesting te zoe ken. Met veel moeite en dankzij de hulp van vele kanten vond het Afb.8. In 1945 trok op 15 augustus de Mariaprocessie door de satd uit dank baarheid dat Bergen op Zoom niet was verwoest. Het werd een traditie. Broeders dragen hier het Mariabeeld. kreeg zodoende zeker om de zes jaar een nieuw hoofd. Het hoofd van de bovenschool had niets in te brengen; hij leidde zijn school al leen maar op papier. In 1933 benoemde het hoofdbe stuur broeder Airedus van Dam (1899-1969) tot hoofd van de St.-Jo- zefschool op 't Fort. Omdat hij geen huisoverste was kon hij langer dan zes jaar aanblijven. Hij was hopman bij de verkennerij, organiseerde to neeluitvoeringen en schreef onder het pseudoniem AL. Redus het jon gensboek Kees de Does en zijn poli tiehond. Hij schreef ook operettes zoals Koning Isegrim met muziek van zijn medebroeder Marcellus Poppelaars. De uitvoeringen von den plaats in de voormalige Koren beurs in de Potterstraat. Met veel succes werd in de toneel zaal van 't Fort in 1933 De Schout Afb.7. De St.-Janschool in 1944, toen nog in de Schoolstraat. Personeel bestond toen uit de broeders (van links naar rechts) Avellinus Andrik, Bosco Brekelmans, Jacobus Blom- merde (hoofd), rector Koenraadt, de heer Sijstermans, Florentius Meulebroeck en Boude- wijn Briaire. van Oosterhout opgevoerd, geschre ven door broeder Gummarus van Gils (1895-1952). Het gaat over een schout die door de Geuzen om zijn geloof werd gedood. Het stuk trok vier volle zalen. Zowel Kees de Does als De schout van Oosterhout dragen de kenmerken van het rijke roomse leven uit de jaren dertig (33). In 1940 overleed broeder Masseus Hofkens, de overste van het klooster. Zijn opvolger was broeder Salesius Afb.9. Broeder Romualdus Buijnsters viert zijn 40-jarigprofessie/eest. Op de voorste rij in het midden zit de jubilaris met aan zijn lirikerzijde rector M. Koenraadt. Verder mede broeders. De foto dateert van 1967. 166 De Waterschans nr. 4 2001 Afb.ll. Een opname van de panden in de Hoogstraat: nr. 19 (onderwijsbureau; met brommer voor het raam), nrs. 23, 25 en het later erbij gekochte nr. 27 vormden het klooster. hoofdbestuur voor allen onderdak. Het hoofdbestuur ging in de Hoog straat wonen, het noviciaat kwam te recht op de volksabdij Onze Lieve Vrouw ter Duinen in Ossendrecht en het juvenaat verhuisde naar de kweekschool in Breda. Toen ook dat gebouw ontruimd moest worden, kregen de juvenisten gastvrij onder dak bij de broeders in Oud-Gastel. Het pensionaat raakte over meer dere plaatsen verspreid. Ook in de Hoogstraat werd een klas onderge bracht. Op die 23ste november - het was een zondag - reden de hele dag karren met steenkolen en levens middelen af en aan om de vooma- den van Huijbergen naar Bergen op Afb.10. De St.-Jozefschool op het Lour- desplein in 1991. Na de fusie van deze school met de St.-Theresiaschool is het gebouw gesloopt. van die in de Hoogstraat. Het hele complex daar bleek gelukkig te so ber voor het "Herrenvolk". Het ont breken van een centrale verwar ming, van een badgelegenheid en de moeilijke toegangen e.d. bleken opeens gunstige omstandigheden. De scholen hielpen elkaar door be schikbare lokalen voor halve dagen af te staan. Zo bood de Aloysius- school in de Boxhomstraat enige tijd onderdak aan de hoogste klas sen van de Canisiusschool. Temidden van alle ellende vermeldt dat feit herhalen. In 1944 gebeurde er iets dat voor de broeders een zeer kwalijke afloop had kunnen hebben. De Duitsers schoten die zomer een Amerikaans vliegtuig neer. Enkele bemannings leden konden tijdig met een para chute het vliegtuig verlaten, maar op één na vielen ze in handen van de vijand. Die ene man verborg zich in Kuypers' bossen en wist na enkele dagen de aandacht te trekken van broeder Ansfridus Vermunt die met twee confraters en een groep pen- Zoom te brengen. Het aantal broe ders in het klooster groeide tot veer tig. Zolders veranderden in slaapza len en het hoofdbestuur legde be slag op de grote spreekkamer. Het was passen en meten om de 40 broeders en 30 pensionairen een plaats te bieden. In de fietsenstalling van nr. 25 kwam de vleugel van broeder Lambertus Haast (1876- 1956) te staan. Hij was muziekleraar en al spoedig reserve-organist voor alle kerken en kapellen in de stad. Br. Majella Wijnhoven (1889-1972), de van Ste. Marie overgekomen kleermaker, trok er steeds vaker met zijn fiets op uit om voedsel aan te slepen. Wonder boven wonder lie pen die fouragetochten steeds goed af. Normaal schooldoen werd steeds moeilijker. In Bergen op Zoom wa ren op een gegeven moment alle ka tholieke schoolgebouwen door de bezetter gevorderd met uitzondering de kroniek hoe in juli 1943 leerlin gen van de Franciscusscholen de operette Het geheim van de gouden kist opvoerden. Het muziekstuk was geschreven door broeder Stephanus Bosman en op muziek gezet door broeder Marcellus Poppelaars. De broeders Guibertus Gabriels en Al- berik van Rijckevorsel zorgden met de heer Van Bragt voor een aantrek kelijke uitvoering. Omstreeks het feest van Allerheili gen van dat jaar waren nagenoeg alle pensionairen en veel broeders ziek. Gelukkig bleef de kwaal be perkt tot enkele dagen koorts. In maart 1944 stond rector Koen raadt zijn woning (Hoogstraat 19) af aan het gezin De Schutter uit Fij- naart. Die familie moest haar boer derij verlaten, omdat de Duitsers de polder van Fijnaart met vele andere in de Noordwesthoek van Brabant en in Zeeland onder water zetten. Bij de watersnood in 1953 zou zich sionairen een wandeling maakte in de buurt van Nieuw-Borgvliet. Br. Ansfridus die goed Engels sprak, nam de man mee naar een boerde rij en liet hem daar eten en van kle ding verwisselen. Hij bracht de Amerikaan naar de Hoogstraat en vervolgens naar de volksabdij Onze Lieve Vrouw ter Duinen in Ossend recht. De abdij fungeerde toen als ziekenhuis voor ongeneeslijke zie ken uit het St.-Antoniusziekenhuis van Rotterdam, maar bood ook on derdak aan het noviciaat van Ste. Marie en aan een groepje onderdui kers. Die laatste groep droeg de vlie genier over aan de ondergrondse organisatie voor repatriëring van ge allieerde vliegeniers. Via België, Frankrijk en Spanje kwam de man terug in zijn vaderland. Veel later mocht broeder Ansfridus voor zijn verzetsdaad een onderscheiding uit de USA in ontvangst nemen. Het had zo heel anders kunnen aflopen. 167

Periodieken

De Waterschans | 2001 | | pagina 12