De Waterschans nr. 4 2001
Aft).2. Maarten van Rossum. Houtgravure
van Cornelis Anthoniszoon. Origineel:
Prentenkabinet van Rijksmuseum Amster
dam
62. Maarten van Rossum, de grote
schrik
Maarten van Rossum was een leger
aanvoerder, eerst in dienst van her
tog Karei van Gelre en na diens
dood in 1538 van Willem van Kleef,
de opvolger van Karei. Gelre verde
digde zich jarenlang met hand en
tand tegen de pogingen van de
Habsburgers om ook dit Neder
landse gewest te bemachtigen. Het
was een worsteling die al met Karei
de Stoute was begonnen. Het her
togdom kon bijna steevast rekenen
op de steun van Frankrijk In de
strijd tussen Karei V en Frans I was
Gelre een trouwe bondgenoot van
laatstgenoemde. In 1528 deed
Maarten van Rossum een inval in
Holland en plunderde zelfs 's-Gra-
venhage.
Ondanks de wapenstilstand die ko
ning Frans I en keizer Karei V in
1538 voor tien jaar hadden gesloten,
brak de strijd na vier jaar weer uit.
Maarten kreeg een flinke subsidie
van Frans I en bracht daarmee een
nieuw leger op de been. Deze keer
was het vooral Brabant dat het
slachtoffer werd van de plundertac-
tiek van de Gelderse veldheer. Het
platteland was weerloos tegen de
benden van Van Rossum. De dor
pen moesten een hoge schatting be
talen om plundering en verwoesting
te voorkomen en het gebeurde he
laas maar al te vaak dat na het op
brengen van de brandschatting het
dorp alsnog ten prooi viel aan plun
dering en verwoesting. Zo kon
Maarten zijn soldaten belonen en
betaalde de oorlog zichzelf. De Gel
derse benden trokken in 1542 een
verwoestend spoor door de Meierij
en de Baronie van Breda en be
dreigden zelfs Antwerpen. In juli wa
ren ze heel dicht bij Bergen op
Zoom en de schrik zat er dan ook
goed in. De bewoners van de zuid
westhoek begonnen al weg te trek
ken. Wouw werd ijlings versterkt.
Bergen op Zoom moest 300 solda
ten inkwartieren. Juist in deze dagen
trok Jacqueline naar Oudenbosch,
zwaar gepikeerd omdat het bestuur
haar niet als markiezin wilde huldi
gen. Geen wonder dat de heren
haar dringend verzochten om toch
terug te komen. Antwerpen hield ge
lukkig stand. De Staten van Brabant
stemden in met nieuwe beden en
Karei V besloot om voor goed met
Gelre af te rekenen. Dat lukte. In
1543 stond Willem van Kleef zijn
hertogdom Gelre af aan de keizer
en daannee had Karei V alle Ne
derlandse gewesten op het bisdom
Luik na in handen. En Maarten van
Rossum? Die ging over in dienst van
de keizer. "Een succesvol legerleider
moet je niet laten schieten", zal die
gedacht hebben. Karei V en Frans I
sloten in 1544 maar weer eens
vrede, deze keer in Crespy. Drie jaar
later overleed de Franse koning. Dat
wil niet zeggen, dat daarmee de
worsteling tegen Habsburg voorbij
was. Hendrik II volgde Frans I op en
hij zou weldra de oorlog hervatten.
63. Bergen op Zoom komt tot inkeer
Zo mag je het wel noemen. De on
rust en misbruiken op godsdienstig
terrein maakten heel wat gelovigen
onverschillig in het beleven van hun
godsdienst, ook in Bergen op Zoom.
