De Waterschans nr. l 2002 men is, ze worden aan de poort van de gevangenis opgewacht als ze van diefstal vry komen, hebben wy ons de weelde veroorloofd om ze zelf de deur uit te donderen. Ja, de balda digheid kent geen grenzen. Stel je intusschen maar niet voor wat wy hebben uitgestaan voor het zoover kwam. Daar kom je een stuk voor stellingsvermogen voor te kort. Wy hebben nu 4 dagen in de week een werkvrouw en uit het feit dat ze een beetje kreupel is valt af te leiden dat ze niet gemakkelyk zal wegloopen. Verder heb ik zes en twintig kippen en ze leggen geen een ei. Vreten! geen voorbeeld van. Twee hanen en twee woerden, die leggen natuurlyk Ajb. 23. De stand van Kunst- en Grof smederij AJ. Dingemans op de Midden stands-Tentoonstelling te Amsterdam 1909. De Waterschans nr. 1 2002 ook niet, wel liggen. Eerst was het een eend en een woerd en de eend wou maar niet leggen, nu na het alien is het ook een woerd gewor den. Het kaïlveertje was natuurlyk uit zyn staart getrokken".70 Ook de maatschappelijke (wantoe standen worden regelmatig door Dingemans op een ietwat ironische wijze beschreven, zoals in de brief van 16 januari 1919. "Geen kolen, vuurwerk in smedery stop, in een week 5 knechts weg, gemeente heeft als een gevolg van 8 urendag veel volk noodig en geeft minimum loonen van 1500 gulden aan putjes scheppers en betaalt aan geschoolde vaklui als instrumentmakers 2 cent per uur meer. Voorloopig kunnen wy daar niet tegenopbieden. Om 4 uur moet elk bedryf in Amsterdam stop pen omdat er dan geen stroom voor industrieele doeleinden beschikbaar is. Dat komt omdat men aan de ar- rebeiders of arnrebeiders electrisch licht heeft gegeven zonder meter te gen f 1,50 per maand en nu laten ze den heelen nacht de lamp branden en overdag zetten ze er een electri- sche kachel aan en met een dom pelelement koken ze hun eten en de wasch. Daardoor is de spits zoo op- geloopen dat er nu om 4 uur door de industrie moet worden gestopt. Maar daarom niet getreurd, leve ons rood gemeentebestuur en onze draaitol van een burgemeester. De volgende raadsverkiezing zal myn vriend Wibaut wel barsten van nyd als hy tenminste voor dien tyd al niet gepiept wordt. Melk en kolen en stroom niet medegerekend gaat het hier nog al. vleesch is tegen dezelfde piyzen te krygen als in Bergen-op- Zoom en er is een bloeiende handel in gestolen broodkaarten en bons en zelfs in machtigingskaarten voor de ontvangst van levensmiddelen. Daar van is gewoon beurs op het Water- loo-plein en men heeft er officieele noteeringen".71 Dat het in Bergen op Zoom ook slecht gesteld is met de ijzerver- werkende bedrijven, blijkt uit een brief van Disco aan Dingemans van 9 mei 1922. "In de stad grootte [sic] misère. Nerinx [sic] is dood weet ge en die heeft heel wat werk meege nomen".77 De winkel en het kantoor van Rogier-Nerincx-Richter zijn gesloten en van de driehonderd per soneelsleden worden er 240 ont slagen. De overige zestig werkne mers werken allen in de gieterij. Maar ook met andere Bergse bedrij ven - Disco noemt Bol, Beckers, Asselbergs, Geers en Goosen [sic] - is het slecht gesteld.73 Daarnaast zijn twaalf onderwijzers op wachtgeld gezet. Maar "De ka zerne loopt jammer genoeg weer vol. Vader Dingemans heeft het even wel nog druk zelfs in Q. Bogers, een knecht, want hij moest naar Ver- streepen in Antwerpen om beiteltjes. Ge weet anders zijn het geen goede".74 Dingemans geeft er in zijn con'e- spondentie blijk van de situatie in Bergen op Zoom goed bij te hou den. Zo schrijft hij in zijn brief van 8 juni 1919 tweemaal over Bergen op Ajb. 24. De smeedijzeren hekken van de Effectenbeurs in Amsterdam vervaardigd door Kunst- en Grofsmederij A.J. Dinge mans. Zoom. "Om te beginnen de verkie zingen. Ik heb met belangstelling de billetten en de Zoom gelezen maar ik moet tot myn leedwezen ervaren dat ze in Bergen niet zyn vooruitge gaan. Waar zyn de schoone verkiezingsda gen van de Ram en Willekens geble ven. Het schelden en razen van nu is toch maar een heel flauwe imitatie van reusachtige rotzooi van toen". Wat verderop volgt: "Bergen wordt anders volgens de couranten een wereldstad. Een Museum van oud heden, betrekking hebbend op de geschiedenis van het Marquisaat en nog wel in de boterhal. Gaat daar je lui verzameling heen? Je zult je toch nog wel eens bedenken hoop ik".75 In de brief van Disco aan Dinge mans van omstreeks juli 1921 komt de kwestie van het museum we derom ter sprake. Disco vermeldt dat er een nieuwe schouw wordt aangebracht in een pand in het Nieuwstraatje dat als museum is ge dacht. In dezelfde brief maakt Disco melding van de op handen zijnde verplaatsing van Dingemans' fontein ten gunste van een Heilig-Hartbeeld. Hij doet gewag van het feit dat hij met dr. Xav. Smits in de jury zit en dat de uiteindelijke keuze voor de uitvoering van het Heilig-Hartbeeld is gevallen op J. Geelen uit Roer mond.76 Op de tweede plaats komt de Bergenaar Kees Smout.77 Dat de voorkeur voor Geelen niet door ie dereen op prijs wordt gesteld, blijkt uit de constatering van Disco "Daar had je de poppen aan "t dansen, het laatste woord zal er nog wel niet over gesproken zijn".78 Disco op zijn beurt brieft allerlei Bergse nieuwtjes over naar Amster dam. In zijn brief van 19 mei 1922 vertelt hij dat hij een lezing over oud Bergen op Zoom heeft bijgewoond in de foyer van Thalia'. Deze was net "aardig gemoderniseerd", zo schrijft hij, door Jan van der Kreek.79 Het oprechte karakter van Janus Dingemans blijkt niet alleen uit zijn niets verhullende uitspraken maar ook uit zijn afkeer voor politiek ge konkel. In zijn brief van 21 decem ber 1923 vertelt hij aan Disco dat de RK Middenstandsorganisatie "waarvan ik het twyfelachtig genoe gen heb bestuurslid te zyn" naar zijn mening "voor drie kwart op de flesch" gaat, om na het aanroeren van andere kwesties terug te komen met: "Ik voor niy heb het gevoel of ik in een moeras zit waar ik steeds die- 2 9

Periodieken

De Waterschans | 2002 | | pagina 15