De Waterschans nr. 1 2002 gen en Veere te heroveren. 10. De zeeslag bij Bergen op Zoom 1574 De Watergeuzen zagen liet gevaar en requireerden ook zoveel mogelijk schepen. Ze vertrouwden hun vloot toe aan Louis de Boisot (1530-1576), een Brabantse edelman van lagere adel en Watergeus van het eerste uur. Willem van Oranje haastte zich naar Walcheren om zijn medestrijders moed in te spreken. Hij wilde dat de vlootvoogd veertig schepen naar Vlissingen zou sturen om daarmee de vloot uit Antwerpen tegen te hou den en zelf met de andere boten de vloot uit Bergen op Zoom te gaan opvangen. Boisot vond het plan niet zo best. "Als ik eerst met mijn hele vloot naar Bergen vaar en daar met vereende krachten de vloot uit Ber gen op Zoom versla, kan ik wellicht tijdig terug zijn, om de Antwerpse vloot tegen te houden", zo rede neerde hij en zo handelde hij. Op 29 januari 1574 trof Boisot de Spaanse schepen aan tussen Reimerswaal (omgeving Speelmansplaat- Bergse Diepsluis) en het eiland Tholen ter hoogte van Gorishoek Wind en op komende vloed werkten in zijn voor deel en zo behaalde hij een klin kende overwinning. Requesens was met een select gezelschap vanaf de kant getuige hoe zijn schepen door de Geuzen werden geënterd, waarna er op de dekken een gevecht van man tegen man ontstond. Andere Spaanse vaartuigen vielen ten offer aan het scheepsgeschut van de Zeeuwen. Het gevecht was nog maar net aan de gang of de Spaanse ad miraal De Glymes - geen familie van de Bergse heren - sneuvelde. Ook de Spaanse commandant Philippe Lannoy overleefde de slag niet. Diep teleurgesteld haastten Re quesens en zijn edelen zich teaig naar de veilige muren van Bergen op Zoom. Boisot deed intussen zijn best om de vloot uit Antwerpen te gen te houden. Hij hoefde niet meer te vechten, want de Spaanse sche pen maakten meteen rechtsomkeer. Middelburg gaf zich daarop over aan Willem van Oranje. De Zeeu wen waren trots op hun overwinning op het water. Het zou niet bij één zege blijven. Zes unieke wandtapij ten in het Zeeuws Museum te Mid delburg houden de herinnering le vendig aan de worsteling op de Zeeuwse stromen tijdens de Tachtig jarige Oorlog. En de Bergenaren? Hebben ze staan juichen? We kun nen ons dat moeilijk voorstellen. Veel Bergse schepen kwamen niet terug, de handel bleef geblokkeerd en de Spaanse bezetting kwam weer geld "lenen" van het stadsbestuur om "erger te voorkomen". 11. Bergen op Zoom onder jonkheer nu. Simon van den Werve 1574-1577 Na de nederlaag van de Spaanse vloot werd de stemming in de stad er niet beter op. De Spanjaarden besloten om Ber gen op Zoom uit te bouwen tot een sterke vestingstad, maar wel voor rej kening van het stadsbestuur. Dat kreunde en steunde al onder de zware schuldenlast en was de schade van de Allerheiligenvloed nog lang niet te boven. In 1574 kreeg de stad een nieuwe su perintendent. Filibert van Seroos- kerke moest plaatsmaken voor jonk heer mr. Simon van den Werve. We maakten reeds kennis met hem als drossaard onder markies Jan IV. Hij had het moeilijk. In 1575 weigerden de schepenen de eed van trouw af te leggen, want ze zagen hoe de stad haar ondergang tegemoet ging en zij wilden daarvoor niet verantwoorde lijk zijn. Simon liet hen gijzelen, waarop de ambtenaren aan notaris Anthonis de Marchie een verklaring vroegen, waarin met cijfers de hope loze toestand van de stedelijke fi nanciën werd aangetoond. De stad deelde dat lot trouwens met de hele Spaanse regering, want juist dat jaar ging Spanje weer eens bankroet. Requesens zelf kwam naar Bergen op Zoom en wist de gegijzelden over te halen om toch maar de eed af te leggen en weer aan de slag te gaan door hun te beloven, dat de kapi teins geen voorschotten meer zou den afdwingen. Het moet gezegd zijn dat Requesens woord hield zo lang hij leefde. Helaas was dat erg kori. Totaal onverwacht overleed hij op 5 april 1576. De Raad van State nam de leiding over tot er een op volger zou zijn. Spaanse troepen belegerden in die dagen Zierikzee. Plotseling waren ze daar opgedoken nadat ze onder lei ding van de sympathieke officier Mondragon (1504-1596) in de nacht van 28-29 september 1575 vanuit Sint Philipsland dwars door de Zijpe naar Duiveland waren overgestoken. Op 29 juni 1576 gaf de stad zich over. 12. Alle gewesten achter Oranje? Nadat de Spaanse soldaten Zierik zee hadden geplunderd, verlieten zij eigenmachtig Duiveland. De huur troepen hadden er schoon genoeg van. Sommigen hadden zes jaar ge leden voor 't laatst soldij gehad. Re quesens overleden, Spanje failliet. Aflx 12: De gewaagde tocht door de Zijpe van St.