Daar kwam verandering in door het
optreden van pastoor Nicolaas Flo-
rensz. Hij kwam uit Gouda en is
daardoor beter bekend als Gouda
nus. Hij was een voorbeeldig pries
ter die zelf in praktijk bracht wat hij
de mensen op pakkende wijze voor
hield. Al gauw viel op dat meer Ber-
genaren de H.Mis bijwoonden en te
communie gingen, dat het gods
dienstonderricht beter werd ver
zorgd en bezocht en dat het aantal
leden van het Onze Lieve Vrouwe
Gilde weer groeide. De markiezin,
goed katholiek als zij was, consta
teerde dit alles met voldoening. Tien
jaar lang bleef Goudanus pastoor
van Bergen op Zoom. In 1547
stuurde Petrus Canisius hem naar
Rome om daar in te treden in het
noviciaat van de paters jezuïeten.
Dat was een nieuwe orde, opgericht
door de Spaanse oud-militair Igna
tius van Loyola. Een van diens eer
ste volgelingen was de in Nijmegen
geboren Pieter Kanis, beter bekend
als Petrus Canisius (1521-1597). De
jezuïeten wilden een dam opwerpen
tegen de refonuatie. Ignatius zag
zijn volgelingen als stoottroepen die
de katholieke kerk van binnenuit
moesten hervonnen om zo het ver
loren terrein terug te winnen. Ook
stuurde hij jezuïeten als missionaris
naar de pas ontdekte landen. Op
voeding en onderwijs stonden bij
hem hoog genoteerd. Een jezuïet
moet een lange studieweg afleggen
alvorens als volwaardig lid tot de
orde te worden toegelaten. De pa
ters richtten zich bij hun vonnings-
werk graag op de betere standen, de
leiders van morgen. Daarvoor sticht
ten ze colleges, universiteiten en
Mariacongregaties. Petrus Canisius
had veel succes in Duitsland, zodat
de katholieken hem eren met de ti
tel: 'Tweede Apostel van Duitsland".
(De eerste is de Heilige Bonifatius,
bisschop van Fulda, in 754 te Dok-
kum vermoord).
Goudanus ontmoette Petrus Cani
sius in Keulen en Petms zag meteen
in de Bergse pastoor een man met
zoveel talenten dat het jammer zou
zijn om die nog langer in Bergen op
Zoom te laten. Zo'n begaafde man
verdiende een groter werkterrein.
Goudanus werd jezuïet. Hij stu
deerde verder in Rome en werd la
ter professor in Wenen.
De markiezin was hevig teleurge
steld. In 1548 schreef ze een brief
aan Ignatius met de smeekbede om
Goudanus terug te sturen, want
zonder hem zou de opbloei van
korte duur zijn. Het kapittel steunde
haar verzoek met een soortgelijk
schrijven aan Petrus Canisius, maar
het hielp allemaal niets. Goudanus
was weg en bleef weg.
De Waterschans nr. 4 2001
64. Huwelijk en inhuldiging van Jan
IV 1550
Aan de opvoeding van Jan IV van
Bergen werd veel aandacht besteed.
De familie Van Bergen (of Van Gly-
mes), stond hoog in aanzien en zo
kreeg de jonge Jan al vrij spoedig
een plaats aan het hof van Maria
van Hongarije, de landvoogdes.
Daar kwam hij in aanraking met an
dere hoogadelijke zonen uit de Ne
derlanden. Zo raakte hij bevriend
met de vijf jaar jongere Willem van
Nassau (of van Oranje), die zelfs de
titel van prins had. Jan en Willem
waren eigenlijk buren. De baronie
van Breda grensde immers aan het
markiezaat van Bergen op Zoom. In
Brussel woonden ze nog dichter bij
elkaar, want het hof van Nassau, de
woning van de Bredase heren, lag
op een steenworp afstand van het
hof van Bergen. De jonge Willem
stond hoog in aanzien. Hij was nog
maar elf jaar toen hij in 1544 de
goederen van zijn neef René van
Chalon erfde, waaronder de baronie
van Breda en het prinsdom Oranje
Orange) in de buurt van Avignon.
Het laatste leverde hem een hoge
rang op, het eerste een hoog inko
men en die twee samen maakten
hem tot nummer één onder de
hoge edelen.
Karei V had er eerst wel moeite mee
om het testament van René van
Chalon te accepteren, want Willem
van Nassau was van huis uit luthers.
De keizer stelde daarom als voor
waarde dat de jonge erfgenaam ver
der in Brussel aan het hof van de
landvoogdes Maria van Hongarije
in de katholieke godsdienst zou
worden opgevoed.
Dat gebeurde. Oranje en Bergen
troffen elkaar zo in de hoofdstad
van Brabant.
In 1549 hoorden de jongelui dat Fi-
lips, zoon van de keizer en infant
(=kroonprins) van Spanje, naar de
Nederlanden zou komen om met
zijn vader en zijn tantes Maria en
Eleonora een rondreis te maken
door de Nederlanden om kennis te
maken met de hem toegedachte ge
westen. Eleonora, evenals Maria een
zuster van Karei V, was koningin van
Frankrijk, maar sinds haar man
Frans I in 1547 was overleden, was
deze Habsburgse niet langer wel
kom in Parijs.
De hoge eer om de kroonprins te
mogen afhalen in Noord-Italië en
op de verdere reis te vergezellen viel
ook Willem van Oranje en Jan van
Bergen ten deel. Nou bleek de
jonge Filips niet bepaald de aardig
ste reisgezel.. Hij was wat stug en ge
sloten, meer Spanjaard dan Bour
gondiër. Hij kende geen Nederlands
en maar weinig Frans. Ook de
Spaanse edelen uit zijn gevolg,
waaronder een zekere Alva, lieten
graag merken dat ze zich verheven
voelden boven hun collega's uit het
noorden. Dat kwam ze toch wat
duur te staan. Maria organiseerde
een groot feest in haar gloednieuwe
paleis te Binche. Daar hoorde uiter
aard een toernooi bij. Jan van Ber
gen was sportief en favoriet op toer
nooien. Onder de ogen van de kei
zer, de kroonprins, de regentes en
zijn moeder slaagde hij erin om de
meest gevreesde tegenstander onder
de Spanjaarden uit het zadel te wip
pen. Wat genoten zijn familieleden
en vrienden. Ook in Antwerpen op
een toernooi te voet was hij we
derom de held van de dag.
Van Antwerpen trok het gezelschap
naar 's-Hertogenbosch. Bergen op
Zoom benoemde toen snel een
commissie van ontvangst, want de
volgende pleisterplaats zou het Mar
kiezenhof zijn met Jacqueline als
gastvrouwe. De stad was zo ami dat
de Brede Raad besloot om geen ca
deau aan te bieden. Dat zou trou
wens vreemd zijn geweest, want de
magistraat had net een verzoek in
gediend om kwijtschelding van een
bede te krijgen vanwege de heer
sende malaise. Wel was de stad fraai
versierd. Men had niemand minder
dan Cornelis van Zuerendonk uit
Antwerpen laten komen om schil
den en blazoenen te schilderen. Via
de Bosstraat, de Hoogstraat, de
Grote Markt en de Lange Meede-
straat Fortuinstraat) trok de stoet
naar het Markiezenhof.
Een jaar later, we schrijven dan
1550, hadden er voor de jonge Jan
twee belangrijke gebeurtenissen
plaats: zijn huwelijk en zijn inhuldi
ging als markies. Het werden van
wege de treurige tijdsomstandighe
den sobere plechtigheden. Op 25
april vierde het jonge paar zijn ver
lovingsfeest in Brussel. De bruid was
Maria van Lannoy, de dochter van
Jan van Lannoy, heer van Molen-
beke en lid van de Orde van het
Gulden Vlies. Het huwelijk werd op
9 juli ingezegend te Turnhout. Drie
dagen later amveerde het gezel
schap op het kasteel in Borgvliet en
reeds de volgende dag vond de
Blijde Inkomste plaats in het Mar
kiezenhof. Daar bekrachtigde Jan
IV met een eed de privileges van de
stad en zwoeren het stadsbestuur en
de vertegenwoordigers van de bur
gerij van hun kant de markies trouw.
Jan IV had geld voor een feest, want
in mei had Karei V de lening afge
lost waarvoor de familie Van Gly-
mes vanaf 1505 Tholen en Scha-
kerlo als onderpand in bezit had ge
had.
Het was ook in 1550 dat Karei V
aan Jacqueline van Croy verlof gaf
om in februari/maart 1551 het gors
Nieuw Gastel of Heer Jansland te
gaan inpolderen.
65. Jan IV als reorganisator van het
bestuur
De jonge markies had het tij niet
mee. Geen huldegeld bij zijn Blijde
Inkomste, want zijn moeder had im
mers vier jaar uitstel beloofd. Hij
wachtte trouwens twaalf jaar. Veel
erger evenwel was de storm die in
de nacht van 12/13 januari 1552
over het land raasde. De nog niet
één jaar oude dijk van Heer Jans
land (Nieuw Gastel) bezweek en de
polders van Ossendrecht, Woens-
drecht en die ten zuiden van de stad
verdwenen onder de golven. De wa-
Icf rcftiluttrc ct l>iïiIt$jtnttGuüiaumc/par Ia gcatth: jBitii
ÏDvcöoo2UuI)ticIiftcEnIioocI)C[cl:otniï32tiuc®l)ii!)tm6))t)trsri
AJb3. Willem van Oranje12 jaar oud
rijdt zijn stad Breda binnen. Houtgravure
van Cornelis Anthoniszoon. Origineel:
Prentenkabinet van Rijksmuseum Amster
dam.
185
i Hare ons Ifteevcu Hef" Chnlti/V-rw* o>«.«h!>
i Bell nVr.lirr om.iji.m IiuiOsrijctiOjoiirriü-r Crfcr iiriUriOtn B.-tl irrtrair B.ir lij-Oi
tri jen rfi Mfftn s.tBc60:19 Bit Om UnOcii Bin QritwH lUitlcm bju Clcitr mradrlnthBlicron.tii uit qiun it t t.ui .uo M
ctuicr? jrltrrren lllrrrai twn üoffciniiiem frruieiiOr Qrerc Bi piroren en ouertir belt Irootitm 11: Oer o.tn.ï.i ->-J
k-— ..-r- h..-n..in groot ourrlJl! SoenSr BuigBrnOr fpiai-.tnOr piljtrni
i-to firrehe Oen iisrlisrrh (jriurmt fiorrtj lir cp fuit
•trtfïr tcopflJt te OrftjOijtn enfroffirrf Ottelif. Oi
"jer jettehrneorrürBc (i-tOt bui
tfeffjni cru WtrjOctr .jrttrrren flirrtai Mn üoifcnv hem fermenDe Ome Bi pnore:
een jnote cii Brni.ierturlir nrjiepc Bin fiupt) uien tube rooucr» beu hur/nun jroot 1
cii b.-antfraetenOc Baroenen Werlieii tanirnbc tot b,- antTseepê achter finrc lOduro.-ro
fmen IrjbrrrmtpiciiBe Citer tv et jOrtini efi p;irrrhrn Oir nlOer rolirlurrfic ïernuerf
oO Be tliuct luvft-C-a nlo lir fatll Dot wn merninar er Ber.Trrfó eii om run Boo lot to I
iinrnicBnrtrimcpiti
®oatctliucr(>eefter'
I liiffetentdjlcm.Otrn,..
taepltcJo om tfunf fp;
ibpfiriibit mn inepimje tebee.jerfoen
k-:Stc(jorOrfliiStb.uiloi«ur.iii uumiu
eobbort OetlottMljBrlcrtlit tnbo.yjtiiait
1 i fetucr ft ar 001I1 óhucr l;etft.
©men
ten pent bp mp .Srtucflet ten prnjo f 0,-m tnpber,