-Philipsland naar Duiveland door een Spaans leger onder bevel van Mondragon in de nacht van 28-29 september 1575. Op de voorgrond op het droge met de fraaie hoed landvoogd Requesens. Gravure van C. Decker. 5 O De Waterschans nr. l 2002 Ajb. 13. Matthias van Habsburg (1557-1619), aartshertog van Oostenrijk en van 1612 tot 1619 keizer van Duitsland. Was korte tijd landvoogd van de Nederlanden, niet be noemd door Filips II, maar door de Staten-Generaa. (Keulen Wallraf- Richartz Mu seum). hoe lang zou het salaris nog uitblij ven? De troepen sloegen aan het muiten en besloten om zelf op buit uit te gaan. Waar was veel te halen? Van het dichtbij gelegen Bergen op Zoom verwachtten ze blijkbaar niet veel. Antwerpen, de lange tijd zo bloeiende metropool, beloofde meer. Tegen het verbod van de ko ning in riep de Raad van State de Staten-Generaal bijeen te Gent om een uitweg te vinden in de bestuur lijke chaos. Op 4 november 1576 stortten de muiters zich op de Scheldestad en gingen tekeer als beesten. Ze ver moordden 7.000 burgers en sleepten voor miljoenen weg uit de stad. Voor de Prins van Oranje had deze Spaanse furie een positieve kant; alle gewesten sloten zich bij hem aan en bezegelden op 8 november de zoge naamde Pacificatie van Gent. De in houd komt in het kort hierop neen De nieuwe landvoogd moet de Spaanse troepen wegsturen, regeren in overleg met de Staten-Generaal, de plakkaten tegen de ketters op schorten, Willem van Oranje erken nen als stadhouder van Holland en Zeeland en het vinden van een op lossing voor de godsdienstkwestie overlaten aan de Staten-Generaal. Belangrijk was ook de afspraak dat er buiten Holland en Zeeland niets mocht worden ondernomen tegen de katholieken en omgekeerd na tuurlijk ook Tijdens het overleg in Gent arri veerde de nieuwe landvoogd in Brussel. Het was Don Juan, een bas taardzoon van Karei V. Hij wilde zelf regeren en verloor al gauw het ver trouwen van zijn onderdanen. Hij bezette onverwacht Namen en sloot zich in die vestingstad op. Daarmee maakte hij zich onmogelijk Door deze ontwikkelingen rees de ster van Oranje nog hoger. Hij werd als een vorst ingehaald, eerst in Ant werpen en daarna in Brussel. Dat had echter een averechts effect. Hoge katholieke edelen uit Brabant en andere zuidelijke gewesten wer den jaloers op Willems populariteit, een calvinist. Het was vooral op hun aandringen dat de Staten-Generaal besloten om zelf een landvoogd te zoeken. Ze vonden Matthias, een zoon van de Duitse keizer Maximili- aan II en dus ook een Habsburger, bereid de landvoogdij op zich te ne men. Willem van Oranje werd be noemd tot luitenant-generaal van Matthias. In feite bleef hij de man die leiding gaf Even zag het er hoopvol uit, maar toch liep het goed mis. Het was de godsdienstkwestie die de zaak bedierf. Willem van Oranje pro beerde het probleem op te lossen met zijn Religievrede. Holland en Zeeland zouden de katholieken toe staan om hun godsdienst vrij te bele ven in de steden waar tenminste honderd gezinnen daarom zouden vragen; in kleinere plaatsen was een gewone meerderheid voldoende. Omgekeerd zouden de andere ge westen op dezelfde wijze handelen voor wat de calvinisten betrof Voor die tijd een onmogelijke zaak. De praktijk pakte dan ook heel anders uit. De felle calvinisten grepen waar mogelijk de macht en duldden geen uitoefening van de katholieke ere dienst. In Antwerpen, Gent en an dere steden namen ze alle kerken in beslag en "reinigden" die soms voor de tweede keer van paapse beelden. Ook maakten ze zich meester van ze tels in het stadsbestuur. Door die on verdraagzaamheid ondergroeven zij de positie van Willem van Oranje en speelden ze de Spaanse koning in de kaart. Enkele Zuid-Nederlandse ge westen keerden zich af van de Pacifi catie en vonnden de Malcontenten ontevredenen). Zo was de situatie toen de nieuwe landvoogd Alexander Famese, hertog van Panna en zoon van Margaretha van Parma, in de Nederlanden aan kwam met troepen. Hij was be noemd door de koning en kwam orde op zaken stellen. Hij was niet al leen een uitstekend veldheer, maar tegelijk een knap diplomaat. Hij overzag de toestand en greep zijn kans. Hij trad in verbinding met de leiders van de Malcontenten, wil ligde hun verlangens zoveel mogelijk in en bracht daarmee een scheuring teweeg bij de tegenpartij. En Willem van Oranje? Hij zag zijn ideaal in rook opgaan. Met de Staten-Gene raal en de Raad van State vestigde hij zich in Antwerpen. Uverig zag hij uit naar bondgenoten, want hij vreesde zwaar weer. 51

Periodieken

De Waterschans | 2002 | | pagina